Adembenemend verslag van een zoektocht naar de motieven van
Louis van Gasteren
Filmmaker Rudolf van den Berg (1949) krijgt het filmarchief
in handen van Louis van Gasteren (1922). Hij voelt zich vereerd, maar vraagt
zich tegelijkertijd af waar hij dat aan te danken heeft. De spannende zoektocht
van Van den Berg naar de motieven van Van Gasteren, die hij omschrijft als een
kunstenaar die de veranderende tijdgeest in de jaren zestig belichaamde, begint
met het woord hamartia dat grote fout
betekent en volgens Van den Berg vaak voorafgaat aan het maken van een
kunstwerk.
De jeugd van Van Gasteren speelde zeker een rol in zijn
keuze voor het beroep van filmmaker. Zijn vader was een bekend acteur en zijn moeder
was zangeres. Na de dood van haar man maakte de moeder, die door haar zoon een
gestoorde persoonlijkheid genoemd wordt, een eind aan haar leven. De ouders
waren vooral afwezig. Dit legde de basis voor de noodzaak om later gezien te
worden. Dit deed Van Gasteren met talloze documentaires en experimentele
speelfilms, waarin hij zelf ook te zien is. Een van zijn films heet Er gaat geen vliegtuig naar Zagreb en
die lag heel lang in de kast tot die in 2012 onder de naam Nema aviona za Zagreb werd uitgebracht. Een andere filmpje heet Omdat mijn fiets daar stond en gaat over
een man die tijdens rellen in Amsterdam door de politie in elkaar getimmerd
werd omdat hij naar zijn fiets toe wilde. Het 11 minuten durend filmpje werd
door de politie verboden omdat het geen reportage was, maar, vanwege de
vertragingen die erin zaten, een essay. In de lange documentaire Hans en het leven voor de dood (1983)
over de vroege dood van Hans van Sweeden rekende hij af met de snorren en
baarden, in de eerste plaats die van hemzelf en probeerde hij meer zichzelf te
zijn.
Van den Bergh vraagt naar een foto waarop Van Gasteren en
zijn vrouw Joke Meerman zoveel rust uitstralen. Van Gasteren maakt duidelijk
dat die niet in hem zit. Hij leeft in een permanente tijdnood, maakt zich druk
over dit killing land voor
kunstenaars. Hij kan en kon niet anders. Zijn relatie met zijn drie kinderen
had er onder te lijden. Zijn vaderrol heeft hij nooit goed kunnen vervullen.
Hij geeft toe dat zijn karakters daar ongetwijfeld een rol in speelt.
Van den Bergh brengt ter sprake dat in elk gesprek, zoals we
door de geraffineerde montage ook zien, ze steeds uitkomen op de oorlog. Hij
brengt een vraaggesprek met de NRC uit 1989 ter sprake, waarin Van Gasteren
vertelt over zijn liquidatie van een onderduiker, een verhaal dat zo zou passen
in De donkere kamer van Damokles van
W.F. Hermans. In eerdere films werkte Van Gasteren al met dit onderwerp. In Nema aviona za Zagreb (2012) komt het
echter niet terug, volgens Van Gasteren omdat het onderwerp te complex is. Hij
vertelt er wel uitgebreid over tegen Van den Bergh. Het is een zaak die hij
niet kan loslaten, ook al kreeg hij eerherstel vanuit het verzet. De strijd
tegen wat hij noemt de kwaadsappigen blijft aan hem knagen. Volgens Joke zou
het beter zijn de kwestie los te laten.
Zelf zegt Van Gasteren dat hij geen enkel schuldgevoel over
zijn daad heeft, maar Van den Bergh vindt het toch vreemd dat het slachtoffer,
een geestelijk gestoorde jood uit Hamburg die niet met zijn familie mee kon
naar de Verenigde Staten, steeds weer in zijn hoofd opduikt. Van den Bergh
vraagt zich dan ook af of Van Gasteren juist hem daarom het archief in handen
heeft gegeven. Heel fraai sluit Van den Bergh af met een filmfragment van Van
Gasteren die, na een lastige keuze over de te nemen richting, een doodlopende
weg inrijdt en niet verder kan. Menselijk, al te menselijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten