Sterke biografische schets van directeur FBI
De titel J. Edgar staat voor de legendarische baas van de
FBI, die bijna vijftig jaar de dienst uitmaakte bij de Amerikaanse
inlichtingendienst. De man, voluit bekend als John Edgar Hoover (1895-1972),
was een onvervalste communistenjager, maar krijgt in de film van Clint Eastwood
heel menselijke trekken, niet in de laatste plaats door het prachtige
acteerwerk van Leonardo DiCaprio.
De vakmanschap straalt op allerlei manieren van deze meer
dan twee uur durende biografische schets af, waarin we natuurlijk veel mannen
met gleufhoeden zien. De kijker blijft van de eerste tot de laatste minuut
geboeid door de levenswandel van een echte rechtse rakker, iemand die overtuigd
is van zijn ideeën over wat goed is voor zijn land. Zelfs als men niets in die
ideeën ziet, voelt men toch sympathie voor de man die tot het bittere einde
doorging om zijn opvattingen uit te dragen.
Een van de elementen die de film zo mooi maakt, is de afwisseling
van twee tijdsverlopen naast elkaar. Terwijl de oudere Hoover in de jaren
zestig het beleid van John F. Kennedy probeert bij te sturen, vertelt hij
tegelijk aan een agent van de dienst het verhaal van zijn beroepsleven, dat in
1919 begon met een aanslag op het leven van zijn baas Mitchell Palmer, die
directeur was van de voorlopige FBI. Het maakte van Hoover een communistenvreter.
Fraai is de scène waarin de, verder weinig gevoelige man,
kennis maakt met Helen Gandy, een nieuwe typiste op het bureau (een prachtige
rol van Naomi Watts). Ze vertelt hem dat ze niet geïnteresseerd is in een
huwelijk maar helemaal voor haar werk leeft. Dit schept een band. Hoover, die
bij zijn moeder woont en een echt moederskindje is, leidt haar rond in het
kaartsysteem van de dienst en stelt haar aan als zijn persoonlijk assistente,
een functie die ze tot zijn dood in 1972 zal blijven vervullen. Vertrouwelijke
informatie was veilig bij haar. Haar lippen bleven altijd gesloten. Na zijn
dood haalde ze het geheime dossier door de papierversnipperaar.
De uitzetting van communiste Emma Goldman na een arbeidersstaking
in Chicago leidde tot een enorme jacht op communisten. Hoover vond het jammer
dat de aandacht voor het rode gevaar daarna inzakte, maar zijn benoeming tot
directeur onder het gezag van het Ministerie van Justitie maakte dat de dienst
aan reputatie won. Hoover stelde Clyde Tolson, die niet van vrouwen hield, aan
als zijn compagnon en specialiseerde zich in afluistermethoden. Dit kwam hem op
een aanvaring te staan met Robert Kennedy die minister van Justitie was in de
regering van zijn broer in de vroege jaren zestig. Het feit dat Hoover een compromitterende
tape bezat waarop te horen is dat de president seks heeft met Marilyn Monroe, was
een tikkende tijdbom onder de verhouding met de regering Kennedy.
Veel aandacht is er voor de ontvoering van een babyzoontje
van vliegenier Charles Lindbergh. Hoover zette zich er, ondanks tegenwerking
van Lindbergh zelf, voor in de zaak tot een goed einde te brengen en slaagde
daarin na veel speurwerk. Gevolg was dat er een federale wet kwam die maakte
dat het ingrijpen van de overheid gemakkelijker werd. Zelf werd hij door een
senaatscommissie hard ondervraagd over zijn eigen aandeel in allerlei
arrestaties. Hij vertelde dat hij op de achtergrond de zaken coördineerde, maar
besloot daarna toch actiever mee te doen met arrestaties.
Tenslotte brengt Eastwood de aanzet tot de vermeende
homoseksuele relatie tussen Hoover en Tolson fraai in beeld. De mannen gaan
samen een weekend uit en Hoover vertelt Tolson dat hij wel interesse heeft in
een befaamd actrice. Zijn compagnon is zo boos dat hij met spullen gaat smijten.
Er ontstaat een vuistgevecht, dat eindigt in een hartstochtelijk kussen.
Op het eind van de leven wil Hoover, op de been gehouden met
inspuitingen, Nixon bijstaan, maar Tolson, die al eerder getroffen werd door
een beroerte, haakt af en bekritiseert het manuscript over het leven van zijn
vriend en collega, omdat het vol leugens staat, maar tenslotte leggen de oude
mannen hun geschil bij. Later werd Tolson dicht bij Hoover begraven.
Hier
de trailer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten