Frisse blik op tijdloos thema
De toneeltekst Oom
Wanja van de Russische schrijver Anton Tsjechov (1860-1904) kan niet kapot.
Het verhaal over een verontrustend bezoek van een gepensioneerde professor en zijn jonge
vrouw aan een familielandgoed op het Russische platteland, is succesvol, zelfs als zou men alleen de tekst niet spelen maar voorlezen.
Het gaat dan ook om de interpretatie.
Drie jaar geleden plaatste Gerardjan
Rijnders het stuk in een traditionele omgeving met oude vormen, waarin Pierre
Bokma als de overheersende Wanja goed uit de voeten kon. Regisseur Erik Whien
doet het anders. Zonder huishoudster en minder gedragen. Bij hem is hoofdpersoon
Wanja eerder laconiek, een lusteloze veertiger die van de
camping geplukt lijkt. Zijn fleurige overhemd (zie foto van Sanne Peper) past daar goed bij. Hij neemt aan
het begin van de voorstelling plaats op een simpele plastic stoel aan een
formica tafeltje, bijt in een rijstwafel en begint een gesprek met de dokter die
niet van het landgoed weg te slaan is, omdat hij net als Wanja in de ban is
van Jelena, de jonge knappe verslindende vrouw van de gepensioneerde kunstkenner
Alexander, de zwager van Wanja. De twee mannen zuchten en klagen, veel te
zeggen is er niet. Het benauwde weer zit ook niet mee. Ze nemen er maar weer een
wodka op.
Dezelfde ingetogenheid is te zien in het spel van Naomi
Velissariou als de verleidelijke Jelena (vooraan op de foto van Sanne Peper, weg vluchtend voor Wanja). Trok ze in The truth about Kate nog alle registers open, in Oom Wanja toont ze haar acteertalent met
veel subtiliteit, waarbij haar Vlaamse accent haar buitenissigheid versterkt. Haar
entree alleen al is subliem. Ze loopt een eindje achter haar man en Sonja aan over
het toneel en verdwijnt weer zonder iets te zeggen.
Dat de voorstelling minder statig is, komt ook door het
decor, dat een verzameling spullen omvat die met houten schotten aan het zicht
onttrokken wordt. Daarmee wordt het oude, rommelige maar toch ook sfeervolle
landhuis verbeeld. Aan het begin van het tweede bedrijf valt een van de
schotten naar voren en zien we de oude Alexander in een fauteuil in een hoekje
van het huis, klagend over zijn gezondheid met naast zich, wat afstandelijk, zijn
jonge vrouw Jelena en achter hen een uitstalling die in een juttersmuseum niet
zou misstaan.
Later vallen er meer schotten om. Het voorstel van de
professor om het landgoed te verkopen, stuit op ongeloof van Wanja. Zijn harde
werken was voor niets, zijn inzet om zijn zwager financieel te ondersteunen
wordt in een klap weggeveegd. Uit woede trekt hij zijn pistool, maar zoals dat
gaat met mislukkelingen, weet hij zijn opponent niet te raken. Waarmee het einde van
de voorstelling nadert, de professor en zijn vrouw vertrekken, de verschillende
romances aan een eind komen en er een rust neerdaalt, die nog eens beklemtoond
wordt door Sonja.
Het thema is van alle tijden. De vraag hoe te leven kan in
elke tijdsperiode opnieuw worden gesteld. Net als tegenwoordig was deze vraag
aan het eind van de negentiende eeuw in de tsaristische Rusland erg actueel. Er
wordt veel gezucht over het menselijk tekort en de noodzaak van verandering
wordt sterk gevoeld, maar deze lijkt oneindig ver weg. De dokter verwoordt deze
wanhoop als hij tegen Sonja zegt dat hij geen licht in de verte ziet. Zijn
verlangen naar een meer harmonieuze wereld met een meer natuurlijke omgeving heeft
nog niets van zijn actualiteit verloren.
Hier
mijn bespreking van het toneelstuk, geregisseerd door Gerardjan Rijnders, hier meer informatie over de voorstelling van Erik Whien op de site van de Toneelschuur.
Aangevuld op 2 maart na reactie fotografe Sanne Peper.
Aangevuld op 2 maart na reactie fotografe Sanne Peper.
Beste Rein Swart, je hebt geen credits bij de foto gezet (Sanne Peper) en ik zie dat je dat nergens doet. het is - zoals je natuurlijk weet - verplicht.
BeantwoordenVerwijderenzou je daar zorgvuldiger mee om willen gaan?
Met groet, Sanne Peper.