Gebrek aan verdieping in dansconcert van hoge artistieke
kwaliteit
Alberto Giacometti (1901-1966) was beeldhouwer van ranke
figuren, maar ook kunstschilder. In de laatste hoedanigheid leerde de
Amerikaanse schrijver en kunstcriticus James Lord (1922-2009) hem kennen. Hij
liet zich niet alleen door de schilder portretteren maar schreef ook A Giacometti Portrait (1965) over de
achttien dagen die hij tegenover hem zat. Componist Elmer Schönberger baseerde
daarop zijn compositie Achttien dagen,
die uitgevoerd wordt door Nieuw Amsterdams Peil, daarbij visueel ondersteund
door twee dansers in een choreografie van Beppie Blankert. Gezien Giacometti is een multimediaspektakel met de ondertitel een dansconcert over 18 dagen poseren in
het atelier. Om de wagen met culturele vracht nog wat op te tuigen vangt de
voorstelling aan met Duo concertant
van Igor Strawinsky (1882-1971), die zich ook enkele malen door Giacometti liet
portretteren, maar daar geen compositie van maakte. Duo concertant is een vijfdelig muziekstuk voor piano en altviool
en laat volgens de flyer in de openingsmaten al een duidelijke voorecho horen
van het cimbalom dat in Achttien dagen
een prominente rol speelt, iets dat mijn niet zo geoefende muzikale oor helaas
niet kon vaststellen. Ik vond het alleen jammer dat het fraai klinkende cimbalom
dat op een piano lijkt en waarop de toetsen met een stokje worden aangeslagen
niet wat meer op de voorgrond werd gezet.
Giacometti komt als eerste op vanachter een soort schuilhut
die aan een orgel doet denken. Met stukjes tape bakent hij de ruimte af waarin
de strijd zich zal afspelen. Achttien dagen tegenover elkaar moet een intense
ervaring zijn. Hij zet de keukenstoelen neer waarop hij en Lord zullen gaan plaatsnemen.
De mannen lijken op elkaar. De ranke figuren in wit overhemd en zwarte broek
doen denken aan de beeldhouwwerken van Giacometti. De verschillen zijn alleen
in details te zien: de schrijver draagt oranje sokken en de schilder donkerrode.
Lord draagt daarbij ook nog een glimmend grijs hesje op zijn overhemd. Op de
achterwand is een enorm schilderdoek geprojecteerd waarop uitspraken worden
geprojecteerd die Lord tijdens de sessies uit de mond van Giacometti noteerde. Deze
hebben betrekking op de worsteling die altijd met een creatief proces gepaard
gaat. De eerste uitspraak gedaan op zaterdag 12 september1964 luidt dat het
mogelijk is om een portret te schilderen. Drie dagen later echter denkt
Giacometti dat hij voorgoed met schilderen stopt.
De dansbewegingen van de Roemeen Corneliu Ganea en de
Italiaan Manuel Paolini voltrekken zich, naar gelang het creatief proces beter
of minder goed lukt, synchroon of tegengesteld aan elkaar. De spelers spiegelen
elkaar en stoten elkaar af. Harmonie en disharmonie wisselen elkaar zonder
aankondiging af. Giacometti zit diep te peinzen hoe het verder moet, terwijl de
door Violette Baudet ontworpen letters als verf van het scherm druipen. Af en
toe mengt ook altvioliste Heleen Hulst, die eerder met Gerard Bouwhuis de
compositie van Strawinsky speelde en deel uitmaakt van Nieuw Amsterdams Peil,
zich tussen de schilder en de schrijver. De laatste twee hebben zelf ook oog
voor het ensemble dat de kunstzinnige strijd muzikaal begeleidt. Het is gewoon
onmogelijk en hoofdpersoon te schilderen, heeft Giacometti volgens Lord
uitgeroepen, net als: het zou prachtig zijn als iemand kon schilderen wat ik
zie – dan kon ik er voorgoed mee ophouden. Helaas komt de intensiteit van de
relatie niet zo duidelijk uit de verf. De heen en weer slingerende gevoelens tussen
het hoogste geluk en het diepste ongeluk zijn niet zo duidelijk terug te zien
in de dans. De emoties waren misschien duidelijker voelbaar geweest in een
opstelling waarin we een blik werpen in de ruimte waarin Giacometti werkte. Net
zoals het getoonde filmpje waarin Giacometti door de stad naar zijn atelier
loopt, bij de deur stopte, zo krijgen we evenmin toegang tot de ziel van de
ontmoeting. De dansante ontwikkeling strandt in kunstige maar emotieloze
beweging. De laatste tekst waarin Giacometti zegt dat ze nog verder hadden
kunnen gaan, maar dat ze een heel eind gekomen waren, had misschien niet zo
letterlijk genomen moeten worden door de choreografe. Een verdere doorwerking
had wellicht tot meer verdieping geleid.
Gezien Giacometti
maakt benieuwd naar het boek, waarvan enkele bladzijden geprojecteerd werden en
waarin foto’s staan opgenomen die samen een beeld geven van het ontstaan van
het portret.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten