Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



vrijdag 31 juli 2015

Filmrecensie: Les barons (2009), Nabil Ben Yadir



Lichtvoetig drama rond drie Marokkaanse vrijbuiters

De baronnen zijn drie kwajongens van Marokkaanse afkomst in Brussel. Niet zo erg als de leden van criminele bendes die in Den Haag opereren, heren daarbij vergeleken. De film van Nabil Ben Yadir is gemaakt om ons te laten weten wat baronnen zijn. Zij geloven dat ieder mens bij zijn geboorte een aantal stappen heeft meegekregen en dat men doodgaat als men die stappen heeft verbruikt. Dit lijkt op de yoga filosofie over het vooraf bepaalde aantal ademhalingen dat een mens meekrijgt. De baronnen weten zelf hoe hun tellers erbij staat, al komen die nooit in beeld.

Les barons begint fraai met de drie opgeschoten jongen op de groentekisten van groenteman Lucien, een mooie bijrol van Jan Decleir. We zien eerst alleen de Nikes Air van de drie jongens in beeld. Aziz werkt bij de groenteman, Mounir trekt steun, Hassan is iemand van twaalf beroepen en dertien ongelukken. Dan is er nog een vierde, Franck Tabla, die probeert aan te haken bij de drie baronnen.

Het leven van Hassan staat in de film centraal. Hij wil graag het theater in maar wordt niet leuk gevonden. Zijn ideeën tijdens de repetities in de studio zijn weinig inspirerend. Zijn vader, die achter de kassa van de metro zit, vindt dat Hassan maar bij het vervoersbedrijf op een bus moet gaan rijden. Hij is des duivels als hij een programma op televisie ziet dat waarin zijn zoon hem voor gek zet. Hassan kijkt met kromme tenen mee. Hij had de journaliste en presentatrice Malika, die een zus is van Mounir, nog op het hart gedrukt om de scène eruit te halen.  

Ondanks zijn bijstandsuitkering rijdt Mounir in een BMW, die ze samen hebben gekocht. Hij maakt er een sport van om auto’s die van links komen aan te rijden, waarna de garage veel werk heeft. Mounir haalt Hassan over om een avondje uit te gaan met twee leuke meiden, maar veel heeft dat niet om het lijf. Hassan heeft een oogje op Malika, maar durft haar niet te zoenen.

De zaak wordt gecompliceerd als Malika met een patser lijkt te gaan trouwen. Hassan brengt haar na een etentje met de patser naar huis in de BMW. Hoewel Malika geen leuke tijd heeft gehad en zinspeelt op een verhouding met Hassan, is de tijd daarvoor nog niet rijp. Eerst krijgt Hassan nog verkering met Milouda, zijn eerste passagier in de bus, nadat hij toch maar een baan als chauffeur geaccepteerd heeft. Tijdens een etentje bij de ouders van Hassan bericht de televisie over de doden door cyanide. Als Milouda aan Hassan vraagt wie Cyanide is, begint hij te twijfelen aan een huwelijk met haar, maar hij kan ook niet ingaan tegen de wens van zijn vader om te trouwen. Gelukkig zijn er de baronnen om een list te bedenken waardoor Hassan weer vrij is.

De film sleept zich daarna naar het eind. Dat er nog een hele episode achteraan komt, is een beetje te veel van het goede. Er zitten wel grappige overgangen in de film. Zo keert Hassan terug naar de lagere schoolbanken om zijn jongere ik te waarschuwen voor wat hem later te wachten staat. Een andere keer wordt hij wakker uit een droom en moet meteen in zijn ondergoed optreden. Zijn vader redt hem eruit door een lied te zingen. Achteraf was het allemaal een nare droom.

Les barons is een lichtvoetig drama dat af en toe wat flauw is, maar verder toch zeker een voldoende scoort. Nabil Ben Yadir kwam met het idee en schreef ook het scenario.

Hier de trailer.

maandag 27 juli 2015

Ahmed Aboutaleb, VPRO Zomergasten, 26 juli 2015



Burgervader toont zich van gedegen en belegen kant

De Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb (Ben Sidi, Marokko, 1961) beloofde vooraf een persoonlijke televisie avond. Hij vertelt tegen Wilfried de Jong dat hij de mens Aboutaleb wilde laten spreken, waarbij zijn geweten en gevoelens aan bod zouden komen. Persoonlijke verhalen zouden iets zeggen over de gewetensnood van een burgemeester, die zelf ook graag zijn zegje doet als hiaten in de wet dat toelaten, zoals in de kwestie van bed, bad en brood voor uitgeprocedeerde asielzoekers. Fel was zijn boodschap aan Gert Wilders om over de brug te komen na zijn eerdere verkiezingsbelofte het aantal Marokkanen in Nederland te verminderen, vastbesloten zijn oproep aan de regering om de stad (naar het fragment uit de documentaire Urbanized (2011)) meer armslag te geven en het niet als een uitvoeringsfiliaal van de regering te zien, maar uiteindelijk werd het, door het gebrek aan scherpe vragen van De Jong toch een tamme avond. 

Aboutaleb begint zijn favoriete televisieavond met beelden van de bokswedstrijd tussen Mohammed Ali en Joe Frazier en dan niet de eerste partij uit 1971 waar ik voor uit mijn bed kwam, maar de revanche partij uit 1975 die Ali won. Aboutaleb kwam er in zijn dorp in het Rifgebergte van Marokko voor uit zijn bed. Hij zag de wedstrijd bij een broer van zijn opa die verpleger was in het leger en een generator bezat waardoor hij zowel licht had als waarop de televisie kon werken, een unicum in die tijd in dat Berber dorp in de buurt van Melilla, waarin men met droogte kampte, hetgeen later voor binnenlandse emigratie zorgde. Aboutaleb was zelf ook een vechtersbaasje, uit noodzaak omdat leeftijdsgenoten hem, een stuudje noemt hij zichzelf, wilden weerhouden om naar de school te gaan die zeven kilometer verderop lag.

Zijn vader was in die tijd al in Nederland en werkte hier als gastarbeider, een mooie term achteraf gezien. Aboutaleb heeft een nieuwsuitzending uitgekozen van Jaap van Meekren, die hem later de beginselen van de journalistiek bijbracht. In de uitzending uit 1969 is Van Meekren in Marokko om de sfeer in het land te proeven. De Nederlander Jongejan die ook al te zien was in de driedelige documentaireserie Land van aankomst, selecteert werkkrachten voor de Nederlandse markt op een wijze die Van Meekren ertoe brengt de man te vragen of hij zich op een slavenmarkt bevindt. Aboutaleb is het hier hartgrondig mee eens. Hij vindt het schandalig zoals er in die tijd met mensen werd omgegaan. Hij vertelt over zijn ouders die tegenwoordig pendelen tussen Marokko en Nederland omdat zijn vader liever in Marokko is en daar ook begraven wil worden. Voor Aboutaleb zelf geldt dat niet: hij wil begraven worden, daar waar hij dood gaat.

Een volgend fragment gaat over de Syrische dichter Adonis, die in 2013 fraai geportretteerd werd door John Albert Jansen. Aboutaleb vertaalde een lang gedicht van hem dat werd uitgegeven door de bibliotheek van Rotterdam onder de titel Het vieren van eenzaamheid. Aboutaleb voelt zich verwant aan Adonis, die vanwege de burgeroorlog in Beiroet naar Parijs vluchtte. Dichten is de mogelijkheid hebben te zeggen wat men wil zeggen. Aboutaleb heeft de literaire vrijheid hoog zitten. Zelf werd hij op de LTS op een beta spoor gezet, maar stelt nog altijd het onderzoeken van de werkelijkheid centraal en zal eerlijk toegeven als hij iets fout heeft gezien.  

Vrouwen spelen volgens hem een belangrijke rol in de overgang naar een democratischer islam. Hij toont beelden van een wat vervreemdende soort poëzie Idols in Abu Dhabi, waarin een in het rood gesluierde hersenonderzoekster opkomt voor vrouwenemancipatie. Ou Kalsoum bezong de vrijheid in Egypte en de christelijk Libanese zangeres Fairouz verenigde de verschillende partijen na de burgeroorlog in 1994, hoewel de toestand in het Midden Oosten inmiddels weer terug bij af is. In dit kader geen vraag van De Jong over het aanstaande bezoek van Aboutaleb aan Jeruzalem waarover in de Rotterdamse raad het nodige te doen was.

Aboutaleb brengt een eerbetoon aan een overleden Marokkaanse vriend die opbouwwerker was in Den Haag, waar Aboutaleb zijn eerste scholing opdeed en die praatte als het typetje Mehmet Pamuk van Koot en Bie. Aboutaleb zegt dat Nederlands een moeilijke taal is omdat men zegt dat men op school zit en niet in school. De Jong kan het niet laten op te merken dat zijn gast in zijn taalvaardigheid goed geslaagd is. Later vraagt hij evenwel of het niet van arrogantie getuigt dat Aboutaleb tegenwoordig zelfs rapporten van academici op taalfouten corrigeert.

Vader Abraham is een wat vreemde eend in de bijt. Aboutaleb spreekt na het bekijken van het lied Het kleine café aan de haven over tegenstrijdige gevoelens over het kleine en het gelijke van Nederland, maar ziet het toch als een vertolking van de Nederlandse mentaliteit. Dat lied wordt op één lijn gezet met de Kronkels van Carmiggelt, maar is natuurlijk van een heel andere kwaliteit.

Naar aanleiding van het televisiefragment uit 19 mei 2014 waarin Wilders toezegt dat er minder Marokkanen in Nederland zullen komen, doet Aboutaleb zijn oproep aan Wilders om zijn toezegging hard te maken omdat zijn ouders zich daardoor bang voelen. Anderzijds gelooft Aboutaleb niet dat het ooit zover in Nederland zal komen dat zij of hij zal worden uitgewezen. Hij vindt de uitspraak van Wilders in ieder geval van een heel andere orde dan zijn eigen oproep aan jihadisten om op te rotten als het leven in Nederland hen niet bevalt. Op de vraag van De Jong of hij last heeft gehad van zijn bruuske uitspraak, antwoordt hij dat hij daarmee wel kan omgaan.

Niet alleen onder vrouwen maar ook onder mannen komen helden voor. Abdelkrim El Khattabi (zie foto)was een vrijheidsstrijder die zich begin 1900 verzette tegen de macht van de Spanjaarden in Marokko en na de onafhankelijkheid door de regering in Rabat werd genegeerd. Aboutaleb voelt zich verwant aan de verzetsheld, is blij dat de huidige koning hem heeft gerehabiliteerd en eindigt de avond met een mooi gedicht van hem over bevrijding. Ghandi (Attenborough, 1982) is een leider die met innerlijke kracht het verzet tegen de Britten organiseerde. Hij was een natuurlijk leider, iemand die niet gekozen is, maar opstaat. Mandela was de laatste. Inmiddels moet de wereld het zonder hen doen. De paus krijgt veel kritiek. Zelf spreekt Aboutaleb zich niet uit voor een eventueel premierschap. Wonderlijk in deze context is zijn keuze voor Karremans die het bijna in zijn broek doet in gesprek met Mladic en die later nog zei dat de Nederlanders zich zo goed van hun taak hadden gekweten. Het lijkt me onnodig om Nederland met zijn wapenhandel en als doorvoerhaven voor malafide financiële transacties aan te prijzen als handelsland.
      
Aboutaleb toonde een fragment van The message (Moustapha Akkad, 1977) en zou met zijn kennis van de islamitische cultuur een belangrijke schakel kunnen vormen tussen de verschillende bevolkingsgroepen in Nederland en daarbuiten, maar helaas ging het gesprek niet over de grote tegenstellingen in de wereld van vandaag en daarmee schoot de aangever tekort en werd het een gedegen maar tegelijk belegen televisieavond.

Hier mijn bespreking van Land van aankomst, hier mijn bespreking van Het afwezige land over Adonis, hier Mehmet Pamuk bij de groenteboer. 

Just do it! (2011), documentaire van Emily James



Hartverwarmende beelden van geweldloze acties van Britse activisten

De onlangs door mij besproken documentaireserie Zwarte zwanen over het gesjoemel met Nederlandse pensioengelden mocht deprimerend van toon zijn, gelukkig staat daar een vitaal activisme tegenover. De documentaire van Emily James Just do it! - a tale of modern day outlaws zou goed passen in de documentaire Alledaags verzet van de Iraanse Riahi broers, ook door de vrolijke blaasmuziek. Aan de hand van ludieke acties van Britse activisten van Climate Camp en Plane Stupid, die in de bestaande media veel negatiever en gewelddadiger worden afgeschilderd dan ze in werkelijkheid zijn, opent ze een deur naar een nieuwe toekomst.

James begint haar hartverwarmende documentaire met beelden van activiste Marina die een pot thee zet, want dat is onontbeerlijk voor Engelsen in moeilijke omstandigheden en dus ook in de strijd voor een betere maatschappij. Marina is zo´n beetje het boegbeeld van de documentaire. Ze deed op 1 april 2009 mee een actie van Climate Camp tegen een bijeenkomst van de G20 in het centrum van Londen. Men organiseerde een straatfeest om daarmee de beurs te blokkeren, hetgeen door de ME verijdeld werd. Omdat er een dode te betreuren was – een passant die terug kwam van zijn werk - besloot de politie het geweld op te schorten. Op het eiland Wight protesteerde Marina mee tegen de sluiting van een fabriek die windturbines fabriceerde. Eigenaar Vestas hongerde de werknemers die de fabriek bezetten uit, waarop activisten samen met eilandbewoners de aanvoer van voedsel en andere benodigdheden regelde. De actie kreeg veel aandacht in de media. Een activiste ketende zich vast aan het hek van het huis van de verantwoordelijke bewindspersoon in Londen en haalde daarmee de krant. Marina zegt dat men letterlijk het lichaam in de strijd werpt. Als de bezetting wordt opgeheven, blijft Marina op het terrein. Ze weet niet of het wat uithaalt, maar in ieder geval doorbreekt ze daarmee haar gevoel van machteloosheid. Na een bevel tot ontruiming breekt ze op, maar wordt, nota bene door de wijkagente met wie ze een goed contact had, opgepakt omdat het te lang duurt. Zelfs de theeketel mag ze niet meer meenemen. Ze ziet niet met arrestatie en refereert aan Rosa Parks die ook onverzettelijk op haar plaats in de bus bleef zitten.    

Sally, die in Cambridge studeert, probeert de academische denktrant over te brengen op de wereld van Climate Camp. James filmt de actie tegen klimaatverandering in Londen die begint met een tocht vanuit verschillende plaatsen met divers vervoer naar een geheim kamp, dat tijdelijk wordt opgezet. Daar bespreekt men ideeën over de geweldloze actie waarbij men, omdat men wordt afgeluisterd door de politie, het doelwit - The Royal Bank of Scotland - op een papiertje aan elkaar doorgeeft. Om de politie op een dwaalspoor te brengen gaat men vervolgens eerst naar een logeeradres. Daar oefent men met de neksloten en noteert men de telefoonnummers voor rechtsbijstand alvast op de arm. Op de plaats van de bank ketent men zich met sloten aan de hekken en met armsloten en superlijm aan elkaar vast. De politie heeft de handen vol aan de blokkade waarop men het een dag lang vol houdt om de bank te blokkeren.

Trucy is een jonge moeder voert al zes jaar actie tegen de uitbreiding van Heathrow die veel lawaai veroorzaakt in de omliggende dorpen. Na de actie gaat de groep naar een van de dorpen die veel last heeft van het vliegtuiglawaai en uiteindelijk vestigt men zich daar.  

Tijdens een actie tegen een kolencentrale probeert men zich vast te ketenen aan de hekken. Sally vindt burgerlijke ongehoorzaamheid belangrijk om te laten zien waar men staat. Hoewel men de centrale niet kon stilleggen gaf men wel een belangrijk signaal af. Dat is ook het geval met de protesten tegen de internationale klimaattopconferentie in Kopenhagen in december 2009. Men wil daar een eigen conferentie houden omdat de klimaatconferentie gekaapt is door kapitalisten. Bike blog wordt gebruikt als een middel tot verzet. Hierbij wordt de fiets gebruikt als schild. Daarnaast wordt een demonstratie gehouden waarbij men heel ironisch opkomt voor de rijken. Een politie inval laat de repressie van het Deense staatsapparaat zien, maar de internationale verbroedering onder de arrestanten is groot en het radicalisme neemt alleen maar toe.

In de aftiteling lezen we dat de rechter de opsluiting van de arrestanten in Kopenhagen onrechtmatig vond, dat de derde baan van Heathrow geschrapt werd en dat de nieuwe kolencentrale er niet komt. Activisme heeft dus zeker resultaat. Zoals Marina zegt is er meer in het leven dan shoppen en gaat het om de geestkracht van de mens.

Hier de trailer, hier de site waarop de mogelijkheid om een abonnement op de nieuwsbrief te nemen, hier mijn bespreking van Alledaags verzet.

zondag 26 juli 2015

De koninginnerit in de Tour de France van 2015 volgens Dijkstra en Ducrot, 25 juli 2015



Waar is het avontuur gebleven?

Net als de laatste jaren, vandaag weer mijn bespreking van het wedstrijdverslag op NPO 1 van een etappe uit de Tour de France 2015. Dit maal ging het om de een na laatste rit, waarin de kaarten zo goed als geschud bleken. In mijn verslag over de Tour van 2013 schreef ik ‘koninginnenrit’ in de titel, maar dit jaar hou ik het maar weer op het vertrouwde enkelvoud, al ging het volgens Maarten Ducrot dit jaar om vier Alpenritten die als koninginnenrit konden worden aangemerkt. De rit van ruim honderdtien kilometer gaat van Modane naar het befaamde berg Alpe d’Huez (zie foto), dat door de Nederlanders geannexeerd is, ook al is er in de laatste vijfentwintig jaar geen Nederlandse winnaar meer geweest. De laatste overwinning van Gert-Jan Theunisse werd door Dione de Graaff voorafgaande aan de wedstrijd flink werd opgeklopt, hetgeen door de commentatoren Herbert Dijkstra en Maarten Ducrot nog eens dunnetjes werd overgedaan. Ducrot herinnert zich nog dat hij op de hellingen werd voortgeduwd terwijl hij voor de vorm afwerende gebaren maakte. De wedstrijd van gisteren, die een middag lang door de Franse renner Alexandre Geniez (tijdens de rit komt Dijkstra er achter dat hij diens naam moet uitspreken als Genies) gedomineerd werd, lijkt veel op de lange ontsnapping van Theunissen al kon de Fransman zijn voorsprong op de Nederlandse genoemde berg niet handhaven en gaf hij het stokje door aan zijn landgenoot Thibaut Pinot. De verwachting van Dijkstra dat de etappe een dag lang vuurwerk zou kunnen opleveren werd niet waargemaakt. Het wordt natuurlijk nooit wat als Ducrot meteen alweer begint over de vermoeidheid die na drie weken in de benen van de renners is gekropen.

Behalve de als prestigieus bekend staande etappe winst op de Alp van de buitencategorie gaat het ook om het klassement. Is Christopher Froome in staat om de Italiaanse, Spaanse en Colombiaanse concurrentie achter zich te houden? De Colombiaan Nairo Quintana, die de hardheid van het leven in zijn jeugd op een presenteerblaadje meekreeg, zou volgens Ducrot op de voorgaande berg van de buitencategorie, de Croix de Fer, liever nog zou wachten met aanvallen omdat hij anders wellicht op de brede, vlakke weg naar Bourg d’Oisans wordt ingehaald. Zal een Nederlander als Steven Kruijswijk, oppert Dijkstra, het straks op zijn heupen krijgen? Wat is de strategie van de Fransman Romain Bardet die de bolletjestrui draagt maar ook een plaats in de toptien te verdedigen heeft? Hetzelfde geldt voor de keuze die de best geklasseerde Nederlanders - sinds Laurens ten Dam nog steeds achter in het peloton met bronchitis kampt zijn dat Robert Gesink (zesde) en Bauke Mollema (achtste) - moeten maken. Als ze te hard in de aanval gaan, verspelen ze misschien een goede eindklassering, luidt de visie van Ducrot na twintig kilometer koersen. De commentatoren zijn zich tegelijk bewust van hun angstige redeneringen, want ze zeggen zelf dat ze zich niet meer kunnen herinneren wie er vorig jaar zesde en achtste geworden zijn. Het tekent de vluchtigheid van sportieve prestaties. Die zijn nauwelijks meer wat ze waren als de wedstrijd voorbij is.

De etappe begon met beelden van het départ fictif en daarna kregen we vrijwel meteen een viertal vluchters in het vizier die geen enkele bedreiging voor het eindklassement vormden en dan ook rustig een voorsprong van acht minuten konden opbouwen. De vraag of Froome zich in het geel zou weten te handhaven kwam, naarmate deze relatief korte rit verder werd afgewerkt, steeds meer op de achtergrond, net als de mogelijkheid dat een Nederlander als eerste de finish zou passeren. Na zo’n vijfendertig kilometer, in de aanloop naar de Croix de Fer, besloot de ploeg van bolletjestruidrager Bardet onder aanvoering van Jean Christophe Péraud het peloton op sleeptouw te nemen hetgeen genoeg zei over de keuze die Dijkstra eerder voorlegde: Bardet wilde de bergprijs niet aan zich voorbij laten gaan. Het peloton kraakte en velen vielen eraf en kwamen, zoals dat in wielerjargon heet, in de bus met gelosten terecht, waaronder ook de klassementsrenners Geraint Thomas en Mathias Frank. De voorsprong van het viertal slonk echter weinig. Dat komt volgens Dijkstra omdat ze dagenlang achterin het peloton hadden zitten slapen, iets wat klassementsrenners niet kunnen doen. Op het moment dat Quintana, die volgens Dijkstra had gezegd dat Alpe d’Huez voor hem een zegetocht ging worden, er vandoor gaat, precies halverwege de koers, lijkt de wedstrijd geopend, maar als hij toch niet wegkomt, valt alles stil. ‘Dit was het dan,’ zegt Ducrot als een ervaren renner en commentator. De Australiër Richie Porte houdt, net als later Wout Poels, het tempo voor Froome hoog. Dijkstra, die eerder voorspeld had dat Quintana aan de voet van Alp d’Huez zou vertrekken, kreeg gelijk, al gebeurde dat pas een aantal bochten later. Het mocht echter niet baten, net als de vergeefse inspanning van Geniez. Ook omdat Nibali van fiets moest wisselen ging Pinot met de dagprijs strijken en trok Froome, die ook nog in het bezit van de bergprijs kwam, weer een schone gele trui aan.

In zijn samenvatting memoreerde Dijkstra nog maar eens dat de Nederlanders nog steeds in het bezit zijn van de meeste overwinningen op Alpe d’Huez, die sinds de jaren vijftig in het programma van de Tour is opgenomen. Gesink en Mollema waren na afloop tevreden. Realisme overheerst. Veel eerzucht is er niet meer. De Tour is vooral een instituut, waarin de vorm belangrijker is dan de inhoud, de beeldvorming belangrijker dan de koers en het geld belangrijker dan de sportiviteit. Terwijl de bomen rond mijn huis omvielen in een vliegende storm, heb ik in ieder geval genoten van de mooie beelden van de besneeuwde Alpentoppen.

Hier mijn bespreking van de koninginnenrit in 2013, hier die van de eerste bergrit van vorig jaar.

Recensie: Birk (2014), Jaap Robben



Beklemmend debuut over een eilandjongen met een getraumatiseerde moeder

De debuutroman van Jaap Robben speelt zich af op een eiland dat nergens met name genoemd wordt maar gezien de naam van de nabijgelegen stad Tramsund in het noorden van Europa moet liggen. Robben roept een sfeer op zoals Bernlef die mooi kon schetsen. Het isolement is bijna tastbaar op het eiland waar Birk Hammerman woont met zijn vrouw Dora en zoon Mikael. Dat neemt alleen maar toe als Birk zelf ten ondergaat nadat hij zijn zoon uit het water gered heeft. Deze tegenslag zet de toon in het boek. Wellicht dat Birk daardoor als titel is gekozen, want de hoofdpersoon is diens zoon Mikael. Het kan ook zijn dat deze titel gekozen is omdat de zoon door zijn moeder als plaatsvervanger van zijn vader wordt gezien. 'Birkje' noemt Dora hem zelfs op het beklemmende eind van de roman in een poging om fysiek intiem te worden met haar zoon.

In het eerste deel is Mikael nog een schooljongen, die leert uit werkbladen die hij opgestuurd krijgt van een toetsenbureau en die doorneemt met zijn vader. Mikael fantaseert dat zijn vader na diens dood nog steeds aanwezig is in een mini uitvoering. Het eerste deel heeft daardoor een hoog Pinkeltje gehalte. Dat verdwijnt gelukkig als Mikael groter wordt. In het tweede deel heeft de vader zich teruggetrokken in foto’s, zoals Robben dat fraai noemt. Mikael is op zoek naar een vriend en probeert contact aan te knopen met de zoon van de boodschappenman die per boot de bestellingen aflevert. Deze Ingmar heeft echter meer zin in een vriendinnetje, die in het derde deel ook verschijnt. Mikael is daarmee steeds meer een prooi voor zijn moeder, die de dood van haar man slecht verwerken kan en het verlies steeds meer op haar zoon afwentelt.

Als de boodschappenman haar tijdens een bestelling plompverloren zegt dat ze na elf dagen de hoop om haar man levend terug te krijgen wel kan opgeven, krijgt Dora een enorme woedeuitbarsting waarbij ze kiezelstenen naar de man gooit en haar zoon haar woede probeert te temperen door haar handen vast te houden. Vervolgens schrijft Robben: ‘Ze wapperde ruw met haar hand tot ik losliet. Door haar woeste bewegingen ging het koord van haar ochtendjas los. Haar bleke huid was vol kippevel en haar borsten gingen heen en weer bij alles wat ze gilde.
In een zucht naar intimiteit zoekt ze toenadering tot haar zoon, die daarmee in verlegenheid wordt gebracht. Robben weet de verwarde gevoelens van de vijftienjarige puber uitstekend weer te geven. Heel fraai in dit verband is een dagreis, die Mikael maakt met zijn buurman Karl, een ruwe zeebonk, die niet vies is van Dora. Samen gaan ze naar de nabijgelegen stad Tramsund om daar vis af te leveren, waarop Karl meteen wordt meegenomen door een hoer. In dit sfeervolle en spannende verhaal, dat binnen de roman enkele hoofdstukjes in beslag neemt, wordt de niet al gemakkelijke ontwikkeling van de jongen Mikael tot man treffend en beeldend in beeld gebracht. Ook de ontsporende ontwikkeling van de gekwetste moeder is sterk beschreven.

Een aardig zijverhaal gaat over Meeuwtje, een jonge meeuw die in het lege huis zit waar vroeger een oudere vrouw woonde die een verhouding had met Karl en ook bevriend was met Birk. Mikael kan bij het kwetsbare beestje zijn gevoelens kwijt, maar helaas loopt dat slecht af.

De stijl is sober en, zoals ook bij Bernlef, vooral op de inhoud gericht. De beelden zijn fraai. Ik denk bijvoorbeeld aan de paling die Mikael op de boot van Karl vertrapt omdat hij gehoord heeft dat het lijkenvreters zijn. Soms komt het wat jongensboekachtig over, maar anderzijds past dat in een coming of age roman over een opgroeiende jongeman. De roman leest door de korte fragmenten niet erg vlot weg, al kon dat aan mijn spanningsboog liggen. Robben schrijft recht toe recht aan, zonder veel andere pretentie dan om het verhaal zelf te laten spreken. Ik schrijf dat alvast omdat ik bezig ben om mijn gedachten te bepalen over mijn favoriet voor de debutantenprijs 2015, die in september wordt uitgereikt en waar Robben naast NiñaWeijers en Nina Polak voor genomineerd is, maar ik hoop nu alvast dat Robben zal uitgroeien tot een nieuwe Bernlef.