Spel rond verhouding met sigaret zakt door weinig solide
basis
De Rookmonologen
doen denken aan uitgebreide verhandelingen over de verhouding tot het roken en
met name het roken van sigaretten. Hoeveel wetenswaardigheden daarover te
melden zijn weten we van Zeno Cosini, de hoofdpersoon uit het vermaarde boek
van Italo Svevo. Ook Rutger Kroon kan er over meepraten, gezien het feit dat
hij dertig jaar lang onderbroken heeft gerookt. Daarover horen we echter bitter
weinig, zelfs niet over de beleving van zijn eerste sigaret waarvan hij zich
nog precies kan herinneren wanneer hij die opstak.
De nazomerdag in 1985 waarop de liefde voor de sigaret begon
is wel reden voor een feestje. De trouwe verhouding heeft inmiddels dertig jaar
geduurd en daar mag enige aandacht aan besteed worden. Op een vrolijk deuntje
van de accordeon van Peter Arends komt Kroon haastig binnenvallen met de
bruidsjurk onder zijn arm. Hij heeft naar eigen zeggen zijn hele leven naar dit
moment toegewerkt. Meteen houdt hij een verhandeling dat men in de zaal niet
mag roken. Datzelfde geldt voor bruidegom Anil Jagdewsing die later in de
gedaante van een sigaret op het toneel zal verschijnen. Anil is over het verbod
niet te spreken. Hij voelt zich, na een periode dat hij de gevierde man was, toch
al zwaar achtergesteld en blijft daarover sippen.
Dit is het gegeven waarop, onder de eindregie van Jan Jaap van der Wal, tot vervelens toe voortgeborduurd
wordt. Anil in zijn stijve sigarettenpak gedraagt zich als een verongelijkte
puber, hangt op zijn stoel en slaapt regelmatig. Dat is niet bevorderlijk voor
energiek theater. Kroon schippert, alsof hij de juiste vorm niet kan vinden, tussen
enthousiasme en somberheid of misschien moet ik zeggen tussen manie en
depressie, want veel speelt zich af binnen het taalspel van de therapie, die
ook in de vorm van het dikke zelfhulpboek Denk
je sterk aanwezig is. De inzichten zijn echter van een heel wat minder
niveau dan de sterke beschouwingen van Svevo over psychoanalyse.
Dat wil niet zeggen dat Kroon geen sympathieke uitstraling
heeft. Hij heeft een goed contact met het publiek en kan soms grappig uit de
hoek komen met zelfspot als handelskenmerk. Zo geeft hij een erg leuk stukje
theater ten beste als hij als gevoelig bruidje langzaam een koud beekje
instapt. Het is vermakelijk dat hij regelmatig inbreekt in zijn eigen spel,
bijvoorbeeld over de voile die hij de tijdens de eerste uitvoering was vergeten
op te zetten terwijl juist kostuumontwerpster Saskia van der Klei in de zaal
zat. De dubbele bodems kunnen echter niet verbloemen dat de basis weinig krachtig
is.
Arends beseft dat ook en vraagt permissie iets voor zichzelf
te spelen. Hij doet zelfs dopjes in zijn oren om niet afgeleid te worden door
het geraaskal van Kroon. Daarmee zijn we op het punt van stilstand gekomen.
Anil is tenslotte degene die in beweging komt, al is dit niet ten gunste van
Kroon, die berooid achterblijft. Het gebeurt niet vaak dat men wordt
achtergelaten door een sigaret, zegt hij verslagen. Hij dekt zich alvast in
voor kritiek door te zeggen dat het publiek zelf de lijnen moet uitzetten die
hij aangeeft maar zo gemakkelijk komt hij er niet van af. Het mooie rauwe
slotlied met Arends op basgitaar kan de tekorten niet verhelen.
Vanavond de première in de kleine zaal van Bellevue!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten