Prikkeldraad als graadmeter voor de toestand van de
maatschappij
Dordrechter Dick Wittenberg is journalist, werkte eerder
voor NRC en tegenwoordig voor De Correspondent en wierp zich op het prikkeldraad.
Zijn boek heeft als ondertitel Een
geschiedenis van goed en kwaad.
Wim Brands moet meteen denken aan televisiebeelden van
vluchtelingen.
Volgens Wittenberg heeft dit op mensen niet het gewenste
effect. Omdat die vindingrijk zijn, heeft het voor hen, anders dan voor dieren,
slechts een symboolfunctie. Dat het toch gebruikt wordt komt omdat het een
vertragende werking heeft.
Zoals gebruikelijk wil Brands weten hoe Wittenberg aan zijn
onderwerp gekomen is.
Wittenberg zag zo’n vijf, zes jaar geleden beelden in het
Journaal van prikkeldraad tussen Israël en Palestina en tussen de Verenigde
Staten en Mexico. Hij begreep de noodzaak daarvan niet in een geglobaliseerde
wereld met lasers, sonar en drones.
Brands gaat naar de ontdekker, Henry Rose, een knutselaar
die naar een middel zocht om The great plains van een omheining te voorzien.
In de jaren rond1870 werd daar volgens Wittenberg meer over
geschreven dan over de burgeroorlog of de economische crisis. Rose sloeg
platgeslagen spijkers op een houten plankje en demonstreerde die in zijn
woonplaats De Kalb. Een boer, een ondernemer en een aannemer waren meer dan
gewoon geïnteresseerd in zijn ontwerp. Om dat te verbeteren verbonden ze de
spijkers met draad en binnen vijfentwintig jaar was het overal in de wereld te
koop, alleen niet in De Kalb zelf vanwege een ruzie erover.
Brands brengt in dat cowboys, anders dan gedacht, maar korte
tijd over de prairies zwierven.
Wittenberg zegt dat ze na de burgeroorlog het vee naar de
steden brachten, maar dat dit vijfentwintig jaar later afgelopen was na het
aanbrengen van prikkeldraad. De werkloze cowboys gingen palen heien voor de
versperringen.
Brands komt bij het prikkeldraad tussen België en Nederland
tijdens de Eerste Wereldoorlog dat tweeduizend slachtoffers maakte, maar weinig
bekend was.
Wittenberg spreekt over drie linies draad met stroom ertussen.
Hij wijt de onbekendheid aan het feit dat de oorlog in Nederland niet leefde en
dat de ogen van de Vlamingen op de loopgraven gericht waren.
Brands springt naar het heden, naar fietstochtjes die
Wittenberg in de omgeving van Dordrecht maakt.
Hij stuit daarbij op een zwembad dat omgeven is door
scheermes prikkeldraad, dat bij anderen nauwelijks meer opvalt, maar door hem
als een obsessie ervaren wordt.
Het brengt Brands op de Buchenwald knik.
Wittenberg legt uit dat het om een hoek van vijfenveertig
graden aan de bovenzijde van het prikkeldraad gaat waardoor
concentratiekampgevangenen nog moeilijker konden ontsnappen. Zijn fietstochtjes
doen hem denken aan de himmelfahrtstrasse, de weg die de gevangenen vanaf de
trein naar het kamp liepen.
Brands noemt tenslotte de gated communities in Zuid Afrika
als visioenen van een toekomstige wereld.
Wittenberg vindt het een beangstigend idee dat de
ontwikkeling doorgaat. Bij elk conflict wordt prikkeldraad uitgerold. Het is
een graadmeter voor de toestand van de maatschappij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten