Niks is nog minder dan niets
Wat meteen opvalt aan M.
is het dunne boekje, maar dat zegt niet alles. De roman over Leah Rosenberg, dochter
van een joodse moeder en een Japanse vader, is compact geschreven. Op de
middelbare school krijgt ze een relatie krijgt met een jonge getrouwde leraar, die
haar de nodige kopzorgen bezorgt, waardoor ze later in de versukkeling raakt. De
wond die Leah zichzelf in haar hand heeft toegebracht, blijft etteren.
Het verhaal speelt zich af in verschillende tijdvakken. Door
de beknoptheid is het aan het begin van elk hoofdstuk vaak zoeken in welk episode
we zitten: de jeugd van Leah met haar nogal dwangmatige moeder die en haar
weinig sympathieke grootouders, het Amsterdamse gymnasium waar de relatie speelt
met Markus Prins, de nieuwe leraar klassieke talen, of de laatste periode
waarin Leah als beeldhouwster overleeft door het hakken uit graniet van de koppen
van mannen met wie ze kortstondige relaties heeft gehad.
De roman begint aan het eind. Leah heeft een opdracht in de
wacht gesleept voor een internationale tentoonstelling Sculptors Immortalized. Het idee is een zelfportret, maar Leah kan
er niet toe komen dat te maken. De proefkop van klei lukt al niet. Door
terugblikken naar de relatie met de leraar en haar (groot)ouders wordt
langzaamaan duidelijk wat haar tegenstaat. Leah voelt zich schuldig. Haar ouders
hebben hun handen van haar afgetrokken en de leraar heeft een eind aan zijn
leven gemaakt. Ze staat er alleen voor. Het steekt haar dat Markus in zijn
afscheidsbrief aan zijn gezin schreef dat zij niks voor hem betekende. Niks is minder
dan niets. Verschillende keren krijgt de lezer dat ingepeperd.
Over haar ouders komen we weinig aan de weet, maar dat de
twee het met elkaar niet gemakkelijk hebben wordt wel duidelijk. Haar vader
plant rozen in zijn tuintje, terwijl haar moeder dagelijks met gevaar voor
eigen leven vanaf de w.c. pot de dagen op de kalender afscheurt.
De symboliek is fraai, zoals van het koekblik met de
voorstelling van de schone slaapster uit het sprookje van Doornroosje dat haar oma
haar cadeau geeft, gevoegd bij de achternaam van de leraar en de stilstaande dorpskerkklok
op de plaats waar Markus en Leah elkaar ontmoeten. Veel ervan is - hoe kan het
ook anders - ontleend aan de klassieke oudheid. Naast een personage als Oedipus
neemt Elektra een belangrijke plaats in. Tijdens het gelijknamige toneelstuk in
de Stadsschouwburg wisselden Markus en Leah blikken en werden ze verliefd op
elkaar. Na een geheim reisje naar een popconcert in Duitsland krijgt Leah van
haar ouders nog een plaat van de opera.
In dit doorgecomponeerde en knap geconstrueerd verhaal met veel
vaart en een fraai einde wordt de radeloosheid van Leah zichtbaar gemaakt, soms
in de vorm van adolescentenproza: ‘Tevergeefs probeer ik mijn hoofd boven water
te krijgen, maar ik zit verstrikt in een net dat zich aan alle kanten om mijn
lichaam spant. Met iedere beweging kom ik vaster te zitten in de mazen, trek ik
mezelf dieper en dieper het stroperige vrieswater in.’
Qua thematiek is het een beetje veel allemaal. Wellicht weet
Shira Keller haar ideeën in de toekomst in de hand te houden en meer de diepte
in te gaan, want talent heeft ze zeker.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten