Waar is het avontuur gebleven?
Net als de laatste jaren, vandaag weer mijn bespreking van het
wedstrijdverslag op NPO 1 van een etappe uit de Tour de France 2015. Dit maal
ging het om de een na laatste rit, waarin de kaarten zo goed als geschud
bleken. In mijn verslag over de Tour van 2013 schreef ik ‘koninginnenrit’ in de
titel, maar dit jaar hou ik het maar weer op het vertrouwde enkelvoud, al ging
het volgens Maarten Ducrot dit jaar om vier Alpenritten die als koninginnenrit
konden worden aangemerkt. De rit van ruim honderdtien kilometer gaat van Modane
naar het befaamde berg Alpe d’Huez (zie foto), dat door de Nederlanders geannexeerd is,
ook al is er in de laatste vijfentwintig jaar geen Nederlandse winnaar meer
geweest. De laatste overwinning van Gert-Jan Theunisse werd door Dione de Graaff
voorafgaande aan de wedstrijd flink werd opgeklopt, hetgeen door de
commentatoren Herbert Dijkstra en Maarten Ducrot nog eens dunnetjes werd overgedaan.
Ducrot herinnert zich nog dat hij op de hellingen werd voortgeduwd terwijl hij
voor de vorm afwerende gebaren maakte. De wedstrijd van gisteren, die een
middag lang door de Franse renner Alexandre Geniez (tijdens de rit komt
Dijkstra er achter dat hij diens naam moet uitspreken als Genies) gedomineerd
werd, lijkt veel op de lange ontsnapping van Theunissen al kon de Fransman zijn
voorsprong op de Nederlandse genoemde berg niet handhaven en gaf hij het stokje
door aan zijn landgenoot Thibaut Pinot. De verwachting van Dijkstra dat de
etappe een dag lang vuurwerk zou kunnen opleveren werd niet waargemaakt. Het
wordt natuurlijk nooit wat als Ducrot meteen alweer begint over de vermoeidheid
die na drie weken in de benen van de renners is gekropen.
Behalve de als prestigieus bekend staande etappe winst op de
Alp van de buitencategorie gaat het ook om het klassement. Is Christopher Froome
in staat om de Italiaanse, Spaanse en Colombiaanse concurrentie achter zich te
houden? De Colombiaan Nairo Quintana, die de hardheid van het leven in zijn
jeugd op een presenteerblaadje meekreeg, zou volgens Ducrot op de voorgaande
berg van de buitencategorie, de Croix de Fer, liever nog zou wachten met
aanvallen omdat hij anders wellicht op de brede, vlakke weg naar Bourg d’Oisans
wordt ingehaald. Zal een Nederlander als Steven Kruijswijk, oppert Dijkstra, het
straks op zijn heupen krijgen? Wat is de strategie van de Fransman Romain Bardet
die de bolletjestrui draagt maar ook een plaats in de toptien te verdedigen
heeft? Hetzelfde geldt voor de keuze die de best geklasseerde Nederlanders -
sinds Laurens ten Dam nog steeds achter in het peloton met bronchitis kampt
zijn dat Robert Gesink (zesde) en Bauke Mollema (achtste) - moeten maken. Als
ze te hard in de aanval gaan, verspelen ze misschien een goede eindklassering,
luidt de visie van Ducrot na twintig kilometer koersen. De commentatoren zijn
zich tegelijk bewust van hun angstige redeneringen, want ze zeggen zelf dat ze
zich niet meer kunnen herinneren wie er vorig jaar zesde en achtste geworden
zijn. Het tekent de vluchtigheid van sportieve prestaties. Die zijn nauwelijks meer
wat ze waren als de wedstrijd voorbij is.
De etappe begon met beelden van het départ fictif en daarna kregen
we vrijwel meteen een viertal vluchters in het vizier die geen enkele
bedreiging voor het eindklassement vormden en dan ook rustig een voorsprong van
acht minuten konden opbouwen. De vraag of Froome zich in het geel zou weten te
handhaven kwam, naarmate deze relatief korte rit verder werd afgewerkt, steeds
meer op de achtergrond, net als de mogelijkheid dat een Nederlander als eerste de
finish zou passeren. Na zo’n vijfendertig kilometer, in de aanloop naar de
Croix de Fer, besloot de ploeg van bolletjestruidrager Bardet onder aanvoering
van Jean Christophe Péraud het peloton op sleeptouw te nemen hetgeen genoeg zei
over de keuze die Dijkstra eerder voorlegde: Bardet wilde de bergprijs niet aan
zich voorbij laten gaan. Het peloton kraakte en velen vielen eraf en kwamen,
zoals dat in wielerjargon heet, in de bus met gelosten terecht, waaronder ook de
klassementsrenners Geraint Thomas en Mathias Frank. De voorsprong van het
viertal slonk echter weinig. Dat komt volgens Dijkstra omdat ze dagenlang achterin
het peloton hadden zitten slapen, iets wat klassementsrenners niet kunnen doen.
Op het moment dat Quintana, die volgens Dijkstra had gezegd dat Alpe d’Huez
voor hem een zegetocht ging worden, er vandoor gaat, precies halverwege de
koers, lijkt de wedstrijd geopend, maar als hij toch niet wegkomt, valt alles
stil. ‘Dit was het dan,’ zegt Ducrot als een ervaren renner en commentator. De
Australiër Richie Porte houdt, net als later Wout Poels, het tempo voor Froome hoog.
Dijkstra, die eerder voorspeld had dat Quintana aan de voet van Alp d’Huez zou vertrekken,
kreeg gelijk, al gebeurde dat pas een aantal bochten later. Het mocht echter
niet baten, net als de vergeefse inspanning van Geniez. Ook omdat Nibali van
fiets moest wisselen ging Pinot met de dagprijs strijken en trok Froome, die
ook nog in het bezit van de bergprijs kwam, weer een schone gele trui aan.
In zijn samenvatting memoreerde Dijkstra nog maar eens dat
de Nederlanders nog steeds in het bezit zijn van de meeste overwinningen op
Alpe d’Huez, die sinds de jaren vijftig in het programma van de Tour is
opgenomen. Gesink en Mollema waren na afloop tevreden. Realisme overheerst. Veel
eerzucht is er niet meer. De Tour is vooral een instituut, waarin de vorm
belangrijker is dan de inhoud, de beeldvorming belangrijker dan de koers en het
geld belangrijker dan de sportiviteit. Terwijl de bomen rond mijn huis omvielen
in een vliegende storm, heb ik in ieder geval genoten van de mooie beelden van
de besneeuwde Alpentoppen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten