Opstandig schrijver uit zich alleen op schrift
Bleib Gesund! is
de titel van het brievenboek van Heere Heeresma (1932-2011), dat door Hein
Aalders, hoofdredacteur van De Parelduiker, werd samengesteld. Schrijver Guus Luijters
is ook bij het gesprek aanwezig omdat hij Heeresma goed kende. Samen groeiden
ze op in Amsterdam Zuid. Heeresma schreef daarover Een jongen uit Plan Zuid dat door Luijters van blijvende waarde genoemd
wordt.
Wim Brands laat voorafgaande aan het gesprek een fragment
zien waarin Heeresma vertelt over de ellende van de Bijlmer, waar hij later
woonde. Het is een van de weinige televisiebeelden van hem omdat hij zich daar
niet graag op wilde laten zien.
Luijters herinnert zich Heeresma vooral uit de tijd bij uitgever
Thomas Rap, eind jaren zestig, toen ze daar tussen de middag een broodje aten.
Heeresma kwam omhoog met een bromfietshelm op en vertelde smakelijke verhalen.
Brands zegt dat Heeresma nooit iets met overheidsinstanties
te maken wilde hebben.
Volgens Aalders wilde hij op de eerste plaats schrijver zijn
en daartoe wierp hij een pantser op tegen de buitenwereld. Om zijn imago op te
houden, wilde hij zeker niet op de televisie. Om zijn privacy te waarborgen had
hij een postbusnummer voor zijn correspondentie.
Brands gaat hierop door en zegt dat Heeresma geen belasting
wilde betalen en zijn honorarium altijd in klinkende munt uitbetaald wilde
hebben.
Volgens Luijters was dat laatste wel eens een probleem omdat
men niet zoveel contant geld in kas had. Hij verklaart het gedrag van Heeresma
als een overblijfsel van de jaren zestig toen men altijd contant kreeg uitbetaald.
Brands wil weten wat de bron was van zijn opstandigheid,
maar krijgt daarop slechts van Luijters te horen dat Heeresma alleen door de
krant geïnterviewd wilde worden. Brands vraagt daarom vervolgens aan Aalders
welk boeken van Heeresma zijn favorieten zijn.
Aalders noemt Een
dagje naar het strand en Een jongen
uit Plan Zuid. Met dit laatste boek loste hij een belofte in waar altijd
over gesproken werd. Volgens Luijters was het een fantoomboek dat hij inbracht
als hij van uitgeverij wisselde.
Het boek is volgens Aalders zo goed omdat een beeld geeft
van zijn jeugd in de buurt van het Olympisch stadion te midden van de joden. In
de oorlog werden vele vriendjes van hem weggevoerd. De vader van Heeresma was
een godsdienstleraar die sterk hechtte aan de oude traditie en het Oude
Testament. Heeresma beschrijft zijn jeugd zonder de ironie, die zijn andere
boeken kenmerkt.
Luijters voegt daaraan toe dat het een kijkje geeft op die
tijd vanuit de ogen van een kind. Het is avontuurlijk en beklemmend.
Brands noemt het ook ontroerend.
Luijters zegt dat de meeste kinderen verzonnen heeft, ook al
zullen ze gemodelleerd zijn naar bestaande kinderen.
Brands vraagt door over de functie van de religie in het
leven van Heeresma.
Aalders zegt dat de vroege dood van diens vader op zijn
elfde, die thuis een orthodoxe vorm van geloven voorleefde, daarin meespeelde.
In Een jongen uit Plan Zuid verheerlijkt
hij zijn vader.
Volgens Luijters was hij een ideale christen omdat hij hem
nooit met zijn geloof lastig viel.
Brands denkt dat Heeresma ook eenzaam was.
Aalders vond het opmerkelijk dat in Een jongen uit Plan Zuid geen postbusnummer meer vermeld staat,
alsof hij daarmee voor een zelfgekozen isolement koos.
Brands sluit af met de humor die hij uitte nadat hij door
zijn vrouw uit huis werd gezet.
Aalders citeert uit zijn hoofd (net als ik): Daar stond ik
in mijn steunzolen met mijn hond naast me en ze keek niet eens meer om.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten