Kunstenaar zet de droevige werkelijkheid in leven en werk
naar zijn hand
Biograaf Onno Blom (1969) voltooide na tien jaar de
biografie over Jan Wolkers onder de titel Het
litteken en de dood. Het is tevens zijn proefschrift. De titel is ontleend
aan een litteken dat Wolkers (Oegstgeest 1925 – Texel 2007) als klein kind
opliep en dat hem stempelde met het teken van Kain, de wraakzuchtige broer uit
de bijbel. Blom vertelt tegen Jeroen van Kan hoe hij biograaf van Wolkers werd.
Hij kende hem vanuit zijn tijd als redacteur van de Bezige Bij. Toen hij daar
in 2006 wegging nodigde Wolkers hem op Texel uit en was het pleit snel beslist.
Blom had al eerdere biografische schetsen van Komrij en Mulisch afgeleverd en
noemt de biografie een mooi genre. Wolkers was daarbij een mysterie. Zijn werk
riep de vraag op of niemand, zoals hij zei, dichter bij de waarheid bleef dan
hijzelf.
Van Kan noemt Wolkers een type schrijver bij wie het steeds
draait om dezelfde kernmomenten, zoals de dood van zijn broer.
Blom antwoordt dat diens schrijven een manier van bezweren
is. Hij begint zijn biografie daarom met de geboorte van de kunstenaar nadat
zijn broer in 1944 aan difterie aan het sterven was. Hij werd zodanig verteerd
door verdriet dat hij een zon tekende die stilstond, alsof hij daarmee de tijd
kon stilzetten en de dood kon stoppen. Hij besefte dat God, zoals hij in zijn
gereformeerde jeugd had geleerd, niet almachtig was en besloot zijn eigen hemel
en aarde te scheppen.
Van Kan toont een fragment uit het VPRO programma Het gesprek uit 1968 waarin Wolkers
praat over zijn toneelstuk Wegens
sterfgeval gesloten waarin hij de opstanding zonder gewilde spot op de hak
neemt. Van Kan ziet daarin dat hij het verleden voortdurend laat terugkomen.
Blom zegt nog eens dat Wolkers steeds weer dwangmatig
probeerde de dood te bezweren, ook door zelf voluit te leven, ook in seksuele
zin. Hij kon echter de dood, ook van zijn dochtertje en zijn vader, niet
kwijtraken. Hij was dan ook elke dag aan het werk als schrijver en beeldhouwer.
Als ambachtsman wist hij wat hij deed. Hij gebruikte niet alleen de oerkracht
maar gaf die ook vorm.
Van Kan toont nog een ander fragment uit 1981 uit het
programma De schrijver waarin hij vertelt
dat men leerlingen enthousiast moet maken voor literatuur.
Blom zegt dat hij veel oudere gedichten uit zijn hoofd
kende. De onmatigheid kwam hierin ook weer terug.
Van Kan zegt dat er twee typen biografen zijn, zij die de
persoon kennen en zij die de persoon moeten reconstrueren en dat het eerste
niet het simpelste is.
Blom antwoordt dat hij voor een belangrijk deel ook bij het
tweede type hoort omdat Wolkers overleed voordat ze samen de vorm van de
biografie hadden kunnen doornemen. Daarna stond hij er alleen voor. Hij
probeerde in zijn archief op Texel te overhalen of de waarheid die Wolkers had
beschreven klopte met de werkelijkheid. Hij ontdekte dat Wolkers geluidsopnames
had gemaakt van gesprekken, bijvoorbeeld met zijn model Annemarie Nauta, die
hij in zijn roman Turks fruit verwerkte.
Blom durft geen uitspraken te doen over de achtergrond van de obsessies van
Wolkers, die in interviews ook leugens kon vertellen bijvoorbeeld over de persoon
met wie hij de in De kus beschreven
reis maakte.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten