Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



woensdag 24 februari 2016

Recensie: De hemel boven Parijs (2014), Bregje Hofstede


Boeiende verknoping van levens in de stad van de liefde

Het romandebuut van Bregje Hofstede is een ode aan de liefde in een bijzondere verschijningsvorm waarin vrouwelijke identiteiten in elkaar overvloeien, namelijk die van de oudere Mathilde en de jongere Fie. De Franse docent kunstgeschiedenis Olivier Massarin vormt de schakel tussen beide vrouwen, die heel erg op elkaar lijken en, naar het motto van Hanny Michaelis, een schokgolf in het hoofd van de 52 jarige Olivier veroorzaken. Deze altijd ongehuwd gebleven docent werd verliefd op Mathilde in zijn studietijd en wordt vijfentwintig jaar later tijdens zijn colleges op de Sorbonne geconfronteerd met haar Nederlandse lookalike, die naar Parijs komt om daar te studeren.

De hemel boven Parijs opent meteen al heel fraai met de eerste kennismaking van Olivier met de 21 jarige Fie. Ze zit kaarsrecht in de collegebanken en maakt geen aantekeningen, hetgeen hem verontrust. Zijn ongemak wordt groter als hij hoort dat ze in het huis woont van zijn bevriende collega Paul Bonnard, die in een ver verleden haar moeder gekend heeft. Olivier krijgt een band met Fie door een essay dat ze moet schrijven en waarmee hij haar als buitenlandse studente een beetje helpt, aanvankelijk tegen zijn zin in. Het boeiende is dat het essay over onvoltooide doeken van Paul Cézanne gaat, die betrekking hebben op een belofte die nog steeds mogelijk is. Nog sterker is de visie van de eerder levende Frenhofer die kunst wil maken die net zo echt is als het afgebeelde.

Fie rakelt de eerdere verliefdheid van Olivier op Mathilde weer op. Hij raadpleegt in zijn appartement regelmatig foto’s die hij van haar heeft bewaard, al probeert hij daar ook afstand van te nemen door tijd door te brengen met zijn Franse vriendin Sylvie en flink te rugbyen. Het vertrek van Fie bij Paul zorgt ervoor dat de banden met haar verder worden aangehaald. Hij regelt een kamer voor haar die ze, vanwege de hoge huurprijs, samen een zoon van zijn rugbyvriend betrekt. Haar zwangerschap zorgt voor een verdere verknoping met Mathilde in het hoofd van Olivier omdat zij ooit in haar tijd met hem een abortus onderging. Olivier neemt wraak op het verleden door dit maal een andere keuze te maken. Daarbij gebeurt waar hij bang voor was, zoals dat gaat in het leven.

Het vertelperspectief ligt niet alleen bij Olivier, maar ook bij Sofie, zoals ze voluit heet. Hierdoor leren we de verhouding van twee kanten kennen. Fie is stil en twijfelend en Olivier raakt zijns ondanks betrokken bij haar leven. Het contact tussen de twee wordt soepeler als ze onschuldige fantasieën toelaten bijvoorbeeld over een denkbeeldige hond die ze op hun wandeling meenemen of een treinkaartje dat een scheermesje wordt. Gaandeweg wordt het steeds onduidelijker wat er in het hoofd gebeurt en wat in werkelijkheid. Hofstede zet hier een mooie stap naar een bewustzijn waarin levensfeiten en de personen die deze feiten beleven inwisselbaar worden, maar ontknoopt ze ook weer.

De taal waarin dit verhaal is vervat is verrassend en beeldend, zoals blijkt uit de manier waarop Olivier zijn vroegere geliefde Mathilde ziet: ‘De afstand tussen het ene en het andere uiterste van haar stemmingen was zo groot, dat hij een dagtocht nodig had om die te overbruggen.’  
Dit blijkt uit een scène waarin Olivier op de zolderkamer van Mathilde is als zij het raam uitgaat en Olivier haar met angst en beven volgt: ‘Even stond hij besluiteloos in het trapgat. Toen zette hij zich af, zijn voeten hingen loodzwaar aan zijn lijf, en wurmde zich naar buiten. Hij moest zich met beide handen vastklemmen aan het kozijn om niet voorover te storten, en zag in een seconde dat hij in de dakgoot gehurkt zat vijf manieren waarop hij zou vallen.’  

De titel is ontleend aan een nacht waarin Olivier Fie voorstelt om op hun jassen te gaan liggen en naar de sterren te kijken, een toestand waarin Olivier zich heel wat comfortabeler voelt dan in de dakgoot. Het voorbeeld geeft al aan dat de roman van down to earth weet op te stijgen. Hofstede roept de verbeelding op, een kwaliteit die bij uitstek in de literatuur thuishoort, maar zelden zo wordt aangeraakt.  





Geen opmerkingen:

Een reactie posten