Tsjetsjenië teruggeworpen naar de tijd van Stalin
In het kader van het Movies that matter festival 2016
vertoont De Correspondent de documentaire Chechnya,
war without a trace. Achter deze in eerste instantie moeilijk e plaatsen
titel gaat de huidige stille oorlog in Tsjetsjenië schuil. Manon Loizeau keerde
na twintig jaar terug naar het land dat toen openlijk in oorlog was met Rusland
en dat duur moest bekopen. Loizeau vertelt met een sonore stem dat de bevolking
met een vijfde deel afnam.
We zien beelden van de hoofdstad Grozny die in volle luister
is opgebouwd met daartussen protserige moskeeën. Overal zien we beeltenissen
van Poetin en zijn agressief ogende zetbaas Ramzan Kadyrov. In de stad heerst
orde. Het verzet is gebroken. Vrouwen dragen weer een sluier. De enorme
flatgebouwen staan echter leeg omdat de Tsjetsjenen geen geld hebben om erin te
gaan wonen. Veertig procent van hen is werkloos. De kloof tussen arm en rijk is
groot.
Loizeau zoekt mensen op van vroeger, maar velen zijn weg en
anderen zijn bang om te praten, maar dat geldt niet voor Rosa. Ze vertelt
achter een scherm waardoor we alleen haar silhouet zien. Ze zegt dat de vrede
een illusie is. ’s Nachts is ze bang opgepakt te worden door mannen die in
geblindeerde auto’s rondrijden. Ze verzorgt haar moeder die door de stress
verlamd is geworden en in bed ligt. Tegenspraak wordt niet geduld, zegt ze. Wat
dat betreft is met weer terug in de tijd van de terreur van Stalin.
We zien mensen die deelnemen aan manifestaties ter ere van
hun leider omdat ze hun werk kwijtraken als ze niet verschijnen. Loizeau
ervaart de sfeer als schizofreen. De mensen zijn moe, zegt Loizeau, maar dat
geldt niet voor de moeders, die net als hun voorgangers op het Plaza de Mayo in
Buenos Aires, aandacht vragen voor hun vermiste mannen en zonen. Een van hen,
Madina, is onverzettelijk, al is ze meer dood dan levend. Achttien duizend
personen worden vermist. Ook hier zal ooit een antwoord moeten komen, zegt
Madina.
Een ouder echtpaar op het platteland mist hun twee dochters
en hun schoonzoon en zorgt voor hun kleinzoon Amir. Tegenstanders worden zonder
pardon uit de weggeruimd, zegt de grootvader. De ontroostbare grootouders
kunnen niet begrijpen dat ze helemaal niets van het regime horen. Hun dochters en
schoonzoon zijn doodgezwegen. De grootvader maakt een wandeling met Amir,
spreekt de hoop uit dat het allemaal goed komt en zingt daarover.
Oleg Khabibrakhmanov werkt bij het comité tegen de
folteringen en vertelt dat Tsjetsjenië erg op Noord Korea lijkt. Hij biedt een
luisterend oor aan mensen die hun nood komen klagen. Een vrouw toont foto’s van
haar zoon van wie de nagels uitgerukt zijn. Oleg zegt dat hij tenminste nog in
leven is. Folteringen worden van bovenaf verordonneerd. Vrees aanjagen houdt het
bewind overeind. Net als in Rusland worden jongeren aangemoedigd om zich achter
het regime te scharen. Het verleden dient zoveel mogelijk begraven te worden.
Na de introductie van de Olympische vlam in februari 2014
belegde een groep intellectuelen en kunstenaars een conferentie om de toestand
in het land aan de kaak te stellen. Initiatiefnemer Ruslan Kataev werd opgepakt
en mishandeld. Kadyrov verdedigde op de televisie de arrestatie. Na een lang proces
waarin Kataev van drugshandel werd beticht, werd hij voor vier jaar
veroordeeld. Zelf bleef hij strijdbaar in de kooi waarin hij in de rechtszaal
zat opgesloten. Zijn vrouw werd getroost door andere vrouwen en moed
ingesproken.
Hier de trailer op
vimeo.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten