Vergeefs hengelen naar nieuwe interpretatie van oud sprookje
Beginnend kindertheatermaker Sanne Zweije is de drijvende
kracht achter Het geheim van de Nachtegaal, haar tweede Stipproductie. De voorstelling werd door
haar bedacht en geregisseerd. Manna Horsting neemt, half naast het toneel, het pianospel, de zang en de verdere afwerking
op zich. Die laatste elementen zijn tot in de puntjes verzorgd.
Datzelfde geldt ook voor het toneelbeeld dat de toeschouwer meteen na
binnentreden van de zaal op het netvlies gegrift krijgt. We zien een levensgroot
pop–up prentenboek met daarin de onbeweeglijke toneelspeler Lard Adrian, die ons
over het leven van de oude Chinees Dong gaat vertellen. Horsting blaast het stof
van het boek voordat ze de eerste bladzijde omslaat. Het is alsof ze
daarmee het aloude sprookje van Andersen De
keizer en de nachtegaal over de waarde van het oorspronkelijke nieuw leven wil
inblazen.
Het is een verademing om in onze tijd van haast te zien hoe
Adrian de tijd neemt om de oude, kromme Chinees op de planken neer te zetten,
in dit geval een klein, rotsig eiland waarop de man zijn lange dagen vissend
doorbrengt. Zijn witte mutsje bovenop zijn
lange haren en zijn witte kledij geven hem een zuiver voorkomen, al blijkt later
in de voorstelling dat er een smet aan zijn leven kleeft. Veel gebeurt er niet op zo’n plek. Juist op het moment
dat een hoog stemmetje in de zaal vraagt waar die nachtegaal toch blijft,
verschijnt er zo’n lookalike op het scherm dat met grote ogen door Dong wordt
gevolgd. Het bruine beestje met drukke belgeluidjes wordt steeds groter, neemt de vorm
aan van een zwemvogel die weer in een fantasievogel verandert als ze
neerstrijkt op de rotsen. Dong raakt van de weeromstuit verschrikt in het snoer
van zijn hengel, maar geeft zijn verzet op en wordt toch meegenomen door de
vrolijke zang van het beestje.
Het voert hem terug naar de tijd dat hij nog jong was en in
de ban van een prachtig meisje met lang haar en in een witte jurk, die in de figuur van Judith Hazeleger op de
bladzijden van het op het toneel getoonde pop up prentenboek te zien is. Het
liefst had hij haar willen vastbinden. De overgang naar de bluesuitvoering van het
lichtvoetige lied geeft aan dat het met de liefde niet goed kwam. Zo’n meisje
kun je niet met geweld overmeesteren, maar dat geldt ook voor een zangvogel,
merkt Dong tenslotte, die het beestje het liefst in een kooitje, gemaakt van
hengeldelen, voor zichzelf had gehouden. Liefde laat zich niet dwingen, is de
boodschap.
De poëtische sfeer met de vele natuurelementen als maan,
wolken en water wordt wel erg benadrukt, waardoor het verhaal zelf mager uitvalt.
Veel bladzijden zijn er niet om om te slaan. Dat de Chinees zich na de lange
introductie weer te rusten legt, doet een groot beroep op het
uithoudingsvermogen van de jonge kijker. Het zou aardig geweest zijn als Horsting,
die meehelpt met het omslaan van de zware bladzijden, enig tegenspel had
geboden aan Dong die op zijn kleine eiland omspoeld door de zee ook in
figuurlijke zin weinig actieradius heeft. De opdoemende kleine animaties boden
helaas te weinig zeggingskracht om de kinderen te begeesteren. De ontroering
lag vanaf het begin voor het grijpen, maar de hengel was helaas tekort om de
schat binnen te halen. De symboliek tussen vrouw en vogel was voor kinderen
ongetwijfeld lastig te begrijpen en ook zeker niet iets waar de kindergeest mee
bezig is. Deze nieuwe interpretatie van De
keizer en de nachtegaal viel dan ook, net als de herinterpretatie in boekvorm
van Peter Verhelst en Carll Cneut
uit 2008, tenslotte wat tegen. Gelukkig konden de kinderen na
afloop hun energie kwijt bij Rebelsa, die, zoals we gewend zijn, de uitnodigende
discomuziek verzorgde voor de Springende Spruiten.
Hier
een blik achter de schermen.
Aangepast om 14:24 uur na aanmerkingen van Daan Valkhof van Stip theaterproducties.
Aangepast om 14:24 uur na aanmerkingen van Daan Valkhof van Stip theaterproducties.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten