Somalische traditie en Deense cultuur
gaan niet samen
Geradicaliseerde moslimjongeren staan
in het brandpunt van de belangstelling. Niet alleen van de veiligheidsdiensten.
Ook documentaire-, televisie en theatermakers vragen zich af wat in het Westen
opgegroeide jongeren bezielt om in islamitische en Westerse landen bommen om te
gorden en dood en verderf te zaaien. Achtergrond hiervan, zo is mij duidelijk,
is de compleet gecorrumpeerde manier waarop wij in het Westen met menselijke
waarden omgaan. In plaats van het nog verder marginaliseren van radicale
moslimjongeren kan men beter het licht eens op onze maatschappelijke
werkelijkheid laten schijnen.
De Deen Søren Steen Jespersen richt zich op
jongens die in Denemarken opgegroeid zijn en naar Somalië vertrekken om hun
diensten aan te bieden aan de terreurorganisatie Al Shabaab. De bloedige
zelfmoordaanslag op een groep pas afgestudeerde artsen, die aan het begin en
het eind van de documentaire wordt getoond, is daar een onthutsend voorbeeld
van. Hoe diep moet je gezonken zijn om zoveel talent, zoveel menselijke helpers
de dood in te jagen? De aanslag werd op 3 december 2009 in Mogadishu gepleegd
door de jonge Abdi Rahman, die in Denemarken was opgegroeid en die onder het
mom van journalist zijn bomgordel midden in de diploma-uitreiking liet afgaan. Hij
sleurde vierentwintig anderen daarbij de dood in.
Centraal staat een interview met een
niet nader genoemde jongen – ik noem hem X - die Abdi goed gekend heeft. Steen
Jespersen illustreert zijn verhaal met filmbeelden en richt zich daarnaast op
de vader van Mohammed, een andere strijder die in Denemarken is opgegroeid en
die in Somalië moet zijn, maar niet aan de lijn te krijgen is. De twee verhaallijnen
worden aangevuld met korte portretten van andere jonge Westerse strijders voor
Al Shabaab. De strijder uit Nederland is absoluut niet bang voor de dood want
hij gaat toch naar het paradijs, net als de slachtoffers trouwens, een strijder
uit Groot Brittannië zag in dat hij verleid werd en hoopt terug te keren naar
zijn adoptieland.
X was met zijn familie gevlucht voor de
oorlog die in Somalië woedde, maar voelde zich niet thuis in de Deense
maatschappij. Hij deed het niet goed op school, vond geen bevredigend werk en
ging los op feesten, die ook de nodige frustratie opleverden. Pas het contact
met Abdi en Mohammed gaf hem enige rust. De jongens kwamen met enkele anderen,
waaronder de vrolijke Hassan, samen in een flat, voetbalden veel en spraken
over de oorlog, die het christelijke Ethiopië in hun land voerde. Het voelde
goed om daaraan deel te nemen, deel uit te maken van een groep, niet meer
iemand te zijn op wie neergekeken wordt. Het contact met een aanvoerder van Al
Shabaab versterkte de band met de organisatie, alleen begon X te twijfelen
nadat de Ethiopiërs het land verlaten hadden en de VN de status quo probeerde
te herstellen. Zelfmoordaanslagen werden in de moskee afgekeurd en alleen door
immorele personen toegejuicht. Abdi, Mohammed en Hassan lieten zich overhalen
om in dienst te treden tot Al Shabaab, X bleef toch maar in Denemarken, al was
het daar niet alleen letterlijk koud.
X is van streek als hij de video ziet
waarop Abdi te zien is met zijn vinger aan een fototoestel en later de hele
ceremonie de lucht in laat vliegen. Ook Hassan verliet het leven tijdens een
bomaanslag op de luchthaven van Mogadishu. X zegt dat Al Shabaab vooral
kwetsbare allochtone jongeren, die in het Westen met hun ziel onder de arm
lopen, rekruteert en weet zelf niet hoelang hij het nog uithoudt. De vader van
Mohammed is zielsbedroefd als hij hoort dat zijn zoon betrokken was bij de
aanslag op een winkelcentrum in Nairobi en die op Facebook nog verheerlijkt
ook. Het gaat niet goed met de wereld, zegt hij, waarin niemand elkaar helpt en
macht en moord de boventoon voeren. Alles bij elkaar is het een zeer
informatief, verduidelijkend maar vooral aangrijpend programma.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten