Noodzaak om te komen tot een niet commercieel digitaal
communicatiemiddel
In het kader van het Brainwash festival in Amsterdam praat
men in Het Filosofisch Kwintet over de invloed die grote technologiebedrijven
op ons hebben. Naast vaste gast Philipp Blom zijn uitgenodigd de filosofen Hans
Schnitzler en Beate Rössler en Evgeny Morozov die wordt voorgesteld als
columnist, maar in dit gesprek de kar trekt zodanig dat Blom op het eind zegt
dat hij bij Morozov zal aankloppen als hij een oplossing wil voor de
levensinperking die door de technologiebedrijven wordt opgelegd.
Presentator Clairy Polak vraagt haar gasten of ze Facebook
gebruiken en geen van hen kan dat bevestigen. Blom zegt dat hij toch al te snel
is afgeleid en door Facebook helemaal niet meer aan het werk zou komen, Rössler
hecht aan haar privacy, Schitzler vindt de kwalificatie vriendschap onjuist,
Morozov neemt onder pseudoniem deel om aan contraspionage te doen. Wat betreft
Google kan men moeilijker om deze reus heen, maar allen proberen deelname
zoveel mogelijk te beperken.
Op de vraag van Polak naar de ethiek van deze
technologiebedrijven antwoordt Blom dat het lijkt op het panopticum dat Jeremy
Bentham ooit voorstelde, onder ander voor gevangenissen, waarin men de bewakers
niet ziet, maar omgekeerd wel gezien wordt en dat tegenwoordig niemand weg wil
uit zijn cel. Schnitzler vindt dat het contract dat we afsluiten ons geen
enkele bescherming biedt. Rössler zegt dat in de surveillance maatschappij iedereen
elkaar observeert en dat dit niet alleen slecht is. Morozov vindt dat het
verdienmodel niet deugt en dat men straks data gebruikt om nieuwe producten te
ontwikkelen. We laten ons bepalen door een paar Amerikaanse giganten en zouden
een visie over dit onderwerp moeten ontwikkelen. Schnitzler sluit zich daarbij
aan omdat de technologie niet neutraal is. Rössler ziet dat minder negatief en
zegt dat we ook iets terugkrijgen in de vorm van gemakkelijkere contacten, maar
erkent dat het gevaar bestaat dat ons privéleven vermarkt wordt. Blom tenslotte
zegt dat de technologie ons hoe dan ook verandert, dat altijd al heeft gedaan
en dat dit niet alleen slecht is. Morozov ziet een uitweg in het maken van een
eigen dienst die, net zoals bibliotheken, met belastinggeld gefinancierd wordt.
Polak wil eerst de persoonlijke kant verder bekijken voordat
ze de sociale en de politieke kant van het onderwerp aansnijdt. Blom zegt dat
de technologie de manier verandert waarop we over onszelf denken, namelijk
minder kritisch en meer aangepast, waardoor onze autonomie en privacy op het
spel staan. Door het filteren van de werkelijkheid wordt het moeilijker de
wereld te vatten. Schnitzler brengt de aandacht in die de technologiebedrijven
hard nodig hebben om geld te kunnen verdienen en dat daarmee onze oriëntatie op
de werkelijkheid beperkt wordt. Rössler meent dat de wet ons beschermt tegen
uitwassen. Morozov stelt dat men de illusie heeft dat men de wereld beheerst
maar dat de platforms straks uitmaken hoe wij ons leven leven, namelijk door
ons afhankelijk te maken van de informatie die zij ons toedienen.
Dan komen de sociale gevolgen aan de orde. Rössler stelt dat
de invloed van de technologie past duidelijk is als de ontwikkelingen hebben
plaatsgevonden en dat we de laatste decennia ook meer vrijheid gekregen hebben.
Schnitzler stelt daar tegenover dat de ontwikkelingen zo snel gaan dat we
daarover moeten nadenken. Hij onderzocht met zijn studenten de gevolgen van
digitale onthouding en beschreef dat in een boekje met nagenoeg dezelfde titel
(zie foto). Morozov wil het opnemen tegen de durfkapitalisten en grote
investeerders die garen spinnen bij de huidige ontwikkelingen. Dat kan op
allerlei niveaus. Gemeenten kunnen hun eigen Airbnb beginnen, op nationaal of
Europees niveau kunnen zelfrijdende auto’s op de weg gebracht worden. Rössler
wil de band tussen technologie en het verdienmodel verbreken.
Op politiek niveau denkt Blom dat gebruikers als burgers
veel macht hebben. Op de tegenwerping van Polak dat politici ook al door de technologie
het moeras in gestuurd worden, antwoordt Morozov dat de politiek niet te
vertrouwen is en dat het gaat om de controle over de infrastructuur. Schnitzler
vindt dit moeilijk te realiseren omdat regels en gedrag nauw samenhangen en de algoritmeregels
ook nog weer ondoorzichtig zijn.
Blom vindt het belangrijk om slimme vragen te stellen en
belt Morozov wel als hij er niet meer uit komt.
Hier
meer informatie over de bijeenkomst, onder andere over de achtergrond van de
deelnemers.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten