Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



dinsdag 10 maart 2015

Recensie: Je moet wat (2015), San Bos



Weinig woorden zeggen veel

Het debuut van San Bos Je moet wat bestaat uit vijftien korte verhalen, vaak over menselijke relaties, met tekorten en onvrede als onderwerp, maar vooral met seks gekruid, zoals in een van de mooiste verhalen, Lichtval geheten. Dat gaat over Lenny, een schoonmaakster bij de Witmans. Lenny is nieuwsgierig naar het privéleven van het welgestelde echtpaar. De Witmans hebben geen kinderen, wel seks, aldus deze huishoudster.

Net zoals in de andere verhalen is de spanning te snijden. De lezer is benieuwd wat de huishoudster aantreft als ze de sleutel van de voordeur omdraait, wie van de twee er toevallig nog thuis is, of de man des huizes op zijn kans loert. Dat zou zomaar kunnen in de verhalen van Bos, die tussen fraaie openingszinnen en eindzinnen rijk zijn aan taal en vol onverwachtse wendingen zitten. In Lichtval luidt de beginzin: Op dinsdagochtend doet Lenny de Witmans. De laatste alinea gaat als volgt: ‘Lenny trekt de voordeur achter zich dicht en ademt diep in; ze strijkt over het zachte leer van de tas aan haar schouder. Vroege herfstpaden tollen over het pad. De zon verbleekt alles wat kleur heeft en niet in de schaduw ligt.’ Dit geeft een fraai beeld van de sfeer die Lenny ervaart na haar ontslag door de vrouw des huizes, nog wel met een tas vol persoonlijke bezittingen van de werkgeefster.

Behalve dreiging speelt ook humor in de verhalen een rol, vaak in de vorm van een milde ironie, maar soms ook breeduit, zoals in Vaarwel waarin vrienden van een overleden drinkebroer een feestje willen maken van het uitstrooien van zijn as op zee, waarbij zelfs de hengels uit het vet gaan, zoals dat bij Bos zo prachtig heet. Het avontuur wordt van een afstandje bezien door de vrouw van een vriend, die faalt bij het organiseren van de feestelijkheden.

Niet alleen de vormgeving is tot in de puntjes verzorgd, maar ook inhoudelijk oogt het professioneel. Bos weet van wanten, of het nou gaat om een asbus in een urn, het opmaken van een lijk, de plaats van een litteken na een nieroperatie of het samenstellen van een marinade waarmee een man wordt ingesmeerd die flink van bil wil gaan met een kookgrage vrouw met grote borsten. 

Meest opvallend aan Je moet wat zijn de sterke details - zoals over die hengels - die de krenten in de pap zijn en een weldaad voor de geest vormen, net zoals een spannend gerecht is voor een kookgrage vrouw. Bos grossiert in onvergetelijke statements. In het spannende openingsverhaal over een vrouw van een man die vreemd gaat, vat Bos de hele wereld van de vrouw tijdens het boodschappen doen samen in één zin: ‘In plaats van verse groente gooit de vrouw chips in haar boodschappenkarretje.’ Aan het eind werpt deze ongelukkige een blik op de reiskoffer die naast de stofzuiger staat. Weinig woorden zeggen veel. Dat is ook zo op foto’s waarop de zon altijd schijnt of over de eigen woning van huishoudster Lenny waarin alle kamers op het noorden liggen.   

Zelf vind ik de vertellende stijl, zoals in Lichtinval, sterker dan de meer geconstrueerde, zoals in Wiener melange over een man die een nier heeft afgestaan of in Rita, de overleden vrouw van een demente bejaarde man, ook al een onderwerp dat behoorlijk uitgekauwd is.

Dat neemt niet weg dat alle verhalen heel beeldend zijn. Bos deelt klappen uit waarbij alle zintuigen worden geraakt. Het valt daarbij op dat de beelden ook nog nauw aansluiten bij het onderwerp zoals in Vlaamse pepers, dat sappige verhaal over de man die gaat eten bij de vrouw met de grote borsten. Bij binnenkomst kijkt ze naar hem als een poelier die een kip uitzoekt, schrijft Bos. Zijn bezoek leidt meteen tot de massage van zijn blote lijf met de hete marinade, die zo pijnlijk wordt dat water ook niet helpt. Die voelt, in termen van Bos, als een jaloerse echtgenoot. Haar originele vergelijkingen geven blijk van een sterk observatievermogen en een net zo sterk vermogen om die in taal om te zetten.

Tijdens de presentatie van de bundel afgelopen woensdagavond zei Thomas Verbogt dat Bos de ruimte die het korte verhaal biedt, uitstekend benut. Jan Wijnen ging daar verder op in. De verhalen van Bos gaan verder waar ze ophouden, zijn al lang gestart voor ze begonnen zijn. Het zijn flarden van levens, die zich uitstrekken in de tijd, bijeengebracht in krachtige pennenstreken. Daar lusten we er meer van.  

Hier het verhaal Wiener Melange op de site van Athenaeum Boekhandel.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten