De waan als medicijn tegen te strenge normen
Fysisch chemicus en filosoof Klukhuhn (1940) schrijft in Over de grenzen van de rede over
filosofen als Foucault en Wouter Kusters en psycholoog Vroom die in algemene of
persoonlijke zin met waanzin te maken kregen. Wim Brands wil weten of Klukhuhn
de waanzin uit eigen ervaring kent.
Klukhuhn vertelt openhartig dat hij twee keer een psychose
meemaakte, een keer door de LSD, een andere keer door het verlies van een
liefdesrelatie. De LSD gebruikte hij in de hippietijd in Amsterdam. Een slechte
trip bracht hem veel inzichten in waanideeën. Zo wist hij opeens zeker dat er
een hemel bestond. De psychose hield in dat hij ergens heen wilde waar hij niet
naar toe kon. Hij hield er hoogtevrees aan over, de claustrofobie is hij
inmiddels kwijt.
Brands begint over de psycho-analyticus Darian Leader, die
waanzin definieerde als zekerheid.
Klukhuhn zegt dat de grens tussen normaal en abnormaal
flexibel is en met de tijd verandert. De waanzin zit in ieder mens. Velen bij
wie de eigenschap actief is kunnen er mee omgaan. Waanzin als noodzakelijke variëteit
van de soort is belangrijk voor ons voortbestaan. De wereld vraagt namelijk om
aanpassing en mensen die zich schuil houden achter hun voordeur zijn niet
bepaald de prototypen om verandering aan te gaan. We zouden daarom de waanzin
moeten koesteren.
Brands wil enkele concrete waanzinnigen uit het verleden horen.
Klukhuhn noemt de mysticus William Blake, die een
elfenbegrafenis zag, de filosoof Nietszche die het waandenkbeeld van de eeuwige
wederkeer koesterde en de laatste tien jaar van zijn leven in diepe waanzin
doorbracht en de wiskundige Archimedes die zich nooit waste, door vrienden
gebaad en geolied werd en zelfs dan nog meetkundige figuren op zijn huid
tekende.
Brands gaat door op Piet Vroon (1939-1988) die dacht dat
zangeres Fay Lovsky boodschappen naar hem toe zond. Hoe is het mogelijk dat zo’n
slim persoon daarvoor ontvankelijk is, vraagt hij.
Volgens Klukhuhn, die een vriend van Vroon was, is daar
aanleg voor nodig. Vroon had een manisch depressieve aanleg die nog werd
versterkt toen hij alles in zijn leven kwijtraakte. Ook zijn streng calvinistische
opvoeding heeft meegespeeld, net als zijn drank- en medicijnengebruik. Hij is
nog slechts een maal uit zijn depressie gekomen. De waan is het medicijn tegen de
geïnternaliseerde starre norm.
Brands zegt dat Darian Leader dit laatste ook bedoelde met
zijn zekerheid.
Zo had Klukhuhn het nog niet gezien.
Gistermiddag beluisterde ik het Ricciotti ensemble, een
straatsymfonieorkest van grote kwaliteit en met sociale ideeën, waarmee ze een
soort grenzenloosheid voorstaan. Hun tournee in maart heette dan ook Ricciotti zonder grenzen. Ik moest aan
hen denken toe in André Klukhuhn over waanzin hoorde praten. Door op te komen
voor de integratie van de psychiatrische patiënt scheppen we in onze sterk genormeerde
maatschappij vrijheid en bevrijden we ons van de ketenen van het zogenaamd
normale, hetgeen niet alleen een weldaad is voor personen met een geestelijke
beperking, maar ook voor anderen die daar niet mee behept zijn.
Hier
een fragment van het Ricciotti ensemble op Youtube, hier
een gesprek van Brands met Darian Leader over depressiviteit, hier
diens gesprek met Wouter Kusters over
Filosofie van de waanzin en tenslotte hier
het gesprek van Maarten Westerveen met Ranne Hovius over De eenzaamheid van de waanzin.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten