Schrijven is een langdurige poging om van de wind te leven
Pieter Verhoeff maakte met In dat sykjen sunder finen, dat in het Nederlands vertaald In dat zoeken zonder vinden heet, een boeiende
reportage over de nagenoeg blinde Friese dichter en voordrachtskunstenaar Tsjebbe
Hettinga, die alom gewaardeerd werd, optrad op veel poëziefestivals en de
nodige prijzen in de wacht sleepte tot hij in 2013 op 68 jarige leeftijd overleed.
Verhoeff volgde Hettinga anderhalf jaar lang en praatte met hem in het Fries over
zijn werk en het leven.
De documentaire begint fraai met oude beelden van een joch
dat voorbereidingen maakt voor een tochtje met zijn zeilboot en daarmee door de
Friese wateren vaart. Het filmpje zet meteen de toon met op de achtergrond een
gedicht over het Friese boerenland, voorgedragen door Hettinga op een
bijeenkomst. Vergankelijkheid, het verstrijken van de tijd en weemoed vormen belangrijke
thema’s in zijn werk.
Samen met Verhoeff reist Hettinga naar Vlieland. Hij praat op
de boot over het eilandgevoel, dat voortkomt uit het weggaan van een vast punt
naar iets wat in beweging is en geen einddoel heeft. Hettinga beaamt dat dit
een romantisch gevoel is en dat hij dit in de bundel Vreemde kusten (later uitgegeven onder de titel Het vaderpaard, rs) verwoord heeft. Wat
hij zoekt weet hij niet, antwoordt hij op de vraag van Verhoeff. ‘Dat is de
vraag.’ In de gele terreinwagen op weg naar het eind van het eiland toont
Hettinga letters die in de band staan gegraveerd en in het zand de zin Door geen mens gestoord neemt de zee het
laatste woord vormen.
Hettinga werd geboren op een boerderij in Burgwerd in de Zuidwesthoek
van Friesland. De ruimtelijkheid van het landschap werd deel van hemzelf. Hij
herkent het aan kusten met havens en de daarbij horende kroegen en vrouwen. Hij
probeert de ruimtelijkheid in zijn werk te personifiëren in een gevoel. Hij vertelt
over zijn nieuwe dichtwerk De legende van
het licht, een voordracht van zo’n tien minuten, waarin de dag begint in de
droom van een visser met daaromheen donker. Hij spreekt het gedicht in zodat er
muziek bij gecomponeerd kan worden.
Samen met Verhoeff bezoekt hij de ouderlijke boerderij die
bewoond en bestierd wordt door zijn jongste broer, die aan dezelfde
oogaandoening lijdt, maar blij is met het zicht dat hij nog heeft. Hun vader
was veehouder en paardenhandelaar. Tsjebbe toont het bureau op zijn kamer
vanwaar hij uitzicht had op het uitgestrekte land, dat tegenwoordig door bomen
weggehouden wordt. Het vaderpaard, dat in een gedicht met de gelijknamige titel
wordt geëerd, gaat over een heel speciaal dier dat vele malen werd verkocht en
teruggekocht en dat hun vader naar het kerkhof bracht.
Hettinga vindt het vervelend als zijn blindheid als een
larmoyante factor wordt beschouwd. Daarmee wordt zijn werk versmald. De mens is
nu eenmaal een zak vol mislukkelingen. Zelf verloor Hettinga, naast zijn oogaandoening,
op zijn 22 ste zijn moeder die het water in liep en raakte hij vijf jaar later
een jongere broer kwijt. Een concrete aanwijzing over deze drama’s is te vinden
in Vreemde kusten, waarin een moeder voorkomt
die overgestoken is. Over de bron van zijn dichten kan hij weinig zeggen, al is
het wel zo dat zijn vader een goed verhaal kon vertellen en hem de liefde voor
de taal bijbracht. Op zijn schaatstochten door Friesland luisterde Hettinga naar
de dialecten die overal gesproken werden. In zijn werk wil hij meer over het
leven vertellen dan met taal spelen. Een definitie daarvan is ontoereikend. Een
dichter kijkt altijd de andere kant op, zoekt het wezenlijke. Het spelen op een
saxofoon en zingen was daarnaast zijn lust en zijn leven. Tegen schilder Sjoerd
de Vries, die een portret van hem maakte, zegt hij dat schrijven een langdurige
poging is om van de wind te leven. Hij verwijst daarmee naar het gedicht De schalmei van Slauerhoff. Een mooi
mens, prachtig gedocumenteerd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten