Toneelspelers nemen het eigen metier op de hak
De grote toneellampen midden op het toneel en spelers die
daar om heen lopen, waaronder een basgitarist, geven meteen een mooie sfeer aan
deze mogelijk laatste voorstelling Voor
niks Umsonst in de benedenzaal van de Toneelschuur. Het stuk begint met een
losse dialoog tussen de twee vrienden, een Hollander en een Vlaming,
die voor acteurs staan die gebroken hebben met de conventies en hun eigen weg
gaan, al is dat niet gemakkelijk. Ze zien af van een ingestudeerd dansje en
doen in plaats daarvan een liedje maar hebben daarbij wel een bril nodig die ze
moeten lenen van het publiek. Zie hier de geringe status van de acteur, een
marionet die in de avonduren zijn kunstje mag vertonen voor het gerief van de
burgerij, maar daarna meteen weer van het toneel dient te verdwijnen.
De tekst is ontleend aan Johann Nestroy, een negentiende
eeuwer, die met Umsonst de klucht Die Räuber van Schiller op de hak nam.
Nestroy was directeur van het Burgtheater in Wenen en vormde een grote inspiratiebron
voor Thomas Bernhard, wiens De
wereldverbeteraar op hetzelfde ogenblik in de bovenzaal gespeeld wordt. Daarmee
is aangetoond hoeveel belang nog gehecht wordt aan deze kritische traditie.
Wat betreft de inhoud is daar gaandeweg steeds minder van te
merken, al blijft het uitermate boeiend wat de groep van ’ t Barre land en
Comp. Marius te bieden heeft, aangevoerd door de jeune premier, door mij de
Hollander genoemd, die de glansrol van Arthur speelt en daarmee de jonge Emma aan zijn voeten krijgt. Het is meteen al fraai
dat hij de toeschouwers op het verkeerde been zet door ongemerkt te veranderen
van de huidige locatie in Haarlem naar Steyr in Oostenrijk waar de klucht rond
zijn verhouding met de grappig gillende en verder ook sterk acterende Emma zich
voor een groot deel afspeelt.
Met zeer dynamisch spel, prachtige a capella gezongen liedjes
en flitsende dialogen wordt de toeschouwer twee uur lang vermaakt, al kost het
moeite de ontwikkelingen te volgen vanwege de vele persoonsverwisselingen, een
klucht eigen. In dit geval leest ook nog eens een souffleur de tekst mee en neemt
de Vlaming de rol van verzoener op zich en zegt daarbij verschillende malen dat
alles nog kan veranderen. Helaas kon ik nergens terugvinden wie welke rol
speelde, daarom hier de namen van de in stemmig zwart gekleed gaande spelers:
Margijn Bosch, Czeslaw De Wijs, Anouck Driessen, Waas Gramser, Vincent Vanden
Bergh, Kris Van Trier en Jonas Vermeulen. De laatste persoon wordt op de site
van Comp. Marius genoemd als degene die voor de muziek zorgde en dus mogelijk
in het begin de basgitaar hanteerde. Verder speelt hij ook de rol van waard in het
pension Het kapotte wiel, dat aan een
slechte weg lag en daarom veel klanten trok, waaronder Arthur die de jonge Emma
daar treft om haar naar het buitenland te ontvoeren. Daartoe moet hij eerst nog een
aantal andere zaken oplossen en, net als de meeste anderen, een scala van rollen moet spelen. Helaas blijkt het op het eind allemaal voor niets, umsonst in
het Duits. Ontluisterd kijken de spelers om zich heen en pakken hun spullen in.
Hun kunstje is afgelopen, ze kunnen vertrekken.
Het is jammer dat op het eind nog niet
werd teruggekomen op de positie van de kunstenaar in de huidige tijd, maar wie,
zoals een acteur memoreerde, niet in slaap was gevallen en de
onbegrijpelijkheid had kunnen verduren, had aan een half oor
genoeg om de strekking te begrijpen en op waarde te schatten. De toneelspeler
behoort toch nog tot een van de weinige beroepsgroepen die het eigen
functioneren kritisch kan bezien en zich kan afvragen wat de autonomie
eigenlijk waard is. Wat dat betreft is er weinig veranderd met de negentiende
eeuw toen Nestroy zijn kritiek uitoefende. Wellicht is de acteur in een nog
lastiger pakket terecht gekomen door de autonomie die tegenwoordig in de
maatschappij zo hoog in het vaandel staat, maar die vooral de heersende klasse
dient, al maakt die klasse hem tegelijk weer tot verschoppeling door een bot
bezuinigingsbeleid. Tot de revolutie uitbreekt kan men weinig anders doen dan daarover met volle
overtuiging spelen en zingen, zoals het liedje in het begin van de
voorstelling gaat: als dat geen kunst is, dan weet ik het niet meer.
Hier meer
informatie op de site van Comp. Marius. De bijgevoegde foto is van Raymond Mallentjer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten