Het paradijsverhaal kleurrijk aan kinderen uitgelegd
De titel Ad &
Eefje doet meteen denken aan het paradijsverhaal en anders wordt dat wel
duidelijk door de tussen haakjes staande tekst en het verloren paradijs achter de titel. Het is een lofwaardig
streven van Tafel van Vijf om bijbel- en andere religieuze verhalen
toegankelijk te maken voor jonge kinderen. Het slaat een brug naar de traditie
en het opent het gesprek tussen kinderen en ouders over ons cultureel erfgoed dat
verder van het bed staat.
De opening mag er zijn. In een sfeervol decor met grote
planten en bloemen waarin de paradijselijke toestand suggestief wordt
uitgebeeld, springt de energieke Ad tevoorschijn, een en al oog voor wat daar
groeit en bloeit en dat opschrijft in een notitieboekje. Zijn zachte Vlaamse
tongval versterkt zijn charme. Anders dan de zwarte Eefje die zich verveelt,
hoeft hij niet zo nodig weg. De drie muzikanten zijn vermomd als slangen en
verleiden Eefje om een hap van de groene appel te nemen die hoog in een boom
hangt. Daarmee zal ze net zo machtig en alwetend worden als haar vader in de
hemel. De aarzeling is groot, maar het verlangen wint en de uitkomst is
duidelijk. Eefje en Ad worden het paradijs uitgebonjourd en moeten zelf in het
eigen levensonderhoud voorzien, hetgeen nog niet zo gemakkelijk is.
De afbraak van het kleurrijke decor is sterk en vormt het
begin van een wederopbouw, waarbij blijkt dat de twee zich met hetzelfde instrumentarium
toch weer een bestaan weten te verwerven, al gaat dat heel wat moeizamer dan in
het paradijs waar alle verlangens bij voorbaat vervuld waren. Eefje is in de
gewone wereld nog steeds boos op Ad, die gelijkmatiger is dan zij en meteen
weer op onderzoek uit gaat. Zij krijgt te maken met verlangens die sterker zijn
dan zijzelf en raakt daardoor behoorlijk uit balans, maar gaat niet in op de
raad van haar vader die wil dat ze terugkomt. De stem in de hemel, die sterk
aan Sinterklaas deed denken, dringt verder niet aan. De mens is vrij en zal dat
weten ook.
De liedjes die de voorstelling omlijsten en ook de
ondersteunende muziek zorgen voor veel sfeer. Het is leuk om te zien dat een
van de muzikanten, die meestal op de achtergrond blijven en in hun witte
gewaden meer op engelen dan op slangen leken, een cello als een gitaar omhangt voor
hij zich op het podium tussen de spelers begeeft. Op het eind volgt er nog een
slotlied waar de zaal aan mee kon doen. Het is jammer dat dit niet eerder tijdens
de voorstelling gebeurde. Dat had nog meer leven in de brouwerij gebracht. De poëtische
tekst had een krachtiger structuur verdient want sommige passages zoals de
ruzie van Eefje met Ad in het paradijs en de dronken vader van Ad waren niet
geloofwaardig, maar uiteindelijk werden de kinderen door de fraaie uitbeelding
van het verhaal, denk ik, tevreden gesteld.
Naast de voorstelling zelf is er ook nog een kleine
tentoonstelling waarin kinderen (en volwassenen) etsen kunnen zien van
uitbeeldingen van het paradijsverhaal met centraal daarin natuurlijk de
verboden vrucht, die gesymboliseerd wordt door een appel, al is het historisch
gezien onduidelijk welke vrucht bedoeld werd (en of er wel een specifieke
vrucht bedoeld werd).
Ad & Eefje
werd gespeeld door Pieter Verelst en Belinda van der Stoep.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten