Sterk scenario over de radicalisering van een Marokkaanse
Amsterdammer
Mijn
zoon is djihadist begint en eindigt met beelden van de vader van de
zeventienjarige Mourad, die van Marokkaanse afkomst is. Hij woonde in Amsterdam
voordat hij naar Syrië afreisde om mee te helpen in de strijd tegen Assad. Abdelfatah Ahmed Salah speelt de
rol van de vader Miloud Alaoui met verve. Hij is vooral wanhopig over het lot
van zijn zoon en tuurt videobeelden af, gelijk de vader van Mohamed deed in de
documentaire Warriors from the North.
De laatste, aangrijpende Deense documentaire ging over de
aansluiting van Westerse jongeren bij de terreurgroep Al Shabaab in Somalië,
dit keer gaat het over Marokkaanse jongeren die naar Syrië vertrekken, maar
veel maakt het niet uit. De overeenkomsten zijn groter dan de verschillen. Wat
bezielt Westerse allochtone jongeren om de strijdbijl op te graven? In de
Deense documentaire bleek het vooral om kwetsbare jongeren te gaan die hun
draai niet in de westerse maatschappij kunnen vinden. In mijn verslag legde ik
de schuld bij tekorten in onze maatschappij die niet aantrekkelijk is voor veel
jongeren en zeker niet voor allochtonen die te maken hebben met tweede of derde
generatieproblemen. Anders dan zijn bij zijn zus en broertje blijkt Mourad heel
erg om de traditie te geven. Boos als hij is op het onrecht dat Assad de
bevolking aandoet, zoekt hij houvast bij de radicale islam. Net als de jongen uit
de Deense documentaire die ik X noemde, wordt zijn betrokkenheid bij de strijd
vergroot door radicalere vrienden. Tegelijkertijd komt het dilemma van Mourad duidelijk
naar voren komt en is het pijnlijk dat hij niet binnen boord gehouden wordt,
maar door een paar ongelukkige wendingen tenslotte toch naar Syrië vertrekt. Vooral
het plan van de vader onder een vals voorwendsel een gemeenteambtenaar op
Mourad af te sturen, werkt averechts.
De focus ligt bij de vader van Mourad. Deze brave huisvader
werkt in een Amsterdamse slagerij en staat er na de dood van mijn vrouw alleen
voor. Hij doet zijn best om zijn kinderen een goede basis te geven. In het
begin van het verhaal in oktober 2013 is hij zo woedend dat Mourad zich interesseert
voor de extremisten in Syrië, dat hij diens laptop kapot gooit, maar later
koopt hij een nieuwe en probeert het weer goed te maken met zijn zoon. Hij polst
ook anderen over de verkeerde ontwikkeling van zijn zoon, waaronder de imam en
de politie die hem naar een gemeenteambtenaar verwijst. Het drama concentreert
zich tenslotte rond het paspoort van Mourad. De vader verschuilt het in een
poging om Mourad in ons land te houden, maar het jongere broertje verklapt de
plaats onder het matras waar het ligt om verdere escalatie tussen zijn grote
broer en zijn vader te voorkomen. Dit is heel plausibel zoals veel
ontwikkelingen in het scenario van Hassan Bahara en Sander Burger. Dat Mourad
voor de strijd kiest heeft ook te maken met de puberale drift om zich af te
zetten tegen zijn vader, maar pleit dit de westerse maatschappij dan vrij? Nog
steeds niet, denk ik. De problemen die allochtonen in onze maatschappij
ontmoeten zijn groter dan autochtonen kennen, maar verschillen niet wezenlijk.
De enorme druk waaronder het leven zich afspeelt en de schijnbaar bevredigende materiële
beloningen die daar tegenover staan, maken allerlei kwalijke tendensen
mogelijk. Ik denk dat het basisinkomen heel wat van de druk zou kunnen wegnemen.
Dat zou anderen de ruimte kunnen bieden om Mourad bij te staan in zijn
ontwikkeling en heel wat zorgen wegnemen bij de zorgzame vader.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten