Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zondag 31 maart 2013

Twiggy, het gezicht van de jaren zestig (2012), documentaire van Philip Priestley



Boegbeeld van een nieuwe generatie

Twiggy (1949, zie foto) werd ontdekt in de jaren zestig in Swinging London, een term afkomstig uit 1965 van Diana Vreeland. Twiggy werd het boegbeeld van de jeugdrevolutie in die tijd. Jongeren uit de arbeiders klasse vormden zonder politieke confrontatie een nieuwe culturele elite. Twiggy, geboren als Lesley Hornby, was het meest gevraagde topmodel in die jaren met haar korte haar, haar dunne lijf en haar kleine boezem. Met haar androgyne uiterlijk werd ze een mode-icoon en ontwikkelde ze, geholpen door een manager, een eigen kledinglijn en parfum.

Het is leuk haar een kleine vijftig jaar later zelf in beeld te zien: een krachtige sympathieke vrouw met lang blond haar en een intense blik.

Twiggy kwam uit Neasden, een buitenwijk in het noordwesten van Londen. Ze groeide op in de jaren vijftig. Kledingzaken waren saai in die tijd. De sociale structuren uit de jaren vijftig brokkelden af, levensplezier stond op de voorgrond. In de nieuwe tijd was een goed accent niet langer nodig. Het consumptisme speelde daar op in. Twiggy was geen seksloos symbool, maar ging in tegen het heersende vrouwbeeld met de rondborstige pin-ups en mannequins die eruit zagen als elegante renpaarden zonder lach.

Carnaby Street in het Londense Soho werd het mekka van de mode. Modernists, afgekort als mods, zagen winkelen als recreatie. Zo ook de 14 jarige Twiggy. Mode en muziek gingen samen. The Who speelde My generation en The Dave Clark Five kwam met Glad. Het was belangrijk om in een dancing de juiste kleren te dragen. De minirok kwam in de mode. Vrouwen kregen eigen geld door banen en slikten de anticonceptiepil, waardoor ook hun immateriële vrijheid toenam.

Modezaak Biba toonde kleding gemaakt door en voor vrouwen. Twiggy was met haar beschilderde wimpers en haar dunne lijf op haar zestiende een gat in de markt. Een kapper gaf haar haar look, een fotograaf schoot foto’s die opgepikt werden door een journaliste van de Daily Express. In 1966, op het toppunt van de jeugdcultuur, was ze het gezicht van de toekomst. Er was sprake van een Twiggymania, te vergelijken met de Beatlemania. Jonge vrouwen wilden er uit zien zoals Twiggy. Antonioni legde de tijdgeest vast in de film Blow up.

Twiggy werkte hard en begon, geholpen door manager Justin de Villeneuve, haar eigen kledinglijn, die een groot succes werd. Na 1966 veranderde het zwaartepunt van de mode naar King’s Road, waar elementen werden ingevoerde als existentiële bezinning, marihuana en kunstzinnigheid, zoals aan de etalages van de boetieks te zien was. Binnen lag androgyne kleding in een fin du siècle stijl. Daarmee kondigde zich de hippietijd aan.

In 1967 veroverde Twiggy de Verenigde Staten. Later werd Swinging London een commercieel product. In 1970 eindigde het tijdperk. Men ging dood aan drugs. Twiggy stond daar buiten. Ze wijdde zich aan de film. Op 22-jarige leeftijd brak ze door in The boy friend (Ken Russell, 1971). Daarna speelde ze in andere films zoals in The Blues Brothers (John Landis, 1980) en in het driedelige Body Bags (John Carpenter, Tobe Hooper en Larry Sulkis, 1993).     

Van deze documentaire die nogal algemeen en aan de oppervlakte blijft, heb ik geen trailer gevonden. 

Recensie: Kinderen van het Ruige Land (2012), Auke Hulst



Verwaarloosde puber wordt beeldend schrijver

Hoe verwerkt men een jeugdtrauma? In hoeverre kan men akelige ervaringen en ingesleten gewoonten te boven komen? Dat zijn vragen die niet zo gemakkelijk te beantwoorden zijn. Veel heeft te maken met de ernst van het trauma en de omstandigheden waarin mem later verkeert. Het is zeker dat ernstige trauma’s hun sporen achterlaten, zich ingraven in de persoon en dat het grote inspanning kost zich hiervan te bevrijden. Anderzijds kan dat ook levensgeluk opleveren.

Met beeldende taal wordt in Kinderen van het Ruige Land de traumatische jeugd beschreven van de opgroeiende Kai te midden van zijn broer Kurt, zijn zusjes en zijn moeder. De dood van hun vader, waarmee het verhaal begint, leidt tot een ontworteling die door Auke Hulst duidelijk voelbaar wordt gemaakt. Kai is dan net acht jaar geworden en kan de gewenste telescoop wel op zijn buik schrijven. Het gezin van de plaatselijke journalist blijft berooid achter. De moeder is niet bij machte de opvoeding te dragen, kan onmogelijk met geld omgaan, rijdt altijd veel te hard, duikt in bed met elke man die ze krijgen kan en verschuilt zich tegenover de kinderen achter leugens.
De openingszin zegt het al: ‘Zijn moeder was verdwenen. Nee, herstel: ze had zichzelf zoekgemaakt.’ De familie Houdini heet het eerste hoofdstuk, voordat we het jaar 1983 in duiken, dat het leeuwendeel van het autobiografische boek omvat.

1983 speelt zich af het noorden van de provincie Groningen. Op het Ruige Land, in een Pippi Langkous-huis in het bos aan de rand van een klein dorp. Met zijn één jaar oudere broer Kurt heeft hij een haat-liefde verhouding. Later, op school in de groeigemeente, wordt hun actieradius vergroot. Als Kurt blijft zitten in de brugklas, gaan ze samen naar de Havo en tenslotte naar de kunstacademie. In de toegift 1998 lezen hoe het de gezinsleden in de verdere vijftien jaar vergaan is.

Kai komt zijn verwaarlozing te boven door het gezelschap van vrienden, al is de basis daarvan niet sterk. Als de weerbarstige puber vol met vetpuisten wordt uitgestoten uit de groep, klampt hij zich vast aan het schrijven. Later komt hij tot de ontdekking dat de romantische notie over lijden en kunst niet klopt. Wellicht heeft hij nog het meeste gehad aan het Ruige Land, hun vrijstaat, waar ze hun eigen gang konden gaan.

Toch heeft het hem niet echt gered. Hij is door de verwaarlozing lui geworden. De moeder legde haar lieveling een zware druk op de schouders. Later heeft Kai het over hun verwildering in de wildernis van hun enclave. ‘Konden de kinderen van het Ruige land daarbuiten wel bestaan? Of waren ze bannelingen –bezoekers uiteen afgelegen land? Ze konden uit de wildernis vertrekken, maar de wildernis zat in hen: ingesleten, onuitwisbaar.’
Op de kunstacademie heeft hij moeite om met meisjes om te gaan. De schaamte zit diep. Het is alsof hij de stap naar volwassenheid niet heeft kunnen maken. ‘Er moest een moment zijn in het leven dat je wist dat je geen kind meer was: een doorgangsrite, in welke vorm dan ook. Dat moment had hij niet gehad of niet herkend. Misschien zou het ook nooit meer komen of was hij gedoemd ernaar uit te blijven kijken terwijl het al geweest was.’

Het verhaal kent geen straffe chronologie. Halverwege krijgen we meer informatie over de driftige vader en de moeder met haar bourgeois achtergrond. Af en toe werpt de verteller ook een blik vooruit naar het toekomstige beroep van Kai als reisschrijver, wat dat ook moge inhouden. Ook op andere momenten kijkt hij in de ziel van Kai: ‘Het zou nog jaren duren voor hij inzag dat schrijfhonger geluk én ongeluk voedde.’

De conclusies die de verteller af en toe aan het einde van de scènes trekt zijn origineel. ‘Schoonmaken was voor losers.’Tijdens het glaasje draaien om een geest op te roepen . ‘Het spel beangstigde ze – niet omdat je met de doden zou kunnen spreken, maar omdat je de controle over je verzinsels verloor.’

De passages uit 1998 zijn het mooist, omdat die na alle anekdotiek meer beschouwend zijn. Het is wellicht de makke van een autobiografische roman dat de rode draad ondergesneeuwd raakt door vele gebeurtenissen. Hoewel die op zich sterk beschreven worden, komt, naarmate het verhaal vordert, het onderliggende sjabloon teveel door de beelden heen. Auke Hulst heeft een handje van om eerst een dialoog neer te zetten en daarna pas duidelijk te maken in welke context die zich afspeelt. Het aantal scènes is teveel om behapbaar te zijn. Door een ingreep daarin zou het eindresultaat nog sterker geweest zijn dan het al is.

zaterdag 30 maart 2013

Filmrecensie: Jamón, Jamón (1992), Bigas Luna



Sensueel liefdesdrama op Spaanse hoogvlakte

A tale of ham of passion luidt de ondertitel van deze film waarin Penélope Cruz debuteert. Ham en passie vormen inderdaad belangrijke elementen in dit sensuele liefdesdrama. De basisingrediënten zijn van alle tijden: Meisje Silvia houdt van jongen José Luis en is zwanger van hem, maar de moeder van de jongen zit haar niet zitten. Silvia en José Luis kennen elkaar omdat Silvia omeletten maakt in de ondergoedfabriek van de ouders van José Luis.

Nieuw is dat Conchita, de moeder van José Luis, de 22-jarige playboy Raul (Javier Bardem) op haar afstuurt om de verbintenis ongedaan te maken. Maar er zijn complicaties in het spel. De moeder raakt zelf in de ban van sexy Raul die ze ook als model voor haar ondergoed kiest. Als José Luis eenmaal begrepen heeft dat zijn moeder Raul tegen hem heeft opgezet, wil hij hem doden. Silvia raakt ook in de ban van Raul, dus een gelukkige afloop is verder uitgesloten.  

De weerzin van Conchita heeft te maken met het verleden van de moeder van Penelope. Eerder werkte ze in een seksclub omdat zij in de steek gelaten was door haar man. De man van Conchita vindt het niet zo’n punt. Elke vrouw heeft wel iets hoerigs, zegt hij. Hij ondersteunt zijn zoon in zijn keuze en later probeert hij het zelf met Silvia aan te leggen.

Jamón, jamón dat ham betekent speelt zich af in de nogal onherbergzame Spaanse hoogvlakte met de silhouet van een kolossale zwarte stier. Later als José Luis boos is dat Silvia de relatie uitmaakt, ontdoet hij het silhouet van zijn kloten. De film begint met een nagemaakt stierengevecht door Raul en een vriend waarbij de stier wordt voorgesteld op een karretje. Dezelfde twee jongens gaan later naakt in een donker op een stier af, maar vluchten weg als de opzichter komt. Ze vragen Silvia om kleren. Dat is het begin van haar fascinatie voor Raul.

Ham speelt zoals gezegd een grote rol in de film. Raul is een verkoper van ham. Silvia heeft thuis een varken, dat Raul laat ontsnappen om nader kennis met haar te kunnen maken. Hij geeft Silvia, als hij haar eenmaal in zijn greep heeft, een plak ham omdat die lustopwekkend zou zijn. Aan het eind gaan José Luis en Raul elkaar met hammen te lijf.  

Alles lijkt er op gericht om Penélope Cruz in deze film op de kaart te zetten. Dat is zeer goed gelukt. De muziek in het begin is zwoel als in een echte seksfilm. Onweerstaanbaar is haar erotische uitstraling in de flutterige jurkjes met spaghetti bandjes, waarmee ze langs de weg loopt en die soms ook nog natregenen, haar vrijmoedigheid op seksueel gebied. Silvia is niet te beroerd om voor José Luis haar borsten te ontbloten, hem aan haar tepels te laten zuigen en hem gek te maken van haar, maar toch toont ze ook een hoogstaand karakter. Ze zorgt voor haar zusjes, terwijl de moeder in de fabriek aan het werk is en moet aanvankelijk niets hebben van zo’n playboy zonder inhoud, iemand die alleen in onderbroek op een billboard kan staan.

Het scenario zit sterk in elkaar met op het eind nog een boeiend slot waarin de kijker weer gaat nadenken over het verhaal. Penélope Cruz mag dankbaar zijn met deze debuutfilm.

Hier de trailer.