De overgang naar een andere cultuur is niet gemakkelijk
De onervarenen werd
ten doop gehouden ten tijde van de uitreiking van de ANV Debutantenprijs op 20 september j.l.,
waardoor Joke van Leeuwen die daar te gast was, eerder naar de ceremonie in
Antwerpen moest. De roman gaat over een drietal landverhuizers in de
negentiende eeuw, die weinig weten over de omgeving waar ze naar toe gaan. Het
motto is dan ook ontleend aan de socioloog Johan Goudsblom die stelde dat men
meestal ervaring opdoet uit onervarenheid. Volgens Van Leeuwen past dit motto
wel bij haar boek. Haar landverhuizers doen alsof ze iets te brengen hebben
maar weten bij god niet hoe ze daar moeten leven.
Wim Brands vraagt wanneer ze op het idee van de roman
gekomen is.
Van Leeuwen zegt dat dat al dertig jaar geleden in haar hoofd
had. Ze zag ooit een documentaire over een stel Zeeuwen die ooit naar Brazilië
waren gegaan en nazaten, die los van de wereld stonden na een keuze door hun strot
geduwd kregen die hun leven bepaalde.
Brands wijst op het Vlaamse televisieprogramma
Ik vertrek waarin ook mensen
emigreren die van toeten noch blazen weten.
Van Leeuwen zegt dat dit ook opgaat voor de hoofdpersonen in
haar boek. Ze beseffen niet dat Amerika anders is dan Europa. Zelf kent ze het
klappen van de zweep want op haar dertiende verhuisde ze naar Brussel omdat
haar vader daar, bij gebrek aan protestantse theologen, hoogleraar werd. Ze
vertelt over het verschil in betekenissen van woorden en schreef daar een
gedicht over dat ze tijdens het Vijfde poëziefestival in Elswout voordroeg. Het
Nederlandse merkwaardig bijvoorbeeld betekent in het Vlaams opmerkelijk en da
kan gemakkelijk tot misverstanden leiden.
Brands deelt de mening dat Vlaanderen een andere wereld voor
ons is, maar dat Zuid- of Midden Amerika nog veel anders moet zijn.
Van Leeuwen heeft de streek waar het boek zich afspeelt, net
als haar boek Feest van het begin over
het Frankrijk van rond de Franse Revolutie niet zo bepaald is. Ze merkte
daarvoor in een boek over Marokko dat zoiets helemaal niet nodig is. De kern is
fictie.
Brands noemt de drie hoofdpersonen die allen een andere
levenshouding hebben.
Van Leeuwen zegt dat de man die heel dominant is, zich
vastklampt aan de traditie, dat zijn schoonmoeder eigenzinnig is en dat de
vrouw van de man, die ook de verteller is, tussen hen in staat.
Brands wil weten wat kenmerkend voor deze laatste vrouw is.
Van Leeuwen zegt dat zij zich afvraagt waar ze terecht
gekomen is, terwijl haar man zich vooral afvraagt wie hij is. De vrouw heeft geen
last van het dwangmatige hokjesdenken van haar echtgenoot.
Brands denkt dat dit laatste veel voorkomt onder
landverhuizers.
Volgens Van Leeuwen blijft men inderdaad vaak in het eigen
kringetje ronddraaien. Ze zag dat ook onder Nederlanders in België. Zoiets komt
voort uit een behoefte aan veiligheid. Anderzijds werd ze zelf door de Belgen
als een betweter getypeerd, iemand die inbreuk maakte op de gang van zaken, die
een sociale positie afpakte. Het maakte haar geoefend om aan de andere kant te staan.
Haar vader hielp daarbij omdat hij gemakkelijk contacten legde. Hij was een
bescheiden man die ontstemd was over een uitspraak van een journalist dat er
met driekwart van de Vlamingen niet te praten zou zijn.
Brands brengt de nieuwe landverhuizing ter sprake.
Van Leeuwen vindt het beklemmend dat asielzoekers in massale
centra worden opgevangen en niet , zoals eerder met Bosniërs gebeurde, in
kleinschalige projecten. Zelf had ze in de jaren negentig iemand uit Bosnië in
huis, die ze begeleidde bij de ingroei in onze maatschappij. Ze weet uit eigen
ervaring dat een vluchteling het beste meteen de taal kan leren.
Hier
mijn verslag van het Poëziefestival Elswout 2015, hier
mijn recensie van Feest van het begin.
aangepast op 19 februari 2018
aangepast op 19 februari 2018
Geen opmerkingen:
Een reactie posten