Dochter van Duitse marineman en knappe Amsterdamse leidt
onder het oorlogshuwelijk.
De poëtische titel van de documentaire En de liefde zou de oorlog overwinnen heeft betrekking op het
huwelijk tussen een jonge Amsterdamse en een Duitse marineman in de Tweede
Wereldoorlog, maar is niet van toepassing op hun dochter, documentairemaakster
Uta Schützendorf (zie foto), die in Amsterdam ging wonen en bleef worstelen met haar
verleden. Als haar ouders vijftig jaar getrouwd zijn, vindt zij dat het wel
eens tijd wordt om dat verleden aan de orde te stellen. Zowel haar ouders als
haar broers, die in Duitsland bleven, geven hun meningen weer. Haar vader zegt nogal
bot tegen Uta dat ze geen benul heeft van de liefdesgevoelens die haar
verwekkers voor elkaar hadden.
Schützendorf gaat misschien daarom wel uitvoerig in op de
totstandkoming van dat huwelijk. Aan de hand van oude brieven en foto’s opent
ze de dichte monden van haar ouders en broers. In de zomer van 1941 ging haar vader,
die op Kattenburg gestationeerd was, met een vriend naar het theater op het
Leidseplein. Hij was meteen al gecharmeerd van een jong meisje van zeventien
jaar dat ook nog eens een stoel naast hem had. Nogal toevallig was ze bij de
voorstelling terecht gekomen, die werd afgebroken door de dronkenschap van de
hoofdrolspeler. De marinier en het meisje gingen wat drinken en meteen sloeg de
vlam in de pan. De vader van het meisje wilde echter niet dat zijn jonge
dochter met een Duitser trouwde en daarom pakte de laatste het anders aan. Als
zijn vrouw Duitse werd, konden ze in het huwelijk treden. Aldus geschiedde, al
kostte het de toekomstige moeder die in Duitsland in een oorlogsfabriek
tewerkgesteld werd, wel het nodige doorzettingsvermogen. Het huwelijk dat in
Amsterdam plaats vond was in ieder geval heel mooi. Daarna werd de vader echter
overgeplaatst vanwege de dreigende invasie in Normandië. Later kwam hij vast te
zitten in Egypte. De moeder ging naar Berlijn, waar ze na de oorlog puin ruimde.
Daarna ging ze terug naar Amsterdam, waar inmiddels het kaalscheren van foute
vrouwen achter de rug was. De vader was jaloers en wantrouwend na de vereniging
en verliet het gezin alweer gauw gedurende drie jaar, iets dat de moeder slecht
kon begrijpen. Helaas krijgt Ute de monden daarover niet in beweging.
Haar jongere broer toont haar een tekening van een onbekende
Duitser onder een hoop stenen, hetgeen symbolisch voor zijn leven is waarin hij
richting en wortels mist. De grote liefde tussen zijn ouders werkte bij hem
averechts. Hij had moeite zich te verbinden. Inmiddels is hij wel gelukkig
geworden. Het schuldbewustzijn die aan de Duitsers kleeft werd in zijn geval
verzacht door zijn Nederlandse moeder.
De oudere broer, die kunstenaar is geworden, tilt niet zo
zwaar aan het verleden. Hij ziet de verhouding tussen zijn ouders vooral als
een kwestie van liefde. Als de oorlog anders was afgelopen was er niets aan de
hand geweest.
Uta zelf meent dat haar moeder door haar huwelijk aan de
verkeerde kant van de streep terechtkwam. Ze lijdt er nog steeds onder dat haar
moeder als een moffenhoer bestempeld werd en dat zij dus de dochter daarvan is.
Ze praat met haar vader over haar moeite ergens bij te horen en haar draai te
kunnen vinden. Haar vader kan dat niet goed begrijpen. Zelf denk ik dat Uta te
maken kreeg met tweede generatieproblematiek, waarbij een kind de psychische gevolgen draagt van traumatische gebeurtenissen die de eerdere generatie beleefd zijn. Uta wil duidelijk aandacht voor haar
gevoelens. Haar vader vindt, net als haar moeder trouwens, dat ze typisch
Nederlandse vragen stelt en wil dat ze zich pantsert, maar daar ziet Uta
natuurlijk niets in. Haar moeder begrijpt in ieder geval haar worsteling wel.
Hier
meer informatie op de site van Idfa.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten