Filmmakers ingezet als propagandamiddel
De Britse documentairemakers Ross Adam en Robert Cannan
hebben een juweeltje te pakken met het verhaal van twee Zuid-Koreaanse
filmsterren die door Kim Jong-il werden ontvoerd om een bijdrage te leveren aan
de Noord-Koreaanse filmindustrie maar tenslotte ontsnapten en hun vrijheid
hervonden in de Verenigde Staten.
The lovers and the
despot begjnt met de vaststelling dat de twee Korea’s na het einde van de Koreaanse
oorlog in 1953 lijnrecht tegenover elkaar stonden. Het Noorden stond onder
invloed van de Sovjet Unie en China, het zuiden onder invloed van de Verenigde
Staten. In dat laatste land was de filmindustrie heel wat verder ontwikkeld dan
in het noorden. Regisseur Shin en actrice Choi konden het heel goed met elkaar
vinden en maakten samen veel films. Ze werden in hun land enorm bewonderd en
adopteerden een zoon en een dochter. Choi zegt dat haar man zijn gevoelens niet
zo gemakkelijk kon uiten en daarvoor het medium film gebruikte. Zijn zoon zegt
dat zijn vader de baas was op de set, zijn dochter dat hij droomde van een
Zuid-Koreaans Hollywood. Helaas was hij niet goed in de financiële kant, zodat
hij niet eens rijk werd met zijn films.
Een Amerikaanse spion vertelt over de toestand in de jaren
zeventig in Noord Korea, toen de geliefde leider Kim Jong-Sung werd opgevolgd
door de minder geliefde zoon Kim Jong-Il. De machtswisseling ging met
zuiveringen en moorden gepaard. De zoon was meer geïnteresseerd in kunst dan in
het geven van leiding aan het land. Op tape staat een fragment waarin hij
uitvaart tegen de matige kwaliteit van de cinema in zijn land. Het is allemaal
te ideologisch, vandaar zijn interesse om Shin en Choi aan te trekken.
Die twee lagen juist in scheiding vanwege een affaire van
Shin met een jonge actrice. Omdat Choi met een schuld bleef zitten, vertrok ze
in 1978 naar Hongkong omdat ze daar geld kon verdienen met een filmrol. Het
bleek een valstrik om haar mee te lokken naar Noord-Korea. Bij aankomst volgde
meteen een ontmoeting met Kim Jong-Il die haar veel films liet zien en haar
inzette als pop om mee te kunnen showen, iets wat Choi zich liet aanleunen.
Toen later ook Shen verdween, waren de kinderen ziek van
verdriet. Pas vijf jaar later vond een ontmoeting met Choi plaats en wel op de
verjaardag van de grote leider. Eerder had Shen geprobeerd te ontsnappen maar
dat was mislukt zodat hij besloot zich te conformeren en zichzelf in dienst te
stellen van Kim Jong-Il. In ruim twee jaar maakte hij met Choi zeventien films
die de goedkeuring van de leider wegdroegen. Hij was zeer tevreden dat de twee
tijdens een filmfestival in Berlijn het regime verdedigden. Dit maakte dat ze
minder scherp in de gaten gehouden werden waardoor ze in 1986 in Wenen ternauwernood
naar de ambassade van de Verenigde Staten konden ontsnappen.
Shen vervolgde zijn filmcarrière bij Walt Disney en Choi en
hij bleven bij elkaar tot zijn dood in 2006. In 2000 liet Kim Jong-il nog een
film maken die op de Titanic leek
maar niet buiten zijn land vertoond werd. Zelf overleed hij in 2011. Hij gaf
het stokje door aan Kim Jong-Un die weer op een andere manier van zich laat
horen.
Hier
de trailer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten