Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



donderdag 17 september 2015

Recensie: Place Lamartine (2015), Jeroen Blokhuis




Rauwheid van Van Gogh komt terug in roman over diens laatste jaren

De aankondiging dat Jeroen Blokhuis een debuutroman had geschreven over de laatste jaren van Vincent van Gogh in Zuid-Frankrijk wekte meteen mijn interesse. Zoals gehoopt kruipt hij in de huid van Van Gogh die het moeilijk heeft met zijn leven en maakt de lezer deelachtig van de roerselen in het hoofd van de schilder die zijn laatste jaren in Arles sleet. Al is de uitwerking niet perfect, het levensverhaal van de pas later erkende Van Gogh, die zich nergens thuisvoelde, spreekt opnieuw tot de trieste verbeelding.

Blokhuis begint in augustus 1988, als er in Arles een incident plaats vindt waarbij een zoeaaf door Italianen wordt doodgestoken. Van Gogh gaat mee om de dader een afstraffing te geven, hoewel hij zich geen haar beter voelt dan de tweederangs Italiaanse gastarbeiders. Hij probeert aansluiting te vinden bij inwoners die tenminste wat deernis met hem hebben, zoals Marie, de vrouw van de kroegbaas of het hoertje Rachel, maar durft geen serieuze poging te wagen om zich te uiten. Het beeld dat opkomt is van een geslagen hond. De toekomst wordt wellicht gesymboliseerd door de dode hond die Van Gogh op een van zijn tochten naar een schilderplek vindt.

Hij fantaseert erover dat straks andere schilders zich bij hem aansluiten op het fraaie pleintje Place Lamartine waaraan hij woont en krijgt in ieder geval bezoek van Gauguin, die ook wel wat ziet in Marie. Helaas leidt dit tot een verwijdering tussen de mannen. De bekende zelfverminking van Van Gogh maakte hem zo onberekenbaar dat men hem in maart 1889 opsluit, iets waar hij zelf vrede mee heeft. Zolang hij kan schilderen is hij gelukkig. Gelukkiger in de inrichting dan in een stad waar men vijandig tegenover hem is, al vervaagt dat na de gevangenis periode om plaats te maken voor doffe berusting: 
Door de frisse geur van het steen en de ongerepte lucht is nu in mijn hoofd de voorstelling van een vijandige gemeenschap vervaagd, van de inwoners van Arles die als kreeften hun scharen naar me uitslaan. Maar er bouwt zich ook iets op. De ondoordringbaarheid van hun levens, het besef dat hun innerlijk en dat van mij alleen op elkaar botsen en dat we niet nader tot elkaar kunnen komen.’

Af en toe vertelt Blokhuis vanuit de hoofdpersoon over het verleden van Van Gogh. Zijn moeilijke jeugd in de pastorie, de verhouding met zijn kunstverkopende broer Theo, hun verblijf in Parijs. Van Gogh gaf ooit aan een vrouw zoals Marie, alleen veel gehaaider, een schilderij in bruikleen en exposeerde andere, maar kreeg ze niet meer terug op het moment dat Parijs hem te heet onder de voeten werd. Zijn leven was een voortdurende vlucht vanuit Brabantse dorp waar hij opgroeide tot aan zijn dood. Door denkbeeldige redevoeringen op het pleintje in Arles krijgen we een duidelijke indruk van de levensproblemen Van Gogh. ‘Overal zien ze het meteen,’ staat in het boek. Buiten het schilderen kon Van Gogh op geen enkele manier zijn kwetsbaarheid laten zien.    


Dat Van Gogh zich een verschoppeling vindt krijgt de lezer vanaf het begin hardhandig ingepeperd. Subtiliteit ontbreekt. Ook de verstoorde relatie met Gauguin komt niet goed uit de verf. Dat Vincent opeens met zijn oor in een zakdoek loopt komt erg uit de lucht vallen. Wellicht speelt hierin mee dat oorzaak van de amputatie nooit duidelijk geworden is. Ondanks het gebrek van een beginner, die veel wil uitleggen, is Place Lamartine aangrijpend door de directe manier waarop Blokhuis zijn personage uitbeeldt. Met dezelfde intense rauwheid waarmee Van Gogh zijn verf op het doek smeet.   

1 opmerking: