Dunne scheidslijn tussen een geloofwaardige en kunstmatige
bedreiging
De wereld wordt kleiner, maar de bedreigingen groter. Na de
angst voor een oorlog tussen Amerika en Rusland in de jaren vijftig en de angst
voor ontbladering van de bomen door zure regen in de jaren zeventig, zijn de
bedreigingen toegenomen. Schaarste aan voedsel, aan schoon
drinkwater, epidemieën, overstromingen, aan gevaren geen gebrek.
Ook in Le temps du
loup is sprake van een dreiging. Zoals de titel al verraadt, komt die door
wolven of valse honden, maar daarvan krijgen we niets te zien. Ze hebben wel een
enorme impact op de bevolking in het gebied. Die trekt weg. Het gezin Laurent komt
juist volgepakt met de auto vanuit Parijs aan. Benny draagt de kooi met de
parkiet. De vader zegt zijn zoon nog even wachten met de vogel tot het vakantiehuis
warm is. Eenmaal binnen worden ze opgewacht door een agressieve man en zijn
hysterische vrouw.
We vallen daarmee meteen binnen in het verhaal. De indringer
houdt het gezin onder schot. De vader probeert met de man te praten, maar wordt
op een onverwacht moment overhoop geschoten. De vrouw Anne (Isabelle Hupert) en
de kinderen Eva en Benny gaat het dorp in om hulp te vragen maar men reageert
zeer terughoudend. Een man wil niet helpen, een vrouw doet niet eens open. Anne
had wel iets gehoord over bevoorradingsproblemen in het gebied maar daar verder
geen aandacht aan geschonken. Ze deelt met de kinderen de blikjes fris en de
koeken die ze nog in haar plastic zak had zitten.
Ze trekken verder langs plekken met smeulende koeien met hun
poten omhoog. Het lijkt wel oorlog. Ze bevinden zich in ieder geval in een
extreme situatie. Anne laat de kinderen in een stal en gaat zelf hulp zoeken. Benny
krijgt een bloedneus, Eva zegt dat hij moet gaan liggen. De parkiet ontsnapt,
maar Eva vangt hem en de liggende Benny stopt hem onder zijn jas.
Het gezin trekt verder door de mist. Ze komen in de avond aan
bij een hooischuur. De parkiet heeft de tocht niet overleefd en wordt door
Benny keurig opgebaard. In de nacht is Benny verdwenen. Het is stikdonker. Paniek.
Zoeken. Roepen. Geen Benny. Anne Ze steekt voor de schuur wat hooi aan en
vraagt Eva, terwijl zij buiten gaat zoeken, het vuurtje brandende te houden zodat
zij de weg weer terug kan vinden. In een volgende scène brandt de hele schuur
af. De volgende ochtend vinden ze Benny terug. Hij wordt vastgehouden door een
oudere schuwe jongen, die gewond is aan zijn hand en tenslotte met hen meetrekt
naar een station, waar ze terecht komen bij een krakelende groep die op een
trein wacht.
Het verhaal wordt dramatisch goed uitgewerkt, zoals met de
parkiet, in de scène met de brand en die waarin Anne, Eva Benny en de jongen een
langstrekkende goederentrein met vluchtelingen achterop de wagons zonder te
stoppen voorbij zien trekken. De paniek en de ontreddering zijn voelbaar. Later
wordt de spanning steeds kunstmatiger. De familie in de wachtkamer zijn polakken,
die de taal niet spreken. Hun spreekbuis maakt Anne duidelijk dat anderen eraan
komen. Daaronder bevindt zich Koslowski, die als een leider wordt gezien,
hoewel er ook zijn die zijn leiding betwisten. Een vrouw Béa, die ook uit
Parijs komt, vertelt tegen Anne dat ze vermoedt dat hij een van de Rechtvaardigen
is, een soort messias, aan wie zij haar lot in handen geeft en zeker haar
lichaam.
De film gaat verder met nog meer gekrakeel in de groep,
conflicten en conflictjes, gebrek aan water omdat het grondwater verontreinigd
is. Het wordt steeds meer een existentieel drama, ook door de sombere kleuren
en de wanhopige stemming. De komst van nieuwe vluchtelingen maakt de situatie
alleen maar erger. Paarden worden gedood om vlees te leveren. Het wordt erg toneelmatig.
Het ligt te dik erop. De film gaat na de helft over de top en aan
voorspelbaarheid ten onder.
Hier
een site met de trailer.
Eens met je eindoordeel.
BeantwoordenVerwijderen