Op weg naar een stalinisering van Nederland
Vijf jaar geleden maakten Monique Lesterhuis en Suzanne Raes
de documentaire Sta me bij over de
gang van zaken bij de sociale dienst in Zutphen. Inmiddels zijn we er niet op
vooruit gegaan. De intrede van de participatiewet per 1 januari j. l. wil meer
eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van de burger, hetgeen op zich
niet verkeerd is, maar werkt in de praktijk betuttelend en vernederend uit. Beelden
uit het Centrum voor Werk en Inkomen in Rotterdam laten zien dat er een spook
waart door ons land.
Rotterdam is natuurlijk de werkstad bij uitstek en dat wil
men weten ook. Mensen die een bijstandsuitkering aanvragen moeten door een
ambtelijke molen - die vooral lijkt te dienen om zelf aan het werk te blijven -
en worden geconfronteerd met een te leveren tegenprestatie. In het Werkoverleg
met de medewerkers klinkt de oproep om de 18 duizend (van de 38 duizend) uitkeringsgerechtigden
die op afstand van de arbeidsmarkt staan, zoals dat in het jargon heet, tot een
tegenprestatie te bewegen. De bussen naar het Westland staann inmiddels stil,
maar papierprikkers zijn altijd nodig. De woordvoerder wil dat men ieder
tweehonderd participanten aanbrengt.
Tijdens de Intake wordt meteen een inspanningsverplichting
gevraagd. Een medewerker vindt dat een cliënt meer lef moet tonen tijdens
sollicitaties, een ander zegt dat het verlies aan inkomen het probleem van de
cliënt zelf is en eist twaalf sollicitaties in drie weken op haar tafel. Dat een
oudere man twintig uur bij de voedselbank wil werken is helemaal goed, roept
een jonge vrouwelijke medewerkster blij achter haar computer. Het komt haar
dienst op een pluim te staan en daarmee de wethouder en de stad, maar of mensen
er gelukkiger van worden is de vraag. Het enorme keurslijf waarin men door de
gemeente gedwongen wordt, is erg vernederend.
Tijdens de Inspectietoets voor nieuwe aanvragers worden
sollicitaties en c.v. besproken. Een voormalige directeur moet ook onder zijn
niveau solliciteren, een kapster is boos dat ze bij het afvalbedrijf Roteb
wordt ingezet. Personen die moeite hebben met solliciteren worden verwezen naar
de tweede etage waar de afdeling Werk Loont gehuisvest is, die een vijftien
weken durend project ter ondersteuning biedt. De leider van het project weet
ook wel dat het papierprikken velen tegen de borst stuit, maar raadt aan de
toestand zo positief mogelijk op te vatten. Als men zelf acht uur betaald werk
vindt, is de inspanning niet nodig.
De Werkdiagnose helpt personen door middel van een
vragenlijst zichzelf beter te leren kennen, want ze dienen antwoord te geven op
vragen als: Ik ben vaak lui. Daarop worden ze uitgenodigd bij de werkconsulent
die graag wil weten waarin men energie wil steken, in wat men kan veranderen of
wat men niet kan veranderen. De regels liggen vast, ook voor de medewerkers.
Als afspraken niet worden nagekomen volgt een maatregel die inhoudt dat de
uitkering gekort wordt. Een man weigert daarvoor te tekenen omdat hij al een
huurachterstand heeft, maar ontkomt daarmee niet aan de financiële gevolgen.
Het is des te treuriger dat volgens de aftiteling ook andere
gemeenten het voorbeeld van Rotterdam gaan volgen. Terwijl het alternatief van
een basisinkomen voorhanden is, lijken we op weg te gaan naar een stalinisering
van Nederland.
Bijzondere vermelding verdient de montage van Elja de Lange.
Het is erg mooi zoals ze de verschillende gesprekken tot een vloeiend geheel in
elkaar gemonteerd heeft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten