Onderdompeling in onderwereld
Gomorra(h) neemt
ons mee naar de Napolitaanse onderwereld, dompelt ons erin onder. Er wordt
weinig in uitgelegd, maar des te meer maken we het mee, de gang van zaken bij
de Camorra die in een arme, compacte buitenwijk van Napels de dienst uitmaakt. Wie
met hen meewerkt geniet bescherming, anders is men aan zijn lot overgelaten.
De film begint meteen al schokkend met een aanslag op zware,
gebruinde mannen die zich ontspannen in een zonnestudio. Er komt plots een eind
aan hun leven. Daarna zien we vijf door elkaar lopende verhalen uit de wijk.
Don Ciro is een geldloper. Hij betaalt goedgezinde personen
en gezinnen uit. Don Carlo klaagt dat de bijdrage voor hem, zijn werkloze zoon en
zijn vrouw in de gevangenis onvoldoende is, maar macht om dat te veranderen
heeft hij niet. Ciro heeft te doen met Maria die geen geen geld krijgt omdat haar
zoon bij de separatisten is gegaan en haar man vast zit.
De jonge Totò brengt voor zijn moeder, die een
levensmiddelenwinkeltje drijft, boodschappen rond en is zodoende op de hoogte
van de gang van zaken in de wijk. Tijdens een inval van de politie raapt hij een
weggegooide zak coke op en brengt die naar de maffiabazen in de hoop dat hij
met hen mee mag doen. Nadat zijn onverschrokkenheid getest is, staat hij samen
met zijn vriendje Simone op de uitkijk. Als de politie komt moeten ze
waarschuwen. Als het gezin van Simone de wijk verlaat, zegt hij tegen Totò dat ze
straks elkaars vijanden zijn, maar ze kussen elkaar wel ten afscheid. Totò
wordt een drugsrunner. Met een rugtas loopt hij naar klanten die elders wonen. Als
Maria hem later in een auto ziet die rondrijdt om bestellingen op te nemen,
trekt ze hem uit de auto. Later moet ze haar huis uit.
De lichtzinnige jongemannen Marco en Erwt willen de macht
overnemen. Straks is de wereld van hen. Ze stelen coke en vluchten op de
brommer. Maffiabaas Giovanni roept hen bij zich. Hij is not amused. De volgende
keer breekt hij hun nekken. Als de jongemannen een wapendepot ontdekken zijn ze
door het dolle. Ze richten de automatische geweren in onderbroek in het
luchtledige (zie poster). Later houden ze de geldloper Ciro onder schot. Hij ontsnapt en neemt
de wijk. De jongemannen overvallen een nachtclub maar in bed bij hoeren, worden
ze daar uit gesleurd door de maffia, die hen nog één dag geeft om de wapens
terug te brengen.
Franco overlegt over een steengroeve waar vaten gif gestort
kunnen worden. Zijn hulpje Roberto maakt foto’s. Tijdens het transport van de
vaten gaat er één open. Een chauffeur wordt onwel. De anderen weigeren verder
naar de groeve te rijden. Franco regelt een stel jonge jongens die de klus voor
hem klaren. Later zit hij aan het sterfbed van de chauffeur. De enige manier om
wat geld aan diens vrouw te geven is meer afval te storten. Roberto houdt ermee
op. ‘Wordt dan maar pizzabakker,’ roept Franco hem na.
In een naaiatelier maakt men jurken van couture. De baas
zegt tegen bedrijfsleider Pasquale dat ze een partij jurken voor een laag
bedrag moeten leveren. Tegelijk wordt Pasquale door een Chinees gevraagd om tegen
betaling les te komen geven in een Chinees naaiatelier. Hij moet vanwege het
gevaar wel in de kofferbak van een auto naar het atelier. ’s Ochtends stapt hij
weer in bed en geeft zijn vrouw trots een stapel bankbiljetten. Natuurlijk blijft
zijn overloopgedrag door de baas niet onopgemerkt.
Het ontaardt bijna in een oorlog, maar de Camorra is toch te
sterk. Wie niet voor hen is is tegen hen. Tegenstanders worden letterlijk
opgeruimd. Gomorra(h) is gebaseerd op
het gelijknamige boek van Roberto Saviano. Tijdens de aftiteling lezen we dat
er om de drie dagen een moord wordt gepleegd door de Camorra en dat die dagelijks
500 duizend euro omzet met drugshandel. De opbrengsten gaan naar de nieuwe Twin
Towers. Door het dumpen van chemisch afval is het aantal kankergevallen met twintig
procent toegenomen.
Hier
de trailer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten