Op naar de tweede helft van dit blog
De tijd vliegt. Er gebeurt zoveel in de wereld dat een
tweejaarlijks bericht niet toereikend is. Daarom voor de eerste keer een
kwartaaloverzicht. Ik put vooral uit mijn artikelen van de laatste maand.
Daarin ging het onder meer over de toekomst van onze maatschappij. De Westerse
welgezegd, want de ontwikkelingen in het Midden Oosten tarten
elke beschrijving. De Arabische lente baarde vooral monsters. De val van een
dictatuur levert natuurlijk niet meteen democratische verhoudingen op, zei
iemand laatst op televisie van wie ik de naam vergeten ben. Het Oosten van
Europa is een ander verhaal. De Russische bevolking wordt voorgelogen door
Poetin, die zich in een paar jaar tijd meester heeft gemaakt van de kranten en
de televisie. Haat zaaien tegen alles wat niet Russisch is, is regel. Gary
Kasparov vergeleek de dictator in Buitenhof
met Hitler. Peter Pomerantsev werkte tien jaar bij de Russische media en
schreef er een boek over met de veelzeggende titel Niets is waar en alles is mogelijk.
Wij in het Westen hebben andere problemen. De digitalisering
van de maatschappij zou een zegen kunnen zijn, waardoor mensen zich meer met
hobby’s en vrijwilligerswerk zouden kunnen bezighouden, maar geeft in plaats daarvan
kopzorgen. Auke Hulst schetste – onder andere op grond van het Banking blog van
Joris Luyendijk - in zijn roman Slaap
zacht, Johnny Idaho (2014) een samenleving waarin de macht in handen is
gekomen van enkelen. Gedeeltelijk is dit al zo. De meerderheid van de
mensen is de dupe van het kapitaal dat vrij over de wereld reist. De bezitters
daarvan – denk aan Sun Capital – zijn vrij om te doen en te laten wat ze willen.
Zolang het kapitaal aan de macht is, duurt de Verelendung op alle vlakken
voort. Ik denk alleen al aan al die huisartsen die gemangeld worden door de
zorgverzekeraars.
De immigratie wordt door partijen met de vrijheid in
hun vaandel als een steeds groter probleem gezien, maar hun antwoord
om de grenzen te sluiten leidt tot nog meer problemen.
Uiteindelijk komt het neer op een eerlijke verdeling van de welvaart en de aardse hulpbronnen. Het zou mooi zijn als
zonne-energie voor iedereen gratis beschikbaar zou komen. Dat zou veel
conflicten schelen. Oliemaatschappijen en overheid hebben echter baat bij
schaarste en winsten, vandaar dat de Groningers er bekaaid vanaf komen.
Ik vraag me wel eens af waarom men in Nederland niet luider
demonstreert. Het protest van de studenten in het Maagdenhuis wordt nauwelijks
gehoord. De antwoord luidt dat de burger zelf in het complot zit. Uit het
noordwesten van Europa hoeven we weinig te verwachten.
Transitiedeskundige Jan Rotmans heeft nog tien keer zoveel mensen nodig om de
weegschaal naar de goede kant te laten doorslaan (zie Tegenlicht, 23 februari). Het zijn voorlopig de Zuid Europeanen die
zich laten horen. Syriza in Griekenland en Podemos in Spanje winnen aan
invloed. Pas als mensen echt in nood komen blijken ze bereid risico’s te nemen.
In de documentaire Two
raging grannies (2013) proberen twee oudere Amerikaanse dames de vinger op
de juiste plek te leggen en gaan kritiek niet uit de weg. Hoe komt het toch dat
de economie zo allesbepalend is? De oude, maar taaie bejaarden bekommeren zich om
de wereld en ons nageslacht, zoals elk normaal mens zou moeten doen. Een deel van het
probleem bestaat uit de inkapseling van de kritiek, zoals filosoof Herbert
Marcuse in de zestiger jaren al vaststelde. Het boek Het digitale proletariaat van Hans Schnitzler wordt zonder probleem
door Bol.com geleverd. In gesprek met Wim Brands haalde hij Aldous Huxley aan
die stelde dat onze moderne maatschappij zoveel informatie aanbiedt dat mensen
onverschillig worden.
Er gebeurt wel het nodige op het gebied van emancipatie
en bewustzijn. De tijd dat er nog volop gerookt werd is nog niet zo lang
voorbij. Het bewustzijn kan zich snel aanpassen, maakte Frans Bromet
duidelijk in zijn documentaire Brandend
verlangen. Zo is het ook met de rolverdeling tussen de seksen en de
emancipatie van mensen met geestelijke problemen. André Klukhuhn sprak in
gesprek met Wim Brands op 8 maart j.l. bemoedigende woorden over het dichten
van de kloof tussen normaal en abnormaal.
Zelf richt ik me in toenemende mate op het theater, dat levendiger
is dan het lezen van boeken, al staat literatuur vaak wel aan de basis ervan. Theater heeft weer een ander kwaliteiten. De neerslag van wat theatermakers belangrijk
vinden om aan het publiek te tonen speelt zich direct onder de ogen af. Ik heb enorm genoten van Alsemkomt,
dat de kritiek op ons doen en laten op Brechtiaanse wijze luid en monter uitte.
Het is niet mijn bedoeling om te gaan preken. Temeer niet
omdat de gevaren altijd uit onverhoedse hoeken komen en de toekomst altijd anders is dan we denken. Ieder zet zijn eigen beentje voort en samen komen we
een eind. Op naar de tweede helft van dit decennium en van dit blog!