Roken is dodelijker dan men denkt
In de aangrijpende documentaire met de sterke titel Brandend verlangen ondervraagt Frans
Bromet op zijn gebruikelijke ietwat provocerende wijze een aantal
longkankerpatiënten over hun rookgewoonten. Zelf zegt hij dat hij ook veel
gerookt heeft, maar lang geleden is gestopt anders had hij wellicht ook bij de
groep patiënten gehoord. Daaruit spreekt enige afstandelijkheid die ook in de
documentaire zit. Wie zijn gat verbrand moet op de blaren zitten, lijkt Bromet
uit te stralen, maar hij gaat daarbij voorbij aan de macht van de
sigarettenindustrie en hun slinkse wijze om mensen met smaakmakers verslaafd te
houden.
Roken is in vijftig jaar tijd van een algemeen geaccepteerde
gewoonte bijna een taboe geworden. Op feestjes stond vroeger een glas rokertjes
klaar. Wie niet meedeed was niet gezellig. Roken kon altijd: om spanning kwijt
te raken of om juist ontspanning teweeg te brengen. Een boer of een bouwvakker rookte
om een adempauze te nemen. Een bak koffie gaf troost en daar hoorde een sigaret
bij. Uit de verhalen van de patiënten blijkt hoe sterk het verlangen naar de
sigaret was. Velen stonden ermee op en gingen ermee naar bed. Eenmaal hooked was er voor velen niet meer van
af te komen. Roken is dodelijker dan men denkt.
De jeugdig ogende Brigitte heeft een heel duidelijk beeld
van haar crematie. Ze mist een long. Haar man ging weg tijdens haar ziekte, omdat
hij het niet aan kon zien. Ze rookt al tien jaar niet nadat de hartspecialist
haar waarschuwde dat ze na een operatie wel eens niet meer wakker zou kunnen
worden en voelt zich daardoor beter, al mist ze het roken nog steeds wel. Haar
oudste dochter van veertien rookt, maar haar jongste niet want die herinnert
zich maar al te goed de tijd van de chemotherapie toen ze niet met haar moeder
in bed mocht knuffelen. Brigitte wil haar bonustijd goed benutten. Ze helpt
veel op school om buiten het kankerwereldje te blijven.
Wilma vertelt dat de laatste maanden met haar man Adrie heel
zwaar maanden. De term mensonwaardig zegt genoeg. Na zijn dood is ze ook gaan
roken. Het leven was nogal eenzaam, had zijn glans verloren.
Evelyn rookte vanaf haar twaalfde. Drie jaar geleden werd
longkanker geconstateerd. Een jaar later kwam ze er pas toe om met roken te
stoppen. Daarvoor was dat niet haalbaar vanwege de stress waarin ze zich
bevond. Haar niet rokende vader was boos op haar. Dat was voor haar een stok
achter de deur. Haar man was gestopt maar begon weer toen men bij Evelyn weer
een verdacht plekje op haar long constateerde, hetgeen vals alarm was. Ze haalt
sigaretten voor hem uit de supermarkt, maar hoopt zeer dat haar elfjarige dochter
er nooit mee begint. Ze voelt zich verplicht zo lang mogelijk bij haar te
blijven.
Cilly was in 2012 negen maanden lang kaal en voelde zich
gestigmatiseerd. Ze praat over de sigaretjes die ze altijd draaide, ook voor in
de auto, iets waarvan ze een leven lang oprecht genoot. Haar opa werd rokend 94
jaar oud, dus waarom zij niet? Ze noemt het nu een rotverslaving, waar niet
gemakkelijk van af te komen is. Ze vindt dat roken verboden moet worden en verslaafden
geholpen net als heroïneverslaafden. Dat is ook goedkoper dan alle
ziekenhuisopnames die zij achter de rug heeft. Ze zou tegen dertienjarige
meiden zeggen dat ze ook stoer kunnen zijn zonder een sigaret.
Judith ligt in het ziekenhuis met een antibioticakuur tegen
longontsteking. Ze had vroeger overal pakjes sigaretten liggen. Ze zou het
Spaans benauwd krijgen als dat niet zo was. Ze werkte als stewardess en stopte
eens drie maanden samen met haar man, maar ze gingen toch weer voor de bijl. Ze
heeft een schuldgevoel dat ze tijdens de zwangerschap vijf sigaretten per dag
rookte en ook in de auto met haar dochter op de achterbank. Ze ziet nog dat
haar dochter met een pakje sigaretten aan kwam zetten als ze doodmoe thuis
kwam. Ze vertelt over de wisselwerking tussen roken en een negatief zelfbeeld.
Als kind mocht ze niet lastig zijn. Roken bood troost. Ze vindt haar ziekte erg
voor haar man maar vooral voor haar dochter.
Dick (zie foto) is 63 jaar oud en ligt in een relaxfauteuil. Hij
bevindt zich in een terminaal stadium. Zijn armen zitten ingepakt vanwege de
oedeem. Pijn heeft hij er niet in. Als hij pijn voelt achter zijn schouders
neemt hij zijn medicatie. Ooit was hij een sterke timmerman. Hij is al 45 jaar
getrouwd met Wil. Het laatste half jaar stond bol van de stress. Samen hebben
ze What a wonderful World uitgekozen
voor op de crematie, een lied uit hun kennismakingstijd. Een week na de laatste
opnames overlijdt Dick.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten