Overdonderde weergave van Shakesperiaanse klucht
De titel Driekoningenavond/Twelfth night of: zie zelf maar doet al vermoeden
dat het tienkoppige, jonge Amsterdamse collectief De Theatertroep de draak
gaat steken met de klucht van William Shakespeare over genderidentiteit, die al ruim vier eeuwen lang
de harten van de toeschouwer steelt. De Theatertroep voegt met een eigen
vertaling en bewerking iets nieuws toe aan het drama waarin de jonge
scheepsbreukelinge Viola zich op een eiland als jongen verkleedt en de naam
Cesario aanneemt om aldus in dienst te kunnen treden bij heerser Orsino, waarna
een amusante verknoping volgt omdat Orsino wanhopig verlangt naar de liefde van
zijn rouwende vrouw Olivia, Olivia verliefd wordt op Cesario, terwijl Cesario
op zijn beurt weer voor de charmes van Orsino valt. De tekstuele behandeling van
deze bizarre driehoeksverhouding steekt de filmbewerking Twelfth night (1996) van Trevor Nunn ver naar de kroon, om maar een
gezegde te gebruiken waar De Theatertroep wel raad mee zou weten. De
woordspelingen volgen elkaar zo snel op dat het geen doen was om ze te noteren.
De spelers houden zich op rond de
regietafel met een regisseur (zie foto), knap gespeeld door Patrick Duijtshoff, die onder
een mooie lichtvoering de voortgang van het stuk scherp in de gaten houdt,
geconcentreerd meeleest, af en toe een zetje geeft waar dat nodig blijkt of
nog eens een paar zinnen laat herhalen om de bedoeling van een scène klip en
klaar te maken. Hij slaat, niet als enige trouwens, een gat in de vierde wand
en verstaat zich met het publiek. Gelukkig heeft hij er zelf het grootste
vertrouwen in dat het allemaal op zijn pootjes terecht komt. Hij kan daarbij
zelfs nog de rol van huishoudster Maria op zich nemen die samen met andere
paleisbewoners Malvolio, de hoofdbediende van Olivia, voor gek zet door namens Olivia een
nepbrief te schrijven waarin zij haar liefde voor hem bekent.
Aan het begin van de voorstelling
staat en zit het gezelschap met zichtbaar genoegen klaar om af te trappen.
Een swingend soulnummer brengt de stemming erin. Het is zelfs te horen uit de deksel
van een theepotje.Tussendoor wordt opgemerkt dat
het nummer steeds weer wordt afgespeeld, hetgeen ook voor het onderwerp geldt. Orsina wijst in een fraaie inleiding op de verhouding van muziek
en liefde. In de woorden van Shakespeare luiden die: ‘If music be the food of
love, play on: give me excess of it.’ Dat is getuige de vurige ogen van Jasmijn
Vriethoff wel besteed aan de liefdeszieke Orsino, die al gauw Cesario naar zijn
vrouw stuurt die om de dood van haar broer treurt en dat van plan is zeven jaar
vol te houden, maar buiten de komst van de lieflijke Cesario
gerekend heeft. Net als de liefde is ook de rijkdom in overvloed aanwezig, zoals
we zien aan de manier waarmee met geld gesmeten wordt.
Vrouwen spelen mannen in dit stuk,
zoals Orsino doet, maar ook Fabio die zichzelf elke keer opnieuw introduceert
of de nar Feste, die zingend over de liefde van zich laat horen, waarna de
geldstukken als pepernoten op hem of haar afkomen. De omgekeerde gedaanteverwisselingen,
zoals die van Maria of Olivia, waren vroeger al noodzakelijk omdat
vrouwen in de tijd van Shakespeare geen toneel mochten spelen. De mannen spelen in Driekoningenavond volgens de flyer zelfs
vrouwen die mannen spelen, al is dat laatste alleen het geval in de weergaloze
rol van Kyrian Esser die als Viola Cesario speelt, maar niet te beroerd is zich
af en toe ook te vergissen of dingen te roepen die helemaal niet in zijn tekst
staan. Zelfs in zijn stemgebruik is de tweeslachtigheid te horen. De
Theatertroep heeft de klucht nog verder doorgevoerd door diens rol uit te
breiden naar die van Sebastiaan, de tweelingbroer van Viola. Esser speelt
daarmee een tweekoppig persoon die zowel de heer als diens vrouw bedient en daarmee de verwarring tot de top voert.
Naast de nieuwe bewerking van de
klucht is het vooral de geslepen tekst, die de voorstelling tot een zinderende gebeurtenis maakt. Reflectie en
actie gaan hand in hand. De filosofische bezinning van de nar staat in een mooi
contrast tot de naïeve opstelling van bediende Malvolio die zich in fraaie gele kousen kleedt, maar de deksel op zijn
neus krijgt. Feste vervult ook nog de rol van pastoor die een kijkje neemt in
de cel waar Malvolio na zijn onbeschaamde actie op een houtje bijt. De algehele
chaos die ontstaat na een duel tussen Cesario en een andere paleisbewoner, die
ook naar de hand van Olivia dingt wordt fraai bedwongen door een nukkige
soldaat die Cesario wil afvoeren. Zij staat voor haar taak, maar krijgt
ondanks haar gespierde taal en klemmende lichaamshouding niet haar zin.
Tenslotte valt het hele bedrijf stil als Orsino de optische illusie doorziet en
duidelijk maakt dat men geen stap meer verzet voor de liefde tussen hem en
Viola beklonken is. De toeschouwer blijft overdonderd over zoveel tekstuele en
theatrale rijkdom achter.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten