Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



vrijdag 23 december 2011

Jaaroverzicht Allerhande 2011


Beste lezers van dit blog,

Het jaar loopt rap naar het einde. Tijd voor een kleine terugblik. Ik ben ongeveer een jaar als blogger begonnen en merk dat mijn blog Allerhande en vooral literatuur in een jaar tijd steeds meer gelezen wordt. Dat is voor mij een belangrijke beweegreden om verder te gaan.

Met de bedoeling, zoals bovenaan mijn blog te lezen is, om te kijken waar zich nieuwe maatschappelijke initiatieven aandienen die ons uit het moeras kunnen trekken.

We hoeven over 2011 niet teleurgesteld te zijn. Wie had een jaar geleden kunnen denken dat de vakbond FNV zou worden opgedoekt om plaats te maken voor een andere organisatie, een nieuwe beweging zelfs? Wie had de Occupy beweging kunnen verzinnen? Ik was verrast dat de Madrilenen na de opstand in Egypte hun zorgen kenbaar maakten en had niet verwacht dat het nog verder zou gaan, dat de beweging zich steeds meer zou vertakken, tot aan mijn woonplaats Haarlem toe zelfs, waar ik onlangs nog tenten en pallets in een parkje zag staan. Hoewel dit soort spontane actie wellicht met de vorstperiode een zachte dood zal sterven, is de toon gezet en smaakt de bereidheid om samen een andere eerlijker, menselijker maatschappij tot stand te brengen naar meer. De actiebereid is groot en komt uit onverwachte hoek op gang, zoals de afgelopen weken in Rusland merkbaar was. Een paar dagen geleden werd de Russische blogger Navalny vrijgelaten, morgen spreekt hij een protestdemonstratie toe.

De hoeveelheid blogartikelen is langzaam toegenomen tot minimaal één per dag. Ik laat me leiden door mijn interesse. Ik recenseer boeken die ik niet op een andere plaats onderbreng, films die ik interessant vind, die soms tegenvallen, maar vaker mee. Op dit moment ben ik het beu om over economie te schrijven, omdat dat steeds maar hetzelfde is. Het is treurig te horen dat leidinggevenden, die er niets van gebakken hebben nog steeds met een gouden handdruk wegkomen en dat achttien bestuurders in de jeugdzorg meer dan de balkenendenorm verdienen. Genoeg geklaagd. De serie van Tegenlicht over Nederland op de tekentafel vond ik verfrissend. Ik moet nog steeds denken aan die biologische boer, Van Hootegem uit Zeeuws-Vlaanderen, die in Florida aan de Schelde betrokkenheid bij zijn bedrijf en zijn productie belangrijk vindt. Hij levert aan een verzorgingstehuis waar de leiding met hem meedenkt. Zo’n plaatselijke samenwerking biedt perspectief. De mensen weten weer wie ze zijn en eten gezond, de boeren krijgen een betere prijs, het landschap blijft intact. 

Hoe staat het met de relatie tussen de betere wereld en de literatuur? Ik ben geboeid door wat engagement in de literatuur genoemd wordt, maar het is een moeilijk onderwerp. Voorop staat voor mij vrijheid. Ik zou niet willen dat iemand zich in een keurslijf perst om iets maatschappelijks te schrijven, anderzijds vind ik de literatuur als kunstvorm zich met de toestand van onze maatschappij te verhouden heeft, maar misschien is zelfs dat laatste alweer te stellig, te onvrij. Ik zit al een tijdje aan te hikken tegen een artikel De vrijheid van de kunst, maar kom er niet echt aan toe. Bloggen is verslavend. Dat ging zelfs in het voorjaar ten koste van de kwaliteit van een roman, die ik probeerde te schrijven. Inmiddels heb ik in november in het kader van het Nanowrimo een opvolger geschreven, getiteld De konijntjes. Die wil ik in de eerste helft van 2012 uitwerkten om mee te kunnen dingen naar de derde Haarlemse debuutprijs.

Ik wens u allen een goed, gelukkig en strijdbaar 2012.


Movie review: Slumdog Millionaire (2008), Danny Boyle


From the slum to the palace.

Maybe there are only two kinds of movies: one for a large audience and another one for a smaller audience. In the first case the movie has all kind of effects to keep the eyes to the screen. The storyline not too difficult, so when you miss a part you can still follow the story. In movies for a snall audience more attention is required. The emotions are more subtle. There are less concessions to the audience. The moviemaker speaks from his own heart.

Of course this is a general division. There are a lot of movies that hang in the middle somewhere. Slumdog Millionaire is such a one. It is a wonderful movie made for a larger audience with its explosion of spectacular sounds (voices, violins, music), colours and pictures, so it is not surprising that it won a lot of prices.  

We go to Mumbai, 2006. There is a quiz on television going on. Who wants to be a millionaire? We see Jamal Malik, who works for a telephone compagny callcenter as a tea boy. The presentator is quite cynical about a telephone basher, bringing tea around.
The quiz is all at the sudden about the beating up of Jamal. It is the police who is doing that. Even with electricity wires. ‘Tell us how you cheated,’ a police officer asks. Jamal faints and comes back to life again. ‘I knew the answers,’ he says.

In the movie we see the quiz and the interrogation by the police combined with experiences that Jamal has, when he finds the answers. The boy lives in the slums near the airport and has been locked up in a toilet when his hero Amitabh arrives by helicopter. Jamal escapes through the sewer to get his signature, but later on his older brother Salim sells it.

They loose their mother in a religious riot, but he knew what Rama had in his right hand. Salim and Jamal meet the girl Latika who doesn’t have a mother anymore either. They are brought to an orphan house and have to beg in the street. Later on when the cruel boss Javed wants to make them blind, they escape by train. Latika stays behind.

It is a great scene in which they are on the roof of the train and try to steal food from persons inside. They lift to the Taj Mahal, work in a kitchen and go find Latika, who is a dancer still in the service of Javed. They have a fight about her. Salim wins. Jamal takes part in the quiz to find Latika again. The last question is about the three musketeers: Athos, Porthos and Artamis.

As I said, there is a lot to experience in this movie: adventure, melodramatic moments, beautiful pictures of the Taj Mahal and of Mumbai with its 19 million inhabitants.

The movie has been based on Q and A written in 2005 by Vikas Swarup.

donderdag 22 december 2011

Eileen, een Nederlandse bij de FARC (2011), televisiefilm van Hanro Smitsman


Wat bezielt een jonge vrouw om zich aan te sluiten bij de guerrilla’s in Colombia? Met die vraag in mijn achterhoofd keek in naar de tweedelige dramaserie Eileen, een jonge vrouw gemodelleerd naar Tanja Nijmeijer.

De film begint met de Colombiaanse president Alvaro Uribe, die een toespraak houdt tegen de terroristen. Vervolgens verplaatst de camera zich naar de strijd in de jungle. Eileen Egberts schrijft in haar dagboek. Medestrijder Ramon weet weten wat ze schrijft. Ze leest hem voor in het Nederlands over hoe moeilijk het is tussen macho’s en sletjes te leven. Helicopters van het leger naderen. Ze maken jacht op de strijders van de FARC.

Eileen nam zes jaar eerder afscheid van haar Colombiaanse gastgezin. Voordat ze teruggaat naar Nederland neemt ze afscheid van Ramon en zijn moeder die in de sloppenwijk wonen waar ze werkte, zonder dat het gastgezin dat wist. Door de film heen zien we flashbacks van Nabia, met wie ze naar het politiebureau loopt, nadat ze verkracht was.  

Ze wordt van Schiphol afgehaald door haar moeder. Het gezin met een jongere zus en een broer zit aan tafel. De geëngageerde Eileen verschilt van mening met haar broer. Ze heeft heimwee naar Colombia. Ook vriend en kraker Koos kan haar niet gelukkig maken. In het kraakcafé ontmoet ze Robespierre Dega, die activisten zoekt om goederen af te leveren voor boeren in het binnenland. Buitenlanders vormen een goede bescherming om het transport door te laten gaan.

Drie kleurige bussen rijden door het bergachtige land. Men wordt tegengehouden door militairen. Eileen vraagt zich af of het het leger is of een para militaire organisatie. Dega zegt dat het de FARC is die de goederen in beslag neemt om aan de boeren te leveren. Mond dicht, zegt een landgenoot van Eileen. Ze is verbouwereerd en stapt uit de bus. Dega neemt haar op in zijn kamer en introduceert haar bij de FARC. Eileen zegt heel duidelijk dat ze geen burgers wil doden, maar leert toch schieten. Als ze op de televisie ziet dat er aanslagen tegen mensen worden gepleegd verlaat ze Dega. Ze belt met haar moeder en zegt dat ze niet thuis is met kerst. Met haar medestrijders, waaronder Ramon, blaast ze een politiebureau op, hetzelfde bureau waar ze eerder met Nabia is geweest. Ze vindt het vreselijk dat er op het moment van de ontploffing juist een jochie naar binnen liep. Ze wil naar het front om met echte vijanden te vechten.

In het tweede deel gaan we terug naar de strijd in de jungle. De commandant wil dat ze krijgsgevangenen doodt maar dat kan ze niet. Ze laat het over aan Ramon. Het leger vindt haar dagboek en publiceert het in de krant. De ouders van Eileen proberen de ambassadeur tot actie aan te sporen om haar terug te halen.

Ramon wordt door de FARC onderscheiden voor het doden van de krijgsgevangenen, Eileen veroordeeld vanwege haar kritiek in haar dagboek. Tijdens een krijgsraad neemt Eileen het woord en zegt dat ze nooit iets tegen de revolutie geschreven heeft. Ze wordt niet doodgeschoten maar gedegradeerd tot recruut, omdat de FARC haar als publiciteitsmiddel kan gebruiken.

Haar moeder komt over. Eileen is van plan om samen met haar moeder terug te gaan maar bedenkt zich als haar moeder al over de rivier is.

Het spel van Sophie van Winden is sterk, maar het optreden van de ouders wat knullig, vooral bij de ambassade. In de film had het dilemma over het geweld van Eileen sterker naar voren gebracht kunnen worden in plaats de van nogal Vietnam-achtige oorlogsbeelden. Als geheel gaf het wel een aardig antwoord op de vraag die ik me in het begin stelde.

Tania Nijmeijer zit nog steeds bij de FARC. Laatst werden er beelden van haar uitgezonden terwijl ze de Telegraaf las en feiten ontkende die daar in stonden. Kathleen Ferrier van het CDA stelde onlangs voor dat Tania haar paspoort moet worden ontnomen. Een wat vreemde impulsieve kreet uit de mond van deze dissidente. Hier een artikel uit de Volkskrant over de kwestie.      


Happy People: A Year in the Taiga (2010), documentaire film van Werner Herzog en Dimitry Vasyokov



Het dorpje Bakhita aan de Yenisei rivier in de Siberische taiga is alleen per helicopter bereikbaar en in de zomermaanden per boot. Onder de driehonderd inwoners zijn enkele pelsjagers die vanaf begin augustus tot eind februari de taiga afstropen. Het leven wordt nog helemaal beïnvloed door de seizoenen. De documentaire bestaat daarom ook uit vier delen.

Lente

De ganzen kondigen het voorjaar aan. Op 1 mei eindigt de winter. Symbolisch wordt een pop verbrand. Op 9 mei viert men het einde van de tweede wereldoorlog. Het ijs breekt en wordt in een enorme stroom schotsen richting de Noordelijke IJszee gevoerd.
Genadi Tejanov maakt ski’s, waarmee hij zich door de sneeuw begeeft, hoewel dat tegenwoordig ook met de sneeuwscooter gebeurt. Allereerst zegt hij wiggen in een boomstam, waardoor het hout goed splijt.
Men maakt ook boomkano’s, waarmee men vist en op eenden jaagt.
De jagers hebben een basishut en andere hutten waar ze in overnachten als ze verderop zijn. In de lente en de zomer maken ze met een bijl nieuwe houtvallen, waarin ze sabelmarters vangen. Ze hebben ieder een jachtterrein van 1500 vierkante kilometer, hun ooit toegewezen door de staat.


Zomer

Het is twintig uur per dag licht, de tijd om voedsel te verbouwen.
De pelsjagers maken nieuwe hutten en isoleren die met aarde en mos. Alleen de zaag is electrisch. Proviand wordt hoog in de boom opgeslagen tegen beren Er zijn veel muggen. Zelfgemaakt teer van de berkenkast helpt daartegen.
Cruiseschepen varen voorbij, waaronder één met een politicus aan boord die stemmen werft in ruil voor graan.
Men verzamelt dennenappels, het voedsel van de sabelmarter.
Genadi gaat verder met zijn ski’s. hij schaaft en zet de voorkant in een klem.
Drijfhout wordt opgehaald voor brandhout. Een taak voor de Ketten. Hun cultuur is verloren gegaan. Een vrouw maakt nog beschermpoppen. Het is de vraag of het door de Russen komt dat ze zoveel wodka drinken.

Herfst

Oogsttijd, ook vissen in de rivier die nog vol voedsel zit. De snoeken zijn voor de honden.
De regentijd. De sneeuwscooters gaan in de boot als het water hoog genoeg staat. Men foerageert en neemt afscheid met een glaasje sterke wodka. Michaël Tarkovski, familie van de filmmaker, is een van de pelsjagers. Hij legt het brood boven in de boom met een strook plastic rond de stam tegen muizen.
Men brengt alle hutten in gereedheid voor de winter.

Winter

Ook in het dorp is men noodgedwongen onafhankelijk. Men maakt wakken om vis te vangen.
Genadi vertelt dat hij geen vee kon slachten, maar hier in de taiga gaat het erom wie het slimst is, de mens of het dier. Zijn hond laat hij buiten de hut. Die krijgt ook weinig ontbijt. Hij houdt zijn hond weg van de vallen door een speciale hondenval te maken, waardoor de hond leerde dat een val niet prettig was. Volgens Genadi die voortglijdt op zijn ski’s heeft een sneeuwscooter zijn beperkingen.
De pelsjagers volgen elke dag hetzelfde patroon in de kou en de stilte, maar op oudjaar gaan ze terug naar het dorp. De hond van Genadi rent 150 kilometer naast de slee. Het is mild met 33 graden onder nul. Aangekomen in het dorp heeft de hond honger. Na de kerst op 6 januari gaat men weer terug naar de taiga.

Indrukwekkend, dit beeld van Werner Herzog van Siberië, waarin de bijl een noodzakelijk instrument is. De pelsjagers noemen zichzelf gelukkig, omdat ze onafhankelijk zijn en midden in de natuur leven. Hier een promo. Hier een introductie door de maker.

woensdag 21 december 2011

Luuc Kooijmans over Herman Boerhaave, VPRO-boeken, 18 december 2011


De bekendste arts van de wereld.

Wim Brands begint tegen de gelauwerde biograaf over het syndroom van Boerhaave dat een spontane scheuring van de slokdarm blijkt te zijn, veroorzaakt door het te vaak in de keel steken van een vinger om het eten uit te kotsen, hetgeen volgens Luuc Kooijmans nog steeds voorkomt. Dus opgepast anorexia lijders, zeg ik er maar bij.

Kooijmans is zo’n beetje drie jaar met de biografie Het orakel bezig geweest, waarvan de eerste anderhalf jaar in het archief.

Boerhaave (1668-1738) kwam uit een Leids burgerlijk milieu. Zijn vader was predikant in Voorhout en had geen geld om zijn zoon te laten studeren. Hij kreeg een beurs voor predikant maar deed eerst filosofie en daarna natuuronderzoek omdat de vraag naar de verhouding tussen lichaam en geest hem boeide.

Boerhaave ontwikkelde, op basis van recente onderzoeken, het idee van het lichaam als een hydraulisch systeem waarin de verschillende vloeistoffen goed moeten circuleren om gezond te blijven. Voor die tijd wist men niet van een bloedsomloop.

Eerder schreef Kooijmans een biografie over de anatoom Frederik Ruysch, die onverdoofd en op de voet gevolgd door publiek stenen uit de blaas verwijderde met een mes dat niet ontsmet was en soms allerlei kanten kon uitschieten. Ziek zijn was in de zeventiende en achttiende eeuw geen pretje, zegt Kooijmans.

Boerhaave zelf werd lang geplaagd door een zweer op zijn been. Hij ontdekte dat die wegging door de behandeling met zijn eigen urine. De medische wetenschap ging vooruit met vallen en opstaan. Over veel ziekten tastte men in het duister.

De kracht van Boerhaave was om bestaande onderzoeken onder te brengen in een systeem. Zijn succes had hij te danken aan zijn analytische en ook didactische geest.

Brands refereert aan een brief die vanuit het Verre Oosten aan Boerhaave, geneesheer in Europa, gestuurd werd. Kooijmans relativeert dit: de brief kwam uit Tunis en werd afgegeven bij de Nederlandse gezant, maar het geeft wel aan hoe gezocht hij was. Zijn faam verspreidde zich van mond tot mond en ging de hele wereld door. Vandaar waarschijnlijk ook zijn rijkdom hoewel dat verder niet werd uitgelegd.

Boerhaave was een harde werker, een geschenk voor een biograaf, zegt Kooijmans. 


De dertiende man (2011), documentaire van Martijn Blekendaal

-->
Een scheidsrechter heeft geen vrienden, stelde Luis Moreno Ocampo al in De aanklager.
De portretten van drie Nederlandse amateurscheidrechters zeggen volgens het inleidende commentaar van Hollanddoc het nodige over het gebrek aan respect in de huidige samenleving.

Het motto komt van Nicolaas Beets (1814-1903) en luidt: ‘Gezag is een lelijk woord in deze kregelige tijden.’ Daaruit blijkt dat het gebrek aan gezag niet van deze tijd alleen is.

Scheidsrechter David Heek (zie foto) is voorganger in een protestantse gemeente en moet even nadenken over de vraag of gezag nodig is, maar vindt het absoluut noodzakelijk. De spelers geven jou het vertrouwen, zegt hij, al is dat in de kerk gemakkelijker. In een preek haalt hij Theo Reitsma aan. De hel is alleen nog de plek waar de overwinning voor de poorten vandaan wordt weggesleept. Heek moet zijn gezag altijd veroveren omdat hij een vriendelijke uitstraling heeft en niet breed van postuur is. Hij is nog van de oude garde die niet altijd overal over wil praten. Later hoort hij dat zijn preeklicentie is ingetrokken omdat hij de wet niet heeft voorgelezen.

De Marokkaanse ex-marinier Badr Benlamkaddem begon te fluiten in de zesde klasse en was zo fanatiek dat de twee ploegen hem vroegen om een beetje meer ontspannen te scheidsrechteren. Een speler die hij een gele kaart gaf, reed hem na de wedstrijd klem en bedreigde hem met een moersleutel. Hij deed aangifte bij de politie, maar de belager werd vrìjgesproken vanwege gebrek aan bewijs.

Tijdens cursussen van de KNVB leert men omgaan met de emoties van de spelers, vooral als die hoog oplopen. Het is van belang te deëscaleren door contact te houden. Badr zegt dat hij wel eens te veel communiceert.

Jan Willem van der Veer zit in de kleedkamer en gaat, tot verbijstering van de gedelegeerde, niet accoord met het feit dat sommige spelers geen ledenpas hebben. Zijn sterkste eigenschap vindt hij dan ook dat hij de regels hanteert, zijn zwakste dat hij soms te lief is, waardoor hij later weer harder moet ingrijpen. We zien hem vaak hardlopen.

Tijdens een feestelijke bijeenkomst van de KNVB krijgt Van der Veer een gouden speld uitgereikt vanwege zijn 350ste wedstrijd. Hij zegt dat hij soms vreselijke scheldwoorden naar zijn hoofd geslingerd krijgt. Ooit werd hij door een supporter knock-out geslagen nadat hij diens zoon een rode kaart had gegeven. Ook werd hij eens psychisch geknakt nadat hij een strafschop had gegeven, omdat hij dacht dat een speler de bal met zijn hand had geraakt. Nadat hij echter had vastgesteld dat de speler zijn tong had ingeslikt en hem op zijn zij had gelegd, kwam hij terug op zijn beslissing. Trainer en publiek waren zo boos dat hij met moeite weg kwam. Hij nam drie maanden rust en ging daarna weer door, eerst onder begeleiding van een oudere scheidsrechter. Twintig jaar geleden was de toestand op en rond het veld minder bedreigend, zegt hij. De agressie is toegenomen. Omdat hij niet het risico wil lopen dat er ergere dingen gebeuren, is hij gestopt.

Heek vindt het de taak van de scheidsrechter de wedstrijd goed te leiden. Het christelijke principe om eerst aan de ander te denken, komt hem daarbij goed van pas. Daardoor wordt het als arbiter ook leuker. Dat voorkomt niet dat hij in de bestuurskamer melding moet maken van een supporter die met een mes het veld op kwam. Dat was een broer van een speler die hij een rode kaart had gegeven.

Badr zegt dat er elk jaar wel iets gebeurt dat niet door de beugel kan. Hij gaat er echter mee door. Het is niet aan hem om het probleem op te lossen, vindt hij. We leven in een andere maatschappij. We moeten het nemen zoals het is. Voetbal is zijn leven.

Ik moest denken aan de theorie over het civilisatieproces van Norbert Elias die stelt dat dwang van buitenaf steeds meer in Selbstzwang is overgegaan. We hebben de gebruiken rond sociale omgang langzaamaan geïnternaliseerd. In situaties waarin de druk te hoog oploopt zoals tijdens oudjaarsvieringen en voetbalwedstrijden, duikt de oermens in ons echter weer op.




dinsdag 20 december 2011

Elsbeth Etty over erotische literatuur, VPRO radio 12 december 2011


Jeroen van Kan vraagt de samenstelster van de bloemlezing De Nederlandse erotische literatuur in tachtig en enige verhalen wat nou precies erotische literatuur is.
Dat is de moeilijkste vraag, vindt Etty. Ze schrijft in haar Inleiding dat het gaat om een zinnenprikkelende en lustopwekkende reactie, die het lezen oproept. Bijvoorbeeld in Lolita van Nabokov, waarin de pedofiele Humbert Humbert een orgasme krijgt zonder dat er uitwendig veel gebeurt.

In de suggestie herken je de grote schrijver? vraagt Van Kan.
Etty antwoordt nogal tegendraads dat je de daad ook kunt benoemen, pubers zijn daar in boeken naar op zoek. Ze werkte in de Koninklijke Bibliotheek in de kelder, De hel, genaamd, die haar aan de Stasi archieven deed denken en waar allerlei beeldmateriaal ligt opgeslagen. Etty was vrij om te selecteren wat ze wilde. Haar criterium was dat het voor haar zinnenprikkelend moest zijn of vroeger geweest moest zijn. Ze wordt niet opgewonden van slechte literatuur.

In De hel vond ze publicaties van A. van der Heijden, zoals een dikke bijlage van Penthouse over een vriendenclubje dat intieme handelingen met elkaar verricht, maar dat te langdradig was voor de bloemlezing. Gelukkig vond ze ook een fragment uit Advocaat van de hanen, dat de schrijver had aangeboden aan Playboy, zodat Van der Heijden toch een plaats kon krijgen.
Als je de namen weglaat, kun je zien wie het geschreven heeft, zegt Etty. De stijl verloochent zich niet. Ook Heeresma staat erin met een verhaal uit Playboy.

Van de vooroorlogse schrijvers kwam alleen Couperus in aanmerking. In het verhaal ligt hij naast het Orlando figuur. Etty vindt het uitgestelde genot het mooist, hoewel het beschrijven van de daad ook wel wat heeft. Bij Couperus ontbreekt de humor en de zelfspot die in mijn recente verhalen juist wel aanwezig is. Anders dan in porno waar de spanning niet doorbroken mag worden.

Van Kan haalt een zinsnede aan uit Turks fruit waarin de ik-figuur iets zegt over het likken van stront van zijn reet door Olga.
Etty vindt dat dat geval ook een diep vertrouwen aangeeft in de relatie tussen de twee.

Van Kan noemt het zonde dat Gerard Reve, toch een van onze grootste erotomanen, niet voorkomt in de bundel.
Etty betreurt het dat Joop Schafthuizen dat heeft tegengehouden.

Van Kan vraagt Etty wat ze haar het meest heeft opgewonden van wat ze niet kende.
Marnix Gijsen, zegt Etty, die een negerin beschrijft die in de tram een man pijpt. Etty herinnert zich van de middelbare school dat ze onrustig werden van Boutens die ook over pijpen schreef,, maar daarmee fluiten bedoelde.
Ook de jonge meiden als Renske de Greef en Alma Mathijsen die de spot drijven met de erotomanie.
Tenslotte noemt ze een gedicht van Cees Nooteboom dat ze op Google vond onder het trefwoord asperge, nadat Nooteboom eerst zijn bezwaren tegen de Nederlandse erotica had geuit.



Filmrecensie: Ten Canoes (2006), Rolf de Heer


Een verhaal met een moraal in een verhaal.

De rovershoofdman spreekt, al is dat in deze film in de gedaante van aboriginal Minygului, een man met drie vrouwen, tegen zijn jongere broer Dayindi die een oogje heeft op de jongste vrouw. Het verhaal, bedoeld als hulpmiddel om goed te leven, wordt in kleur vertelt tijdens de zwartwitte ganzenjacht per kano en af en toe wordt weer teruggeschakeld naar het heden. Minygului vertelt in zwart wit tot de steeds ongeduldiger wordende Dayindi hoe ze kano’s maken van basten en hoe ze overleven in bomen tijdens de tocht. 

In een tijd waarin ieder nog een visje in de grote poel was, zo’n beetje na de grote vloed, leefde voorvader Ridjimitaril, het lijkt wel de naam van een medicijn. Deze voorvader, die ik verder afkort met Rid, had drie vrouwen: de wijze Banalandju (Bana), Nowalingu (Nowa) die snel jaloers is en graag naar andere mannen kijkt en tenslotte de jonge Munandjava (Muna), een mooie, stille meid. Rid heeft een jongere broer, Yeeralparil (Yeel), die geen vrouw heeft, in het kamp voor alleenstaande mannen woont en een oogje op Muna heeft. Behalve de machtige sjamaan, die goede en slechte magie kan onderscheiden, woont er in het kamp ook nog een witbebaarde veelvraat Birrinbirrin (Birrin), die twee vrouwen heeft, een liefhebber is van honing was en die ook steelt.

Opeens komt er een vreemdeling om de hoek kijken. Er wordt druk gespeculeerd wat hij komt doen. De sjamaan waarschuwt: als de vreemdeling je poep verbrandt krijg je buikpijn en ga je dood, maar het is nog erger als hij je ziel steelt. In het kamp is men echter veilig. Birrin gaat er zelf op uit om honing te zoeken want zijn vrouwen weigeren dat voor hem te doen. Yeel sluipt naar een plek waar hij Muna kan zien maar Bana jaagt hem weg.

Het leven verandert als Nowa verdwijnt. Er zijn veel speculaties die allemaal getoond worden. Een oom komt langs en zegt dat hij haar in de hut van de vreemdeling zag. Ze bespreken manieren om Nowa terug te krijgen. Ze gaan op pad. Yeed mag niet mee, omdat hij de taak van Rid moet overnemen, mocht die overlijden. De krijgers komen thuis zonder Nowa die niet in het vijandelijke kamp was. Oom heeft zich vergist. Rid is depressief en valt ten prooi aan een boze geest, die zijn invloed doet gelden door de problemen te verergeren.

Rid ontmoet de vreemdeling en vraagt waar Nowa is. De vreemdeling weet het niet maar helpt zoeken. Hij wijst op een man die zit te poepen. Rid doodt hem, maar het is de verkeerde man en de stam wil als genoegdoening een vergeldingsactie waarbij ze pijlen mogen werpen op Rid en Yeed, net zo lang tot een van hen geraakt is.

Dayindi wordt inmiddels ongeduldiger maar zegt dat het verhaal een boom is met vele takken.

Rid wordt geraakt, maar niet dodelijk. Uiteindelijk gaat hij toch, dood omringd door dansende stamgenoten. Ze wuiven met bladeren om diens ziel weg te jagen naar de waterpoel.

Dayindi leerde van dit verhaal, om geduld te betrachten, zegt Minygului. Na de dood van Rid komt Nowa terug en rouwt. Ze was door een rivierbende ontvoerd en verkocht aan een woestijnvolk. Bin zegt niet ten strijde te trekken maar het geval te vergeten. Yeed huppelt naar Muna, maar krijgt ruzie met Bana die ook wel wil.

Dayindi loopt na het verhaal de hut van de jongste vrouw van zijn broer voorbij. Iedereen gelukkig, lacht Minygului. Hij weet niet meer of Dayindi nog een vrouw kreeg, maar vindt deze antropologische schets zelf wel geslaagd. 
 


 

maandag 19 december 2011

L. H. Wiener over Shanghai massage, VPRO-boeken 18 december 2011


Een fictiograaf en een reine begeerlijkheid.

Wim Brands introduceert de nieuwe roman van L.H. Wiener met een typering van een docent Engels die er zijn leven lang over doet om een achttienjarige te worden. In de roman heeft hij een verhouding met een leerlinge die 42 jaar jonger is. Brands heeft een verloop vastgesteld tussen de verschillende verhoudingen in de romans. Eerst was het verschil tussen docent en leerlinge 13 jaar, daarna 24 jaar en met Quirina was dat 42 jaar.

Quirina en hij spraken af, zegt Wiener, dat hun verhouding niet langer dan twee jaar zou duren. Dat werden er drie, omdat de hoofdpersoon gehecht raakte aan het meisje.

Hij zelf doet niet mee, zegt Wiener er ten overvloede bij, maar zo gemakkelijk laat Brands hem daar niet mee weg komen. Brands stelt dat zijn fictie sterk leunt op autobiografische gegevens en daar de spanning vandaan haalt.

In 1967 debuteerde Wiener met Seizoensarbeid. Het debuut leidde meteen tot een proces omdat de hoofdpersoon, die niet van de serveersters kon afblijven, zich herkende in de plaats van handeling: het restaurant boven in de watertoren in Zandvoort. Wiener verloor het proces, vond de publiciteit welkom, maar anderzijds geen pré.

Alles wat hij meemaakt kan onderwerp zijn om over te schrijven. De compositie vormt een apart hoofdstuk. Hij noemt zichzelf een fictiograaf.

Brands haalt een voorbeeld aan waarbij zijn zoon van veertien hem betrapte op het kijken naar porno.

Wiener zegt dat het dieper gaat: de schrijver Ezra Berger wil zich soms uit de werkelijkheid terugtrekken maar toch ook een goede vader zijn. Hij roept zijn zoon Nathan om erover te praten dat een man dat soms nodig heeft waarop Nathan hem vraagt of hij zijn vrouw soms mist.

Wiener zegt dat hij ook naar porno kijkt, dat het een sterke kracht is en dat hij geen grens stelt aan zijn literaire roerselen. Zijn oeuvre is meer dan een literaire exercitie. Het is zijn levensbloed, dat de lezer als fictie tot zich moet nemen. Alle wezenlijke vragen worden erin behandeld.

Brands begint over het familiedrama dat steeds voorbij komt in zijn boeken. Dat dateert van het begin van de oorlog. Op 11 mei 1940 besloot zijn opa, een huidarts in Zandvoort, zelfmoord te plegen met zijn joodse gezin. Zijn vader onttrok zich daaraan. Dat heeft hij moeten bezuren met sociaal wantrouwen en geslotenheid. Zijn moeder werkte. Wiener vraagt zich af waarom zijn opa niet is gevlucht zoals Freud en Einstein. Hij zelf kreeg grote conflicten met zijn vader, maar meent dat hij er goed aan heeft gedaan om in leven te blijven.

Brands komt terug op de relatie met een 42 jongere vrouw. Men zal hem vast een oude snoeperd vinden of erger.

Wiener legt uit de leraar, Victor van Gigh, zes jaar na het eindexamen een brief krijgt van Quirina, die hij omschrijft als een reine begeerlijkheid, waarin ze hem vraagt hoe het met hem gaat. Van Tricht stond al op zijn 23ste voor de klas in een driedelig pak.     

Brands vraagt hem naar de weerslag op zijn vaderschap. Wiener zegt dat hij alles aan zijn kinderen vertelt, tot hun ergernis aan toe. Hij hoopt dat zijn kinderen zijn werk gaan lezen. Het oeuvre is bedoeld om zichzelf na te laten.

Arab attraction, documentaire van Andreas Horvath en Monika Muskala


Oostenrijkse feministe wordt moslimvrouw.

Gangbaar is dat een zich gevangen voelende moslimvrouw de sluiers afwerpt en zich stort in de vrijheid, maar in deze documentaire over de Oostenrijkse feministe Barbara Wally, de vroegere directeur van de Internationale Zomeracademie voor beeldende kunst in Salzburg, zien we het tegenovergestelde. Ze werd tijdens een tiendaagse rondreis door Jemen verliefd op de streng gelovige chauffeur Khader en werd zijn vrouw.

In 2007 zijn ze getrouwd, hoewel Khader al getrouwd was en aanvankelijk niet meer dan één vrouw wilde. De eerste vrouw van Khader was razend want voor haar betekende het sociale degradatie.

Wally woont een gedeelte van het jaar in Sana’a, Jemen. Ze heeft een hele ontwikkeling doorgemakt vanaf het moment dat ze de rondreis maakte. In Aden kreeg ze koorts en ze lag ziek bij Khader op de achterbank van zijn auto. Tijdens het kamperen in de woestijn kreeg ze een magisch gevoel en de volgende dag was ze weer fit en vrolijk.

Terug in Salzburg had ze gemengde gevoelens over de Zomeracademie. Ze vond dat de exposities zwakker werden, dat er een neergang te zien was in de moderne kunst. De feministische kunst uit de jaren zestig was mooi, de situatie in Jemen te vergelijken met Oostenrijk onder het juk van de rooms-katholieke kerk.

In het vliegtuig op weg naar Jemen bekijkt ze de gebedstijden. We zien een dans van mannen met rituele dolken. In Sana’a mag ze niet zonder hoofddoek in de tuin. Daar zou haar man op worden aangekeken.

Ze was niet tegen de toetreding van Oostenrijk tot de Europese unie in 1995. Ze kocht een huisje in Somova, Roemenië aan de grens met Oekraïne, omdat ze dacht dat de buitengrens van Europa zou worden, maar wil dat kwijt. Ze maakt er snoek klaar. plukt paddelstoelen in een bos, ze moet lopen zegt ze als ze van streek is, zegt ze. In Jemen kan dat niet.

Sjeik Abdullah Hussein Fardj zegt dat Wally dat regels van de islam accepteerde. Op terugbekering staat de doodstraf, al wordt die niet in praktijk gebracht. Dat is vergelijkbaar met landverraad. God verraden is nog erger. Een Saoedische psychiater kreeg in Engeland een feministe op zijn spreekuur met psychische klachten. Het bleek dat ze het liefst echtgenote wilde worden, god heeft de vrouw voor het moederschap geschapen. Polygamie is toegestaan omdat de seksuele leven voor een vrouw erg zwaar is en er is een vrouwenoverschot in de wereld, wat zou men daar anders mee moeten?

Het vreemde is dat Wally er bij zit en daar niets tegen in brengt. Ze speelt later in haar huis domino met Monika terwijl Khader bij zijn eerste vrouw is, met wie hij ook kinderen heeft. Volgens de koran moet hij zijn vrouwen gelijke aandacht geven. Hij kauwt eerst qat met een neef, die zijn mond vol heeft over de verdrijving van de Israelieten. Wally vindt het moeilijk haar man te delen. Ze heeft veel nagedacht over de dood omdat haar moeder daar twintig jaar met worstelde en haar eerdere man aan Parkinson overleed. De dood en haar betrokkenheid bij de islam hebben met elkaar te maken. Zij heeft angst voor de dood. Voor de islam is het individuele bestaan niet zo belangrijk. Zo viert men bijvoorbeeld niet de naamdag.

In de aftiteling lezen we dat Wally inmiddels met haar man een reisbureau runt in Jemen. De reportage is niet meteen reclame daarvoor. Een ander nieuw project is een multimedia opleiding voor vrouwen in Jemen, dat na de samenvoeging van Noord en Zuid in 1991 economische en politiek achteruit gaat en op de vijftiende plaats staat van de Failed States Index. Wellicht dat het aftreden van Saleh daar verandering in brengt. Haar huis in Roemenië staat nog te koop. In 2010 werd bij haar een ongeneeslijke oogziekte geconstateerd, waardoor ze uiteindelijk haar gezichtsvermogen zal moeten missen.
 


zondag 18 december 2011

De verkenners, Tegenlicht, 15 november 2010


De crisis als kans.

Deze laatste bespreking van de serie Nederland op de tekentafel gaat over de eerste aflevering van de boeiende vierdelige reeks waarin verder de grensregio’s Zuid-Limburg, Zeeuws- Vlaanderen en Oost-Groningen onder de loep werden genomen. In deze eerste uitzending wordt de bedoeling duidelijk gemaakt. Het gaat over schijnbaar ongelijksoortige begrippen als demografische ontwikkeling, identiteit, landbouw en lokale vernieuwing. In een verrommelde wereld, wordt er achteraan gezegd.

Een jaar geleden, met de verkiezingen achter de rug, ontwaakte Nederland in een gewijzigd politiek landschap. Bas Heijne geeft commentaar op de toestand in Nederland, dat van kleur is verschoten. De VVD heeft het stokje van de PvdA overgenomen, de PVV heeft het CDA op de kast gejaagd. Heijne verklaart het laatste vanuit onzekerheid over ons wezen. Wie zijn we eigenlijk? Identiteit werd na de tweede wereldoorlog met argwaan bekeken. Het was iets oubolligs en iets achterlijks voor de kosmopoliet, die zich per vliegtuig de aarde bereisde op zoek naar nieuwe indrukken. Tegelijk leidt een diep gevoel van onzekerheid tot weerstand tegen nieuwkomers. De geïndividualiseerde cultuur bedreigt de gemeenschapszin. Dat zit in ons allemaal, daar hebben we allemaal deel aan.

De innemende Poolse socioloog Zygmunt Bauman (zie foto) stelt dat onze identiteit vloeibaar is geworden, sterk in beweging. Vroeger hadden we duidelijke wortels, nu werpen we zelf onze ankers uit. We zijn als een schip dat overal naar toe kan varen. Die vrijheid gaat samen met onzekerheid. De lokale cultuur is de vuilnisbak geworden van globale machten en in die lokale cultuur ook de oplossing voor het probleem gevonden moet worden.

Piet van IJzendoorn, een boer uit Zeewolde, heeft dat begrepen. Hij gebruikt in Zonnehoeve zijn graan om brood te bakken voor de omgeving. Mens en natuur moeten weer leidend zijn, zegt hij. Als geld leidend blijft, dan gaat het fout. Het kan niet zo zijn dat twintig procent van de wereldbevolking tachtig procent van de hulpbronnen opsoupeert. De biologische landbouw is niet veel duurder op productieniveau. Hij bepleit regionale landbouw. Mensen moeten een eigen systeem vormen, eigenheid ontwikkelen.

Rijksbouwmeester Liesbeth van der Pol  toont kaarten van Nederland waarop de verstedelijking vanaf 1950 duidelijk te zien is. We zijn bezig het landschap op te eten, zegt ze.  
Het groeiconcept is niet vruchtbaar in krimpende regio’s. Net als slow food moet ook op andere terreinen gas teruggenomen worden.

Hoogleraar Jan Douwe van der Ploeg stelt dat de industriële gebieden de ommelanden hard nodig hebben voor recreatie en dat die niet mogen worden opgeofferd aan het economisch belang. Daar vormen boerderijwinkels en – plaatselijke markten ook een sterke band tussen producent en consument. Juist in Nederland kent men veelvoudige raakvlakken tussen stad en platteland. Er is een tweestrijd tussen industriële landbouw en de biologische. De economische crisis leidt tot kansen voor bedrijven die meer poten hebben, zoals Zonnehoeve.   

Bauman zegt tenslotte dat de lokale cultuur minder aantrekkingskracht heeft dan internet en dat het moeilijk te zeggen valt wat de uitkomst zal zijn. In ieder geval is duurzaamheid belangrijk in een tijd waarin de hulpbronnen uitgeput raken. Economische vertraging is nodig om niet ten onder te gaan.

Mooie uitzending, mooie serie ook, waarin de crisis als kans wordt gezien. Inhakend op Bauman zou ik willen opmerken dat internet en lokale cultuur niet strijdig aan elkaar hoeven te zijn. Men kan deelgenoot zijn van verschillende gemeenschappen. De onzekerheid in lokale gemeenschappen kan door biologische initiatieven in de landbouw verminderd worden. Zo snijdt het mes aan twee kanten. Het landschap blijft behouden, de boer staat er middenin.




Jesus Camp (2006), documentaire van Heidi Ewing en Rachel Grady


Uitbundig maar vooral hartverscheurend christelijk zomerkamp.

Op de voedingsbodem van de Moral majority uit de jaren zeventig is een nieuwe beweging opgekomen. Radio presentator Mike Papantonio uit Missouri treedt met luisteraars in gesprek over de gevaren van de Evangelists, die een kwart van alle Amerikanen uitmaken en van plan zijn de scheiding tussen kerk en staat ongedaan te maken. Ik kan me zijn bezorgdheid voorstellen. De manier waarop jeugdpastor Becky Fischer kinderen toespreekt is op zijn minst bedenkelijk. Het creationisme geeft antwoord op al hun vragen en verklaart klimaatverandering als onzin.

Becky is in Missouri en roept kinderen op om naar het zomerkamp in North Dakota te komen. Ze ziet het kamp als een tegenwicht tegen de jeugdkampen in islamitische landen. Het is hun god tegen de onze. Ze spreekt Levi aan, een van de drie kinderen die tijdens het kamp gevolgd wordt. Hij werd al op zijn vijfde verlost, zegt hij en denkt dat God hem op kamp zal leren om te gaan met de anderen want dat vindt hij moeilijk. De andere twee zijn Rachael en Victoria. De negenjarige Rachel evangeliseert tussen het bowlen door, Victoria is verzot op dansen op christelijke popmuziek.

Het kamp begint met een Pinkstergemeente-achtige opwekking op muziek. Becky spreekt over zonde en zegt dat Harry Potter in het Oude Testament tot de dood veroordeeld zou worden. Ze heeft een flesje water bij zich waarmee de kinderen hun handen kunnen wassen. Haar toon wordt steeds intimiderender. Kinderen huilen en bekennen door de microfoon hoe moeilijk het is om te geloven. Op de slaapzaal schijnen ze met hun zaklantaarns en proberen elkaar bang te maken tot een surveillant zegt dat hij niet van spookverhalen houdt.

Becky toont voorwerpen die ze bij haar toespraken gebruikt zoals een Barbie en een Ken die de eerste mensen moeten verbeelden. De kinderen zijn tegenwoordig visueel ingesteld en daar moet ze rekening mee houden. Ze zoekt in speelgoedzaken naar voorwerpen die passen bij haar leerstellingen.

Rachael vindt het kamp te gek. Levi moet de kinderen toespreken en oefent een preek over de sleutelgeneratie. Dat gaat niet over kinderen die na school zichzelf moeten vermaken maar over kinderen die tot een uitverkoren generatie behoren. Hij weet dat hij zelf alleen maar een kanaal is waardoor de geest zal spreken.

Inmiddels slaat men kopjes stuk die de slechtheid moeten voorstellen, zoals het staatsbestel dat niet toelaat dat ze mogen bidden op school (en waardoor veel Evangelisten zelf hun kinderen onderwijs geven). De Verenigde staten zijn Gods natie, maar velen hebben God uitgebannen.
Becky toont een pop van hun grote roerganger George Bush en roept op om oorlog voor hem te voeren. Op de laatste avond wordt Levi naar voren geroepen en hem voorgehouden dat hij als prediker het Amerikaanse volk zal terugvoeren naar de heiland. Daarna wordt een anti -abortus betoog afgestoken die weer veel tranen veroorzaakt. Later is de groep in Washington om daar met dichtgeplakte monden te demonstreren voor het leven, Pro Life.

In een megagemeente in Colarado Springs spreekt Ted Haggard, de voorzitter van de Evangelisten die wekelijks overleg heeft met Bush. Ook Levi is erbij. Hij vertelt Haggard over zijn eigen preek. De prediker vraagt hem of het succes te danken was aan de inhoud of het feit dat hij nog zo jong was en raadt hem aan zijn uitstraling te gebruiken tot zijn dertigste als hij meer kennis en ervaring heeft. Hij looft in de camera de goddelijke wezens die op de scholen als dieren worden gezien, ontstaan uit natuurlijke selectie. 

Radiopresentator Papantonio heeft Becky Fischer aan de lijn en vraagt haar waarom ze kinderen inzet voor het evangeliseren. Jong geleerd is jong gedaan, antwoordt Becky, die geen enkel probleem ziet in het indoctrineren. Op de vraag over de scheiding van kerk en staat antwoordt ze dat de democratie hen zal vernietigen. Papantonio dankt haar voor het gesprek en mompelt dat het niet gekker moet worden.

Dat ben ik met hem eens. Het is inmiddels vijf jaar geleden dat deze met Oscars bekroonde documentaire gemaakt is. Ik denk dat de Evangelisten alleen maar aan kracht hebben gewonnen. Des te erger voor kinderen als Levi, Rachael en Victoria die niet in vrijheid zelf hun toekomst kunnen bepalen. Wat moet er uit zo’n opvoeding voortkomen? Hoe is het mogelijk dat het in de Verenigde Staten, dat land of the brave and the free, tot zo’n regressie gekomen is? Waardoor voelt men zich bedreigd? Een goede documentaire roept meer vragen dan antwoorden op.  
    

zaterdag 17 december 2011

Krimpen aan de Maas, Tegenlicht, 29 november 2010


Tussen helicopterblik en mussenperspectief.

De ondertitel van deze uitzending over de bevolkingskrimp in Zuid-Limburg slaat op verschillende manieren waarop daarmee kan worden omgegaan. Architect Jo Coenen kiest voor een grootschalige aanpak, zijn collega Jerome Paumen voor kleinschaligheid.

Voormalig rijksbouwmeester Coenen neemt ons mee naar Luik om het hypermoderne tgv- station te laten zien, dat de toegang van Limburg tot de rest van Europa is. Er moet iets gebeuren om de motor draaiende te houden. Multiculturele centra waar men elkaar kan ontmoeten. Zuid-Limburg ligt in het hart van het oude Europa. Hij denkt zelfs aan een Bandstad als tegenwicht van de Randstad.

Paumen gaat daarentegen naar een versmarkt in kleine kern Neerbeek, die een sociale functie heeft. Het verleden moet leidraad zijn, zegt hij. Hij wil geen mega-regio worden. Het slopen van panden in de sociale huursector is verkeerd. De krimp moet je te lijf gaan aan de randen van Parkstad, het gebied van Heerlen tot Kerkrade.

In Sanderbout, een arbeiderswijk van Sittard, kwam men in het geweer tegen de grootschalige sloop van mijnwerkerswoningen, die de identiteit van de plaats vormen. Jos Tummers is daar al dertig jaar postbode. De volkswijk vergrijst, zegt hij. De woningcorporatie luistert niet echt naar de bewoners, die geen vernieuwing van het centrum van Sittard willen.

Coenen heeft een ontwerp voor culturele voorzieningen gemaakt in de vorm van een dobbelsteen. Cultuur is de nieuwe motor zegt hij. Hij erkent dat het vinden van een nieuwe identiteit lastig is.

De Limburgse demograaf Wim Derks, alias Mister Krimp, zegt dat het inwoneraantal sinds 2002 langzaam daalt, maar dat die wordt afgeremd door compenserende effecten, zoals Westerlingen die hier komen wonen. Hij vindt dat de mensen in de wijk zelf moeten beslissen. Alleen van onderaf schep je een draagvlak voor veranderingen.

Een echtpaar uit Sanderbout in een mijnwerkerswoning met een mooie vijver wil geen sloop, maar de vrouw zucht dat dat wel moeilijk zal worden. Ze is blij als ze hoort dat men daarvan afziet. De gaten elders in de stad geven aan dat naar bewoners niet is geluisterd.

Coenen zegt dat eerst aan het zelfbewustzijn gewerkt moet worden. Een vroegere kledingzaak voor mijnwerkers midden in Heerlen heeft hij omgebouwd tot een cultureel centrum, waarin ook breakdance-wedstrijden worden gehouden. Volgens de wethouder is het belangrijk de jongerencultuur zichtbaar te maken. Derks zegt dat men in deze regio goedkope ruimte beschikbaar kan stellen waar creativiteit zich kan ontwikkelen en getoond kan worden.   

Henk Roelofs heeft precies op de grens een centrum voor duurzame energie neergezet. Hij maakt gebruik van betere subsidieregelingen in Duitsland op dat gebied. Een stroopstoker wil terug naar productie voor de directe omgeving. Dat is ook in het belang van de boeren die het landschap beheren. Derks zegt dat het landschap het kapitaal van Zuid-Limburg vormt.

Derks wordt tenslotte gevraagd hoe erg krimp is. Hij antwoordt dat eerst de overbevolking een doemdenkbeeld was, maar dat de overheid niet graag de bevolking ziet afnemen. Een normale daling zonder dat de welvaart verloren gaat is echter prima te doen. Hij raadt gebieden elders aan tijdig maatregelen te nemen om de krimp op te vangen.

vrijdag 16 december 2011

De nieuwe Noorderlingen, Tegenlicht, 13 december 2010


Blauwestad en omgeving.

In de serie Nederland op de tekentafel, waarin de toestand in de uithoeken van ons land belicht wordt, was Tegenlicht een jaar geleden in Oost-Groningen, ooit het land van de graan en de strokarton, zoals mooi beschreven door Frank Westerman in De graanrepubliek (1999). Vanwege de kwijnende economische toestand werd in 1989 besloten tot het graven van een meer in dit land van het wordt nooit wat. Rond het Oldambt meer moest Blauwestad verrijzen met zelfbouwkavels voor vermogende Westerlingen. Dat kwam echter nooit van de grond. Er is op dit moment eerder sprake van Blauwdorp. Private investeerders trokken zich terug en het project is inmiddels weer in handen van de provincie Oost-Groningen en de gemeente Oldambt. Er is een nieuwe beleidsvisie ontwikkeld, waarin Blauwestad meer voor de Groningers zelf moet zijn. Statenlid Wiebe van der Ploeg (Groen Links) zegt dat Den Haag hun regio als een wingewest ziet. Ze zijn geschikt om aardgas te leveren, maar zien van de opbrengsten nauwelijks iets terug. Wat Blauwestad betreft vindt hij het belangrijk wat de bevolking wil.

Havenmeester en akkerbouwer Geert Jan Molema (zie foto) vindt het een bijzonder moment toen de kraan werd opengedraaid. In 2006 stribbelde hij nog tegen, maar inmiddels omarmt hij het project. Een buurtgenoot zegt dat ze geëmigreerd zijn, zonder dat ze hebben moeten verhuizen.  

Bewoner Marten Diberg geniet van het licht en de ruimte in en rond zijn huis. Wonen in Blauwestad heeft volgens hem één nadeel: dat je nog moet werken. Volgens hem stevenen we af op een maatschappij waarbij economische activiteit en wonen niet direct dicht bij elkaar hoeven te liggen. Hij is blij dat de provincie met de nieuwe ontwikkelingsvisie kwaliteit wil behouden. Duurzaamheid is belangrijk. Hij noemt Josephine Green die sociale verbanden in de toekomst belangrijker achtte dan winstmaximalisatie.

Projectontwikkelaar Simon Benus renoveert een oude strokarton fabriek uit 1908 tot een enorm appartementencomplex De toekomst, vooral bedoeld voor mensen uit de streek, en stelt vast dat zijn project succes heeft.

Rapper Teun Heuvel uit ’t Zandt zegt dat in zijn dorp van driehonderd huizen tien procent te koop staat. Hij kan de mensen echter moeilijk in de steek laten en woont daar ook naar tevredenheid. Het Gronings zou populairder moeten zijn, zegt hij. Er zit veel gevoel in de taal. Hij is inmiddels ook voorzitter van de plaatselijke voetbalvereniging en traint de jeugd. Ze hebben zeventig leden, maar worden door de KNVB gedoogd.

‘Het is hier nog stil,’ zegt een jongeman in het café. ‘Je hoort hier de vleugels van een roofvogel nog wapperen. Je kunt hier nog tot jezelf komen.’ Mooie reclame.   

donderdag 15 december 2011

Florida aan de Schelde, Tegenlicht, 6 december 2010


De strijd tussen boeren, burgers en natuurfreaks.

Het is alweer een jaar geleden dat dit programma werd uit gezonden, maar de actualiteit is er niet minder om. Nog steeds bestaat er een onverzoenlijke tegenstelling tussen natuurontwikkelaars die willen ontpolderen en agrariërs die de polders willen behouden. Daarnaast heb je nog politici en burgers die voor de ene of de andere partij zijn.
In deze documentaire speelt de tegenstelling zich af in het westelijk deel van Zeeuws-Vlaanderen, een stukje Nederland vastgeplakt aan België.
In een van de eerste beelden zien we het dorp Koewacht in het achterland van Terneuzen, waar veel huizen te koop staan en de winkels verdwenen zijn. Martin Wiersma, gedeputeerde van Groen Links, is voorstander van een project als Waterdunen, waarbij landbouwgrond aan de natuur wordt overgeheveld. De boeren vinden dat maar niets en ook journalist Kees Slager spreekt van wilde plannen. Hij vreest Amerikaanse toestanden met rotte kiezen in de dorpen en kunstmatige resorts daarbuiten. Het eeuwenoude levensritme wordt verruild voor stilstand, door het veranderen van het landschap ontneemt men de mensen hun identiteit en de boeren hun biotoop. Heizler is zo’n boer die een brief heeft ontvangen waarin staat dat zijn bedrijf moet plaatsmaken voor golfbanen. Hij zegt dat er in de politiek teveel mensen rondlopen met grote ego’s.
Volgens Slager ontstaat er door de vergrijzing een Florida aan de Schelde. Hij vindt het niet erg als het allemaal wat langzamer gaat. Zij hebben de laagste werkloosheid van Nederland.
Planoloog Gert de Roo zegt dat het rijk zich alleen nog bezig houdt met de main-, brain- en greenports en dat de regio het zelf mag uitzoeken.   
Landschapsarchitect Adriaan Geuze, een Zeeuw van afkomst, werd door een burgerinitiatief uitgenodigd om te spreken over zijn bezwaren tegen het project Waterdunen. Hij staat op een boot en spreekt over de twee gezichten van Zeeland: eb versus vloed, de grootsheid van de schepping versus de miezerigheid van de bungalowparken, de majestueuze Deltawerken versus de afzichtelijke villawijken. Hij vindt dat in het gebied veel mogelijk is, zoals een containerhaven en recreatie. Zeeland zou een leisure-port kunnen worden. De Zeeuwen begrijpen helaas niet dat veel Nederlanders bij hen willen recreëren, alleen dan niet in villawijken, afgeschermd van de omgeving. Zeeland heeft ook op voedselgebied veel te bieden: allerlei soorten vis, zeegroente als zeekraal en lamsoor, fruit, granen, krieltjes, witte wijn zelfs.
Kim Bakker van landgoed Rijckholt, een appartementencomplex voor ouderen zegt dat hun zorg meegroeit met de bewoners. Dementerenden hoeven er niet weg maar kunnen er blijven wonen tot hun dood. ondernemer
Adri Bout Seafarm toont zijn milieu-neutraal gekweekte schollen.
Biologische boer Van Hootegem levert aan een verzorgingstehuis. Een biologische boer maakt slim gebruik van de gratis natuurlijke processen, zegt hij. Hij ploegt niet om het leven in de grond niet te verstoren, maar gebruikt groenbemesters. Hij wil een betrokken systeem scheppen, waarmee hij bedoelt dat zijn afnemers weten waar hun eten vandaan komt. Biologische aardappelen smaken beter, zeggen ook de meedenkende leidinggevenden van het verzorgingstehuis. De bloemkool hoeft niet opgewaardeerd te worden met dure zakjes Knorr. ‘Is rijkdom meer dan niet?’ staat er te lezen op een bord in een akker van Van Hootegem.

Prachtig, al die initiatieven. Ze komen er wel uit samen, zolang ze zich niet laten beetnemen door projectontwikkelaars, die alleen winst willen.
   

woensdag 14 december 2011

Recensie: Huwelijk (2011), Jeffrey Eugenides


Een nieuwe Sophie’s choice.

Huwelijk is een epische Amerikaanse roman over een belangrijke levensfase, de overgang van studie naar werk of verdere studie, waarbij men vrienden kwijtraakt en nieuwe contacten opdoet. Eugenides brengt die transitie nauwgezet in kaart. Het boek is anekdotisch geschreven vanuit drie hoofdpersonen: twee jongemannen die om hun studiegenote Madeleine heen cirkelen, de jongste dochter van twee ouders die met erg hun kinderen begaan zijn, maar zelf een nogal stekelige relatie hebben. 

Het verhaal begint met de diploma-uitreiking in 1982, waarbij de ouders van Madeleine naar de universiteit komen. Madeleine zelf verkeert in matige omstandigheden. Ze heeft die nacht doorgezakt, met als gevolg een kater en een vlek op haar jurk. Ze ziet er tegen op haar ouders in haar studentenkamer te ontvangen en roept door de intercom dat ze naar beneden komt. Ze lopen naar een koffiehuis om daar bij te praten. Madeleine’s moeder ziet buiten een oud vriendje van Madeleine zitten, Mitchell geheten. Ze wil graag dat hij bij hen aanschuift. Madeleine is blij dat Mitchell de aandacht van haar afleidt, maar later maakt ze toch weer ruzie met hem. Madeleine is zelf niet bij de diploma-uitreiking want ze moet naar het ziekenhuis waarin haar studiegenoot Leonard met wie ze sinds kort een relatie heeft, is opgenomen.

Misschien is dit eerste hoofdstuk wel het mooist met de onrustige Madeleine die uit de pas loopt bij de academische parade zoals dat in het boek heet. Ook de kribbige verhouding tussen de ouders komt sterk tot uiting. Mitchell voelt zich, als de parade de universiteit nadert, weer een kind. ‘De poorten deden al iets met hem, want terwijl hij zijn hand opstak om terug te zwaaien naar zijn ouders voelde Mitchell zich ineens weer tien jaar oud en op het punt in tranen uit te barsten, overmand door zijn gevoelens voor de twee mensen die als personages uit een mythe zijn hele leven lang het vermogen hadden bezeten om op de achtergrond te verdwijnen, in steen of hout te veranderen, om pas weer tot leven te komen op dit soort belangrijke momenten, om getuige te kunnen zijn van de reis van hun held.’  

In het vervolg gaat het over de moeizame verhouding tussen Madeleine en de receptieve Leonard waarbij Jesus-freak Mitchell op afstand om hen heen cirkelt. Over Madeleine, die haar hele leven lang al boeken leest en zich bijzonder interesseert voor literatuur, wordt het volgende gezegd: ‘Ze was net aan haar volwassen leven begonnen en ze had zich nog nooit zo kwetsbaar, bang en verward gevoeld.’
Vooral de inhoud maakt het boek interessant, allereerst vanwege de letterkundige onderwerpen, de godsdienstige, daar Mitchell, op voorspraak van een leraar, een theologische opleiding wil gaan doen en tenslotte de uitweidingen over waanzin en in het bijzonder de bipolaire stoornis van Leonard. Tijdens een ruzie gooit hij Roland Barthes’ Fragments d’un discours amoureux naar het hoofd van Madeleine die juist door dat boek gegrepen is. ‘Madeleine's liefdesleed was begonnen in een tijd dat de Franse theoretici die ze las het begrip liefde deconstrueerden,’ aldus de verteller in het begin van het desbetreffende hoofdstuk.

Hoewel de thematiek minder sterk historisch geworteld is, doet The marriage plot - zoals het boek in het Engels heet - denken aan Sophie's Choice. Leonard is het kind van gestoorde Joodse ouders. De beklemming rond zijn ziekte komt dichtbij door de precieze manier waarop die geschreven wordt. Als in een film voel je de vervreemding toenemen. Eerst is Leonard nog een tabakspruimer die in een college semiotiek alles schijnt te weten, later verwordt hij tot een patiënt met alle daarmee samenhangende problemen van dien.  

Anderzijds is het verhaal erg uit elkaar getrokken. Eugenides wil alles vertellen, bijvoorbeeld over de reis van Mitchell door Europa en India. De zes delen beginnen vaak algemeen en tonen daarna een hoofdpersoon in een bepaalde omstandigheid, zoals in deel zes, dat eerst over de Quakers gaat en dan over Mitchell. Vandaar gaat het terug, met lange terugblikken soms tot de jeugd aan toe. De gebeurtenissen worden vanuit verschillende ooghoeken belicht, hetgeen soms meer inzicht geeft in de personen maar ook veel overlap veroorzaakt.

Het verhaal kent een literair einde. Jeffrey Eugenides schreef eerder The virgin suicides, las ik op een van de vele posters in de stad, waarin Huwelijk wordt aangeprezen. Een mooi en aangrijpend verhaal voor de vakantie.

bijgewerkt 14 december 16:24 uur

Filmrecensie: Thrive, what on earth will it take? (2011), Foster Gamble.


Het loopt naar 2012 en daarmee nemen de problemen in de wereld toe en ook de initiatieven om daar wat aan te doen. 
Het project Thrive, een begrip dat volgend het woordenboek to grow strong and healthy betekent, is daar een voorbeeld van. 

De gelijknamige film begin als een natuurdocumentaire. De schoonheid van de natuur staat in scherpe tegenstelling tot wat wij mensen ervan gemaakt hebben. Foster Gamble studeerde in Cincinatti, Ohio en onderzoekt al zijn leven lang hoe dat komt. Hij doet daarvan verslag in een zetel die ergens in de ruimte hangt, soms met rook aan zijn voeten. Hij ondervraagt een hele rits deskundigen, zodat het lijkt alsof er niemand op de wereld aan de beweringen kan twijfelen. Als in een spannend jongensboek gaat het over het ontdekken van de code.
The code may be our most powerful key to thriving, noteer ik van de website. We are not a mistake, we are mistaken, zegt Gamble die vitals, nagivating insights en patterns onderscheidt.
‘It is a pattern in nature that exists everywhere from atoms to galaxies. It's called a "torus." You can see it in a seed, a fruit, a hurricane, even the electromagnetic field around a person or the earth. It's how life sustains and evolves itself, and it serves as a universal template for sustainability in all our systems.’
Het gaat om universele energie die ook Einstein al op het spoor was: een quantum is een pakketje heelheid. Duane Elgin legt uit dat het om zelforganiserende systemen gaat. Kosmoloog Nassim Haramein weet dat galaxic systems uit die patronen bestaan. De infinite torus flow die gratis energie kan leveren, was al bekend was bij de Azteken, de Amerikaanse indianen en de oude Egyptenaren.
Gamble vraagt zich of hoe die kennis hier gekomen is en komt opThe Extra Terrestrial, E.T. Zie de graancirkels, waarmee buitenaardse wezens ons willen wijzen op die universele energie. Wetenschappers die ermee experimenteerden werden aangevallen en hun werk vernietigd. De vraag is: waarom? Het antwoord luidt dat het industriële militaire complex daar tegen is. Gratis energie zou een geopolitieke aardverschuiving veroorzaken.

Gamble ontvangt zijn vrouw Kimberley, die nog eens zegt dat veel maatschappelijke problemen met het tekort aan energie te maken hebben. Dan wordt het onderwerp verlegd naar de financiële wereld die de wereld controleert. De federal reserve moet het ontgelden. Bail out the people, not the banks, lees ik op een spandoek. De happy few heeft een global domination agenda. Men wil ons overheersen en hebben al een monopolie op het gebied van geld, energie, voedsel en water.
Het is jammer dat Gamble het micro krediet niet ter sprake brengt. 
Big brother is er al, we zitten al in de matrix. Ook de Europese Unie past in het plan. Zelfs de aanval op Amerika op 9-11 was een complot om de olie voorziening veilig te stellen. Het is de bedoeling de wereldbevolking door eugenetica te decimeren. Zo onwaarschijnlijk is dat niet. Kijk naar Duitsland 1932. Ons sperma neemt volgens een statistiek in kwaliteit af.
Een nieuwe richting gaat om de ziel van de mensheid, over onze natuur die sociaal is en niet egoïstisch. Gamble krijgt steeds meer het irritante toontje van een predikant. Hij weet dat we niet kansloos zijn want we zijn in de meerderheid en de happy few heeft ons nodig om hun doelen te verwezenlijken. We kunnen ons net als Ghandi verzetten. In India zijn freedom zones waarin geen gif in mag, in Bolivia is er een grassroot movement. Er gebeurt veel waar we niet van horen. Het is van belang ervoor te zorgen dat internationale belastingen op klimaat er niet komen.
Wat? Gamble zegt dat hij beïnvloed is door Ludwig von Mises, die ook niets moest hebben van collectieve organisatie. Naar hem is ook een instituut vernoemd. Vrijheid is voor Gamble een belangrijk principe, zijn project ademt een geweldloze, anarchistische sfeer. 
Kimberley, die de film produceerde, roept ons op ons uit te spreken, een plaatselijke bank te kiezen, verantwoordelijk boodschappen te doen. Gamble zelf ziet wel wat in Aikido. Als je je door je innerlijk laat leiden ga je altijd de goede kant op, zegt een zen meester. Deepak Chopra mag nog een woordje zeggen en Amy Goodman roept: Power to the people. Sta op voor vrijheid, zegt Gamble, met suggestieve muziek op de achtergrond, let’s make it happen.

Het is erg naïef allemaal, het hangt als los zand aan elkaar. Een nieuw soort Aquarius samenzwering. Kretologie die de democraten en republikeinen in de V.S. met elkaar moet verzoenen. De Gambles trappen nogal wat open deuren in, zien spoken wanneer ze bijvoorbeeld de Europese Unie of een wereldregering als een gevaar zien, terwijl juist politieke macht nodig is om de economische heerschappij van de enkelen te beteugelen en het liefst nog te vervangen door een duurzame en rechtvaardige ordening.
Voor mensen die er geen genoeg van kunnen krijgen: zie hier de website.

dinsdag 13 december 2011

The Gathering Storm (2002), tv-film van Richard Loncraine


Een goedige maar vastbesloten oude baas.

Engelse historische films zijn altijd prima verzorgd en een genoegen om naar te kijken. Dat geldt ook voor The Gathering Storm, die begint met prachtige beelden van een oude zwarte auto die in 1934 het landgoed Chartwell nadert. Winston Churchill stapt uit en met een dikke sigaar in zijn mond en een vastbesloten blik beklimt hij de heuvel en ziet de slag om Blenheim voor zich met Marlborough die hem even aankijkt. Dat blijkt een droom geweest. De vermoeide oude baas loopt in zijn nakie naar de wc en terwijl hij plast houdt hij alvast een toespraak tot het parlement.

Churchill was een Tory die anders dan de meeste van zijn partijgenoten beducht was voor Hitler. Hij had echter weinig aanzien omdat hij zich eerder vergist had in de mogelijkheid om India voor het Britse rijk te behouden. Met spijt constateert hij dat men vroeger graag naar hem luisterde als hij een toespraak hield. Hij weet geheime documenten over de opbouw van de Duitse luchtmacht in handen te krijgen en daarmee andere parlementariërs te waarschuwen. DBK is zijn devies. Door Blijven Kloten. Conquer or die.

In zijn priveleven loopt ook niet alles van een leien dakje. Hij heeft veel geld verloren tijdens de beurscrisis van 1929 en kan, met alle huishouding, eigenlijk geen vruchtencake meer betalen. Zijn vrouw Clemmie is zeer onafhankelijk en gaat met een andere heer op een verre reis naar Madras. Als hij daar eerst tijdens het eten bezwaren tegen uit, gooit ze de schalen door de eetkamer en verdwijnt naar haar eigen kamer. Het dienstertje kijkt wat ongelukkig naar de scherven. ‘The sprouts misbehaved,’ zegt Winston. Vervolgens gaat hij naar Clemmie om zijn excuses aan te bieden. 

Churchill was iemand die zichzelf actief moest bezighouden om niet door de Zwarte Hond, zijn melancholie, aangevallen te worden. Hij metselde, schilderde en schreef. Met zijn onafscheidelijke grote sigaar, zijn goedmoedigheid en zijn onafhankelijke maar toch altijd trouwe vrouw deed hij, of in ieder geval de acteur Albert Finney, me ook denken aan Joop den Uyl. Vastberaden mannen. Een genot om naar te kijken. Net als naar Vanessa Redgrave die Clemmie speelt. 

The Gathering Storm is een stijlvolle BBC –HBO co productie over de levensperiode van Winston Churchill in de jaren voor de tweede wereldoorlog. De titel is hetzelfde als die van het eerste deel van diens zesdelige autobiografische geschiedenis over de oorlog. De film is in twaalf stukjes op You tube te zien. 

Als appetizer kunt u de eerste tien minuten op You tube bekijken en het moet al vreemd zijn als u dan niet verkocht bent.