United States of
Secrets vertelt het verhaal achter de openbaringen van Edward Snowden over
de Amerikaanse spionagepraktijken in 2012. Veel is al te horen geweest in de
gelijknamige documentaire Snowden die
eerder in het Belgische Panorama werd uitgezonden. Michael Kirk gaat dieper in op
de achtergronden van de illegale activiteiten van de NSA, die na de instorting
van de Twin Towers opbloeiden. Zelfs Barack Obama durfde na zijn verkiezing in
2008 deze praktijken niet aan banden te leggen.
De documentaire zit sterk in elkaar. Er zijn vele
betrokkenen ondervraagd, waaronder ook bad guys zoals NSA directeur William
Hayden. De verschillende personen vullen elkaar aan. Chris Kijne spreekt met een sonore maar
betrokken stem het commentaar in. Voordat Kirk ingaat op The Program, de illegale spionagemethode van de NSA, leidt hij de
documentaire in met de spannende gang van zaken in Hong Kong, waar NSA
medewerker Snowden geheime informatie doorgeeft aan twee journalisten van The
Guardian. The Guiness is good, mailt Ewen Macaskin naar zijn krant, om aan te
geven dat Snouwden geen kat in de zak was.
Deel 1: The Program
The Program was
een bestaand spionageprogramma dat na 11 september 2001 uit de kast gehaald
werd om nieuwe aanslagen te voorkomen. De NSA, die aanslagen moest verijdelen,
was door de gebeurtenissen behoorlijk in het hemd gezet. Vicepresident Cheney
zette de NSA onder druk om ervoor te zorgen dat dit nooit meer zou gebeuren.
Hij gaf toestemming alles uit de kast te halen wat daarvoor nodig was. Medewerker
Tom Drake vond oude software van Thin Thread, dat in de Nixon periode
ontwikkeld was door Binney. Hoewel privégegevens daarin versleuteld waren,
vonden zijn meerderen dat dit niet meer hoefde. De toestand van het land
vereiste dat verdachten meteen konden worden geïdentificeerd. Niet iedereen was
gelukkig met dit standpunt. Medewerker Ed Loomis was tegen de inbreuk op de
burgerlijke vrijheid en ging met pensioen, Drake kreeg te horen dat hij zich er
verder niet mee moest bemoeien. Telefoonmaatschappijen gaven steun aan The
Program, waardoor Amerikanen via internet, telefoon konden worden afgeluisterd.
Binney stapte naar het Congres en lichtte de Republikeinse
Diane Roark in. Die probeerde er werk van te maken, maar wist niet dat een
exclusief groepje partijleden op laste van geheimhouding op de hoogte was
gesteld door de regering. Ze stapte naar Hayden, die toegaf dat hij toestemming
had van de president, hetgeen haar nog ongeruster maakte.
Begin 2003 kwam Thomas Tamm in dienst als officier van
justitie van de FISA die als taak had om toezicht te houden op de
veiligheidsdiensten. In die hoedanigheid stuitte hij op The program, maar zijn
onderzoek stuitte op tegenwerking. Jack Goldsmith die op justitie zat wilde de
toestemming intrekken, maar kreeg Cheney op zijn dak. Er dreigde een botsing
tussen regering en ministerie. Cheney probeerde die in de kiem te smoren door
de doodzieke minster Ashcroft in het ziekenhuis een verklaring te laten
ondertekenen, maar die weigerde, net als zijn opvolger Coney. Daarom probeerde
Cheney het zonder de handtekening van de minister. Hayden stond erachter,
geschrokken van de aanslag op het treinstation Atocha in Madrid in april 2004
als hij was.
Goldsmith en anderen namen ontslag en brachten daarmee de
herverkiezing van Bush in gevaar. De directeur van de FBI moest het probleem
oplossen en vond een andere wettelijke basis voor The Program. Bush hield in
verkiezingspraatjes vol dat er niets illegaals gebeurde. Tamm wist beter. De
zaak knaagde aan hem en hij belde anoniem met Eric Lichtblau, een journalist
van de New York Times. Een andere journalist van de NYT, James Risen, was al op de hoogte. Hij belde Hayden die
zich doodschrok en ophing, maar wel de zaak bij zijn meerderen aankaartte. Er
volgden onaangename gesprekken tussen regering en NYT, die hoofdredacteur Bill Keller
deden besluiten om van publicatie af te zien. Hayden werd gepromoveerd tot directeur
van de CIA, Alexander nam zijn plaats in als directeur van de NSA, maar was net
als zijn voorganger niet ontvankelijk voor kritiek van Drake op The Program.
Drake werd vervolgens buiten spel gezet
Een jaar later was de hoeveelheid informatie die de NSA
bijeenbracht enorm gegroeid. Risen schreef een boek over de zaak en liet Ed
Loomis een hoofdstuk lezen. Keller was niet blij, maar stond, ondanks
intimidatie van de regering die NYT straks de schuld van een nieuwe aanslag in
de schoenen zou schuiven, publicatie toe. De openbaarmaking van de illegale
praktijken schokte in 2005 de wereld. Bush ging niet op de hoofdzaak in en
Hayden bagatelliseerde het illegale karakter. Het was het begin van een periode
met veel gedraai.
Drake pikte het niet langer, besloo tot wat genoemd wordt de
nucleaire optie, en lichtte anoniem The Baltimore Sun in over het clandestien
spioneren. Er verschenen ook andere artikelen, waarop Cheney een eind wilde aan
alle lekken. De FBI onder leiding van Gonzales verhoorde mogelijke daders. Tamm
was bang, nam ontslag en wachtte net als Goldsmith in de zomer van 2007 op een
dagvaarding. Men viel binnen in de woningen van Binney, Loark en Loomis. De
laatste is er nog kapot van. Vervolgens was Drake aan de beurt. Men sloeg zijn openbaringen
in de wind. Hij werd onder druk gezet maar gaf niet toe. Hij hoopte dat Obama
in 2008 voor een verandering zou zorgen. Inmiddels breidde Bush de illegale
praktijken tot wereldwijd uit. Obama werd voor het blok gesteld om daarmee
akkoord te gaan en deed dit ook. Als president zag hij af van het kortwieken
van The Program. De jonge vaderlandslievende Snowden bezag deze praktijk vanuit
Japan met lede ogen. Drake ging in 2010 voor de bijl, maar kwam er een milde
straf vanaf omdat hij nooit staatsgeheimen openbaar maakte. The Program leidde
tot weinig ophef. Snowden bedacht een eigen plan en riep de journalisten van
The Guardian naar Hong Kong.
Deel 2: Privacy lost
Toen Snowden Clapper, die in dienst was van Obama, voor het
Congres hoorde verklaren, dat er niets onwettigs gebeurde, was voor hem de maat
vol en lichtte hij de journalisten in. The Guardian gaf de NSA vier uur om te
reageren. NSA medewerker John Delong viel van zijn stoel. De NSA probeerde The
Guardian tevergeefs aan het lijntje te houden. Barton Gellman van The
Washington Post publiceerde gegevens over Prism, waaruit bleek dat de NSA veel
meer verzamelde dan alleen telefoongegevens. Obama bagatelliseerde de zaak.
Snowden zag hem op CNN en wist dat Obama niet vermoedde wat er allemaal nog
meer zou komen. Hij maakte zijn identiteit bekend, vertelde over zijn motieven
en werd gedwongen onder te duiken tot en met een verblijf in de transitruimte
van het vliegveld van Moskou zoals in de Panorama documentaire te zien is. Delong
was verontwaardigd dat zijn dienst opeens de gebeten hond was. Obama benoemde
een commissie onder leiding van Richard Clarke die het werk van de NSA moest
beoordelen. In Silcon Valley was men woedend over de doorgifte van informatie
aan de NSA. Facebook en Google ontkenden hun medewerking. Het was een
bedreiging voor hun verdienmodel, waarin informatie over de klanten commercieel
kon worden uitgebuit. Behalve Prism kwam ook het bestaan van Muscular aan het
licht. Op basis van oude toestemming van Reagan kon men wereldwijd inbreken in
de infrastructuur van digitale informatiestromen. Google was diep geschokt en
ging hun data beter versleutelen.
Vanaf 2001 kon op basis van de Patriot Act al veel
informatie vergaard worden die eerder verboden was. Mark Klein, technicus bij
AT&T, merkte dat in 2002, toen hij een deur zonder klink van een hotelkamer
zag, waarachter informatie van zijn telefoonbedrijf via een splitter
doorgesluisd werd naar de NSA. Klein was daar woedend over, maar ook bang. Hij
bracht zijn ontdekking naar buiten in 2005 nadat The Washington Post over de
zaak publiceerde. Telefoonmaatschappijen, die altijd loyaal waren geweest aan
het regeringsbeleid, lagen onder vuur. Internetbedrijven legden zich neer bij
de mistige werkelijkheid, zo niet Nick Merrill, die een webhostingbedrijfje had
in New York. Hij kreeg een zogeheten NSL, een geheime brief van de FBI, en
vocht de wettigheid daarvan aan. Hoewel de FBI de brief introk, mocht Merrill
er nog steeds niet over praten.
De NSA liftte mee op de klantgegevens die een goudmijn waren
voor de internetbedrijven als Google. Er kwam een openbaar protest, gesteund
door het Democratische Congreslid Liz Figueroa, op gang tegen het feit dat G-mail
wordt gelezen. Helaas kreeg ze weinig steun voor wetgeving. De FBI hield van
Facebook omdat daar heel veel persoonlijke gegevens op te lezen zijn. Google kocht
het advertentieprogramma Double Click om de heerschappij met Facebook aan te
gaan over de databestanden. Cookies spelen daarin een belangrijke rol. De NSA
leest daarbij mee. Directeuren uit Silicon Valley deden hun beklag bij de
regering, maar veel voeten aan de grond kregen ze niet. Geen van de grote
internetbedrijven zoals Google, Facebook of Apple wilde meewerken aan de
documentaire, hetgeen genoeg zegt over hun praktijken. Gellman interviewde
Snowden in Moskou en concludeert dat we nog steeds niet weten wat die praktijken
allemaal behelzen.
Hier
mijn verslag van de Panorama uitzending over Edward Snowden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten