Nuchtere wetenschapper komt in aanraking met bezielde natuur
Biologe Arita Baaijens reisde jarenlang door de woestijn van
Noord Afrika en door de steppen in Azië. Ze schreef over dat laatste het boek Zoektocht naar het paradijs, dat volgens
de ondertitel een onderzoek behelst naar de waarheid en de werkelijkheid in het
hart van Centraal Azië. Nadat ze jarenlang in een karavaan met kamelen door de
woestijn had gezworven, verlegde ze na een persoonlijk crisis het spoor naar de
sappige weiden in het onbedorven Altajgebergte dat op de grens van Mongolië,
Kazachstan en China ligt.
Wim Brands vraagt haar hoe ze op dat ongewone levenspad
gekomen is.
Baaijens vertelt over een droom waarin ze de woestijn in
ging om daar in te verdwijnen. Ze begon in de Sinaï en leerde het vak van een
kamelendrijver, maar ging na een ruzie alleen verder.
Brands wil weten wat haar belangrijkste ontdekking in de woestijn
was.
Baaijens ontdekte dat identiteit niet bestaat als er geen
weerspiegeling is. In één volzin tekent ze zichzelf als een vrouw die niet
bestaat en haar hele leven heeft gedaan wat anderen van haar vroegen. In een
interview voor Trouw in de serie De tien
geboden van 9 januari j.l. legt ze uit dat ze christelijk is opgevoed en
veel problemen had met de ongelukkige huwelijk van haar ouders. Daardoor is het
duidelijker wat ze in haar leven grondig wilde veranderen.
Brands vraagt naar haar gevoelens van wanhoop in de
woestijn.
Baaijens legt uit dat ze, ondanks dat identiteitsloze, toch
weer verder moest, al wist ze niet goed hoe. Na tegenvallende ervaringen in
Soedan kwam ze in een persoonlijke crisis terecht. Ze ging terug naar Amsterdam
maar miste toch de uitdaging en trok daarop naar Siberië, omdat daar volgens de
Dalai Lama het mytische Shambhala zou liggen, het paradijs naar boeddhistische
overlevering, al kon Baaijens zich daar niet meteen een voorstelling van maken.
Ze zag surrealistische taferelen met sjamanen en een door de belegering van de
Russen getraumatiseerde bevolking.
Brands toont een filmpje waarin ze, ogend als een man - hetgeen
voordelen heeft in de Arabische wereld, zegt ze - aan een kaart van leer werkt
die haar op het spoor van het paradijs moest zetten. De beelden van fraaie
velden vol bloemen in het Altajgebergte verleiden de biologe tot een opmerking
over de rijke biodiversiteit in het gebied.
Brands vraagt of de zoektocht een obsessie werd, maar dat
was niet zo. Baaijens wist niet wat ze zocht. Ze volgde vijf Russen die meer
van het sjamanisme aan de weet probeerden te komen. Zelf vond ze het allemaal
onzin, maar ze realiseerde zich dat ze haar cynisme opzij moest zetten om meer
inzicht in het verschijnsel te krijgen. Ze hoorde over een bezielde natuur,
maar merkte daar zelf weinig van. Ze probeerde door merktekens op de kaart die
ze aanbracht bij bepaalde stemmingen een sleutel in handen te krijgen en kreeg
tijdens een latere reis loon naar werken. Wat dat precies is horen we niet en
moeten we volgens Brands zelf maar lezen. Ze raakte in ieder geval zelf uit de
crisis toen ze eens op zoek naar een bepaald soort schapen uit een sauna kwam
en vervuld werd door het landschap. Het meest wezenlijk vindt ze dat ze een
andere kijk heeft gekregen op bezielde natuur. Ze vindt het moeilijk hiervoor woorden
te vinden, al komt het numineuze er misschien nog het dichtste bij.
Hier
een recensie van Zoektocht naar het
paradijs door Peter Samuel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten