Ontroerende inkijk in het leven van een militair
Coen Verbraak maakt boeiende series met mensen uit
verschillende beroepen of met dezelfde problemen. Hij begon een serie in 2010 met
toptrainers en praatte in 2017 met mensen die achterblijven in rouw. Zijn serie
met militairen is, zoals Charlotte Mutsaers op Facebook schreef, een hele
geslaagde: ‘Jegens militairen
bestaan er allerlei vooroordelen. Bovendien worden ze niet hip of sexy gevonden of hoe het allemaal mag heten. Verbraak weet
dit alles te ontkrachten door ze volledig op hun gemak te stellen en de kans te
geven zichzelf te zijn. Je kreeg portretten te zien van heel boeiende mensen,
die nooit zaten te snoeven en te stoeven en over de meeste zaken grondig
nadachten, ook wat betreft hun beroep. Wat mij betreft de interessantste gasten
van deze zomer en ook nog goed in het pak!’
Zelf vond ik het
steeds boeiender om naar mannen (en vrouwen) te kijken die ooit zelf een kind
zijn geweest en besloten hebben bij de krijgsmacht te gaan werken. In de
laatste afleveringen ging die over in ontroering over de openhartigheid van hun
verhalen en kwetsbaarheid van hun leven. In hun aard hebben de elf militairen nog
steeds wel iets van dat kind, hetzij de nieuwsgierigheid, de brutaliteit of de
behoefte om voor een ander te zorgen, ieder met zijn eigen karakter en zijn
persoonlijkheid. De montage van de gesprekken van Verbraak met sappige en meer
afstandelijke vertellers leidt tot antwoorden die soms heel kort zijn en dan
weer tot langere beschouwingen aanleiding geven.
De elf militairen zijn:
Commandant der strijdkrachten Tom Middendorp(rechts op de foto naast Verbraak)
Onderzeebootcommandant Pieterbas Peters
Groepsoudste van de mariniers Jarst de Jong
Luchtgevechtsleider Merijn Kerkhofs
Voormalig commandant van de commando’s Jan
Swillens
F16 vlieger Johan van Deventer
Marineduiker Sander Kool
Onderofficier bij de Koninklijke Marechaussee Peter Wolfs
Helikopterpiloot Roël Boezen
Psychologe Liesbeth Horstman
Verpleegkundige Yvonne van Nieuwburg
1: ‘te wapen’
De beminnelijke Middendorp kreeg pas later het idee om naar
de KMA te gaan, een opleiding die hem een nieuwe start gaf. Hij verloor zijn
moeder op jonge leeftijd en kon zich moeilijk binden aan de gezinshulpen,
waardoor zijn persoonlijkheid zich verhardde. Gelukkig prikte zijn vrouw daar
doorheen. Hij stortte zich op de sport. De bereidheid om de maatschappij te
dienen vindt hij belangrijk. Peters had een oom bij de marine. Hij moest wennen
aan de gezagsstructuur, vindt loyaliteit belangrijk en zet zichzelf op het
tweede plan. Tegenspraak van zijn medewerkers kan nuttig zijn, vindt hij. Hij
heeft als commandant het laatste woord over het gebruik van een torpedo, dat het
belangrijkste wapen van de krijgsmacht moet zijn. De Jong werd niet
geselecteerd voor CIOS en moest iets anders gaan zoeken. Hij moest wennen aan
het gemillimeterd haar, waardoor iedereen er hetzelfde uitzag. Doorzettingsvermogen
is belangrijk voor een militair. Hij grijpt in bij misstanden zoals in een
treincoupé. Kerkhofs speelde vroeger al met soldaatjes. Hij verbaasde zich over
de kasten in de kamers die op dezelfde manier ingedeeld worden.
Zelfverzekerdheid vindt een belangrijke eigenschap van een militair, omdat men
vaak geen ruimte heeft om te twijfelen. Swillens heeft het idee dat zijn moeder
hem wel stoer vond, maar vindt dat zelf geen eigenschap voor een militair. Van
Deventer vindt dat een militair geen angsthaas moet zijn. Kool ziet graag de
zonzijde van zijn beroep. Hij waardeert het dat de Nederlandse defensie bestaat
uit hoogopgeleid personeel. Boezen vindt dat een militair geen supermens hoeft
te zijn. Hij vindt het goed dat men blijft nadenken over hetgeen men doet. Na
haar missie verbaasde Van Nieuwburg zich wel eens over de teerhartigheid van
patiënten in Nederlandse ziekenhuizen. Zij werkt drie maanden per jaar in een
civiel ziekenhuis en doet de rest van de tijd militaire zaken waaronder
schietles geven. Verbraak staat stil bij grappige afkortingen, de waarde van
het uniform en eervolle onderscheidingen. Swillens merkt op dat de sterren
vergelijkbaar zijn met die van koelkasten. Een ander onderwerp betreft de
omgang met gevaar. Swillens leerde leiding geven onder moeilijke
omstandigheden. De Jong werd fysiek en mentaal onder druk gezet. Iedereen is
het erover eens dat een bevel opgevolgd moet worden, al kan daar een discussie
aan vooraf gaan. De Jong vond het moeilijk om in Kunduz de poort uit te gaan
omdat de taliban daar vrij spel had. Boezen bespreekt een hachelijke situatie
in Afghanistan, waar hij eerst kritiek kreeg op zijn ingrijpen, maar daar later
voor betoonde moed onderscheiden werd.
2: Winnen zonder
strijd?
Kerkhofs onderscheidt drie bloedgroepen in het leger.
Volgens Horstman is de landmacht de basis. De Jong zegt dat een marinier vaak van
huis is en Peters dat men op een schip de eigen boontjes moet doppen. In de
luchtmacht staat de veiligheid voorop t. Kerkhofs ziet de vliegers als haantjes
en hijzelf als de dirigent. Net als een oefenende brandweercommandant wil hij
graag eens een uitvoering meemaken, maar De Jong wil, ook al mist hij de
penalty daarmee in de finale, dat liever niet. Het onderwerp vrouwen bij de
marine leidt tot verschillende opvattingen, maar de meesten zien in het
sekseverschil weinig belemmeringen, al zegt Horstman dat ze fysiek minder sterk
is dan haar mannelijke collega’s en werd Van Nieuwburg wel eens als object
gezien. De Jong vindt vrouwen op een missie belangrijk vanwege het contact met
de bevolking maar ook om tot een betere besluitvorming te komen. Boezen vindt
dat vrouwen gemakkelijker knopen doorhakken. Bij De Jong thuis is zijn vrouw de
baas en Horstman zegt dat haar man de kinderen opvoedt. Tijdens een missie
voelt ze zich wel eens schuldig dat ze zo weinig thuis is. Over homo’s bestaat geen
verschil van mening. Die zijn geïntegreerd. Kool merkt op dat Defensie meedoet
met de Gaypride. Volgens Kerkhofs zijn de bedreigingen vanuit de lucht actueler
dan vroeger. Hij geeft daarvan de nodige voorbeelden. Van Deventer onderschept
wel eens een burgervliegtuig. Met de Russen doet men voorzichtig om geen
escalatie uit te lokken. Peters komt onder water ook wel eens een Russische onderzeeboot
tegen, maar wil daar niet te veel over zeggen, behalve dat dit spannend is.
Middendorp probeerde na de ramp met de MH17 zo vreedzaam mogelijk te opereren,
maar sloot een escalatie niet uit. Ook gaat het over het drama van Srebrenica,
dat nog steeds wonden openrijt, bijvoorbeeld als Erdogan het de Nederlanders
verwijt dat zij veel moslimmannen vermoord hebben.
3: Op missie
In de derde aflevering gaat het speciaal over missies, met
als zwaartepunt die tegen de taliban in Afghanistan, die veel levens kostten.
Boezen zegt dat zijn eerste vlucht boven dit land erg confronterend was. Hij
valt stil als hij wil beschrijven wat hij ooit zag na het optrekken van het
stof. Op dit soort vreselijke beelden wordt niet getraind. Horstman realiseerde
zich dat ze in een oorlogsgebied was toen ze de Amerikaanse vlag halfstok zag
hangen en gevangenen in oranje overalls afgevoerd worden. Middendorp zegt dat
de tweede missie in Afghanistan rampzalig verliep. Van Deventer vult hem aan. Hij
vond het interessant dat er teruggeschoten werd. Wolffs haalde na een aanslag
van de taliban een vrouw in shock onder de douche vandaan. Swillens praatte met
ondercommandanten over de risico’s in Uruzgan. Van Nieuwburg snoot een
toiletemmer vol zakdoekjes na het zien van de ellende in de ziekenboeg, maar behanbdelt
ook de taliban. Ze vond het ooit moeilijk een kind te weigeren die door een
slang gebeten was, maar ze had de ampullen nodig voor het eigen personeel. Peters
doet ook missies tegen zeepiraterij, waarbij men mariniers onder de
waterspiegel uit de onderzeeboot kan zetten die vervolgens een schip kunnen
enteren. Kool duikt naar explosieven en maakt die onschadelijk. Boezen vond het
moeilijk om weg te gaan bij zijn pasgeboren kind. De Jong kreeg permissie om
thuis te blijven vanwege de zwangerschap van zijn vrouw, maar moest rond de
geboorte van zijn kleinkind wel weg.
4: Sterven voor je volk
Kerkhofs denkt dat hij sneuvelbereid is, net als Kool, maar
De Jong vindt dit net als Swillens onzin. De laatsten hechten aan hun geloof om
te overleven. Volgens Swillens is dat een coping mechanisme. Peters stelt zelfs
dat niemand bereid is om te sterven, al wil Boezen wel een risico nemen. Van
Deventer kijkt regelmatig in het boek met gevallen luchtmachtpersoneel. Angst
is volgens De Jong geen reden om niet door te gaan. Volgens Middendorp moet men
het gevaar onder ogen zien, maar Kool is daar niet bewust mee bezig, al raakte hij
wel in paniek toen hij ooit in de diepte zijn helm kwijtraakte.
Wolffs praat over zijn werk bij de Koninklijke Marechaussee
en een gijzeling die hij meemaakte. De Jong praat over het Handboek Nabestaanden,
waarin personen die op missie gaan hun laatste wensen kunnen achterlaten. Dat
maakt op iedereen veel indruk, al heeft Peters het, misschien uit lijfsbehoud
nooit ingevuld, net zomin als hij een afscheidsbrief aan zijn familie heeft
geschreven. Hij ontmoette de dood vaker en zij gingen altijd met een glimlach
uit elkaar. Swillens stond in de Baluchi vallei niet ver van een sergeant die
door een bermbom gedood werd en herdenkt nog jaarlijks zijn dood op het
kerkhof. Wolffs vertelt over de black hole op de compound opdat eerst de
familie van de gesneuvelde gewaarschuwd kan worden. Een wagen voor defensie
voor de deur betekent slecht nieuws. Toen men ooit kerstpakketten kwam brengen
schrok een echtgenote zich dood, zodat men tegenwoordig belt dat de pakketten
eraan komen.
De rampceremonie
maakt op iedereen indruk. Horstman krijgt kippenvel van de doedelzakmuziek die
dan gespeeld wordt. Tenslotte vraagt Verbraak naar de zin van de dood van
vijfentwintig militairen die in Afghanistan. Daarmee roert hij een moeilijk
punt aan. Kool vindt het jammer dat ze niet langer gebleven zijn. De bewoners in
Uruzgan hebben gezien dat het ook anders kan, maar helaas besloot de politiek
anders.
5: De toestand in de
wereld
Verbraak begint met het verschil in waardering voor het
leger vroeger en nu. De Jong weet nog dat hij niet in zijn legerkostuum op het
station in Rotterdam mocht komen vanwege de kans in elkaar geslagen te worden.
Tegenwoordig is er meer achting, vooral door de grotere dreiging in de wereld,
aldus Middendorp. Over de bezuinigingen is Swillens niet te spreken. Middendorp
zegt dat de krijgsmacht is uitgehold en dat dit ten koste gaat van de
slagkracht. In het opnieuw instellen van de dienstplicht ziet hij niets, omdat
men specialistisch werk verricht. Wolfs denkt dat dienstplicht goed zou zijn
voor de vorming van het karakter. De Jong ziet het meest in teamplicht, waarbij
jongens en meisjes worden uitgezonden om te zien hoe anderen het hebben. Over
een Europees leger is men niet positief. De soevereiniteit van het land blijft belangrijk.
Middendorp zegt dat er doelen van de krijgsmacht zijn die buiten de reikwijdte
van de EU liggen, zoals de controle van het Caribisch gebied. Horstman heeft de
zorg voor de psychische gezondheid van de militairen. Tegenwoordig nemen relationele
problemen met partners thuis veel ruimte in. Behalve stemmingsklachten praat ze
ook veel over het probleem van het doden en de schaamte en de schuld die daar
mee gepaard gaan. Verbraak vraagt hoe het is om een tegenstander te doden.
Swillens heeft daar wel eens opdracht toe gegeven en vindt het een onderdeel
van zijn werk. Van Deventer gaat daarin mee. Hij denkt meer in termen van een
doel dan van een mens. Zijn werk is afstandelijker dan een infanterist die in
de ogen van een vijand kijkt. Swillens zou het niet erg vinden als zijn zoon
militair zou worden. Dat hij altijd met plezier naar zijn werk ging vormt een
goed voorbeeld. Horstman heeft daar een dubbel gevoel over, als moeder zou ze
dat beangstigend vinden. Middendorp is bezorgd over de verharding in de wereld.
De onvoorspelbaarheid van conflicten neemt toe. Sommige partijen doen hun
voordeel bij de huidige onzekerheid. Swillens zegt dat de wereld in drie jaar
tijd hard veranderd is. Peters meent dat de redelijkheid ver te zoeken is.
Middendorp ziet in de schaarste aan grondstoffen de grootste bedreiging van de
wereldvrede. De Jong is blij dat hij in alle vroegte en nog voor de drukte op
station Utrecht staat en tijdens een festival kijkt hij goed om zich heen. Kool
denkt dat we nog wel een oorlog zullen meemaken. De meesten weten niet hoe die
eruit zal zien. Een cyberoorlog wordt mogelijk geacht. De ontwrichting zal
volgens Swillens enorm zijn als de stroom twaalf uur uitvalt. Kool breekt een
lans voor de diplomatie.
6: De Militair
Een militair is over het algemeen een militair voor
vierentwintig uur per dag, maar dat betekent niet dat men niet af en toe een
borrel mag drinken. Een wapen hebben ze niet op zak. Dat is volgens Middendorp
alleen zo in Zwitserland en Israël. Integriteit staat voorop, zegt Swillens, ook
al rijdt Kool wel eens te hard,. De vader van De Jong was politieman en bracht rechtvaardigheidsgevoel
en discipline over. Voor Van Nieuwburg is het leger na de dood van haar ouders
en broer een familie waar ze op kan bouwen. De Jong vindt het
saamhorigheidsgevoel en de onderlinge verbondenheid in het leger groot.
Horstman moest na de missie in Afghanistan erg wennen aan de vele kleuren in de
supermarkt. Van Nieuwburg werd niet goed van het enorme aanbod aan artikelen.
Wolfs was de eerste weken na aankomst in Nederland heel alert. Van Nieuwburg
reed uit angst voor bermbommen in het midden van de weg. De Jong verbaasde zich
over de hype rond Bokita, die voor hem betekende dat hier geen problemen waren.
Van Deventer zegt dat men acclimatiseert voor men thuiskomt als buffer tegen de
oorlogstoestand. Peters had het moeilijk toen hij dode vluchtelingen zag.
Vooral de geur van ontbinding maakte het drama duidelijk. Boezen vertelt
openhartig over een zware persoonlijke crisis die hij meemaakte en waar hij met
hulp van de MGGZ rijker uitkwam, ook al blijft het litteken. Wolfs heeft net
als de anderen tijdens zijn werk veel van de wereld gezien. Middendorp drukt dit
uit met de term wereldwijsheid. Van Nieuwburg is door de missie in Afghanistan
zachter en toegankelijker geworden. Verbraak sluit af met de vraag wat de
jongen die de militair ooit was, van het leven gevonden zou hebben. Middendorp
weet zeker dat de jongen tevreden is op de man die vroeger heel erg opkeek
tegen hoge omes. Van Deventer denkt dat hij nog steeds die jongen is, Boezen is
misschien nog steeds de dromerige jongen die met doorzettingsvermogen voor
elkaar gekregen heeft wat hij wilde en Swillens is er trots op dat zijn
ondergeschikten in Afghanistan hem gewaardeerd hebben.
Het is jammer dat
Verbraak ermee ophoudt, maar gelukkig hebben we nog een serie met religieuze
leiders tegoed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten