Verwaarloosde puber wordt beeldend schrijver
Hoe verwerkt men een jeugdtrauma? In hoeverre kan men
akelige ervaringen en ingesleten gewoonten te boven komen? Dat zijn vragen die
niet zo gemakkelijk te beantwoorden zijn. Veel heeft te maken met de ernst van
het trauma en de omstandigheden waarin mem later verkeert. Het is zeker dat
ernstige trauma’s hun sporen achterlaten, zich ingraven in de persoon en dat
het grote inspanning kost zich hiervan te bevrijden. Anderzijds kan dat ook levensgeluk
opleveren.
Met beeldende taal wordt in Kinderen van het Ruige Land de traumatische jeugd beschreven van de
opgroeiende Kai te midden van zijn broer Kurt, zijn zusjes en zijn moeder. De
dood van hun vader, waarmee het verhaal begint, leidt tot een ontworteling die
door Auke Hulst duidelijk voelbaar wordt gemaakt. Kai is dan net acht jaar
geworden en kan de gewenste telescoop wel op zijn buik schrijven. Het gezin van
de plaatselijke journalist blijft berooid achter. De moeder is niet bij machte
de opvoeding te dragen, kan onmogelijk met geld omgaan, rijdt altijd veel te
hard, duikt in bed met elke man die ze krijgen kan en verschuilt zich tegenover
de kinderen achter leugens.
De openingszin zegt het al: ‘Zijn moeder was verdwenen. Nee,
herstel: ze had zichzelf zoekgemaakt.’ De familie Houdini heet het eerste
hoofdstuk, voordat we het jaar 1983 in duiken, dat het leeuwendeel van het
autobiografische boek omvat.
1983 speelt zich
af het noorden van de provincie Groningen. Op het Ruige Land, in een Pippi Langkous-huis
in het bos aan de rand van een klein dorp. Met zijn één jaar oudere broer Kurt heeft
hij een haat-liefde verhouding. Later, op school in de groeigemeente, wordt hun
actieradius vergroot. Als Kurt blijft zitten in de brugklas, gaan ze samen naar
de Havo en tenslotte naar de kunstacademie. In de toegift 1998 lezen hoe het de gezinsleden in de verdere vijftien jaar vergaan
is.
Kai komt zijn verwaarlozing te boven door het gezelschap van
vrienden, al is de basis daarvan niet sterk. Als de weerbarstige puber vol met
vetpuisten wordt uitgestoten uit de groep, klampt hij zich vast aan het
schrijven. Later komt hij tot de ontdekking dat de romantische notie over
lijden en kunst niet klopt. Wellicht heeft hij nog het meeste gehad aan het
Ruige Land, hun vrijstaat, waar ze hun eigen gang konden gaan.
Toch heeft het hem niet echt gered. Hij is door de
verwaarlozing lui geworden. De moeder legde haar lieveling een zware druk op de
schouders. Later heeft Kai het over hun verwildering in de wildernis van hun enclave.
‘Konden de kinderen van het Ruige land daarbuiten wel bestaan? Of waren ze
bannelingen –bezoekers uiteen afgelegen land? Ze konden uit de wildernis
vertrekken, maar de wildernis zat in hen: ingesleten, onuitwisbaar.’
Op de kunstacademie heeft hij moeite om met meisjes om te
gaan. De schaamte zit diep. Het is alsof hij de stap naar volwassenheid niet heeft
kunnen maken. ‘Er moest een moment zijn in het leven dat je wist dat je geen
kind meer was: een doorgangsrite, in welke vorm dan ook. Dat moment had hij
niet gehad of niet herkend. Misschien zou het ook nooit meer komen of was hij
gedoemd ernaar uit te blijven kijken terwijl het al geweest was.’
Het verhaal kent geen straffe chronologie. Halverwege
krijgen we meer informatie over de driftige vader en de moeder met haar
bourgeois achtergrond. Af en toe werpt de verteller ook een blik vooruit naar
het toekomstige beroep van Kai als reisschrijver, wat dat ook moge inhouden. Ook
op andere momenten kijkt hij in de ziel van Kai: ‘Het zou nog jaren duren voor
hij inzag dat schrijfhonger geluk én ongeluk voedde.’
De conclusies die de verteller af en toe aan het einde van de
scènes trekt zijn origineel. ‘Schoonmaken was voor losers.’Tijdens het glaasje
draaien om een geest op te roepen . ‘Het spel beangstigde ze – niet omdat je
met de doden zou kunnen spreken, maar omdat je de controle over je verzinsels
verloor.’
De passages uit 1998
zijn het mooist, omdat die na alle anekdotiek meer beschouwend zijn. Het is
wellicht de makke van een autobiografische roman dat de rode draad
ondergesneeuwd raakt door vele gebeurtenissen. Hoewel die op zich sterk
beschreven worden, komt, naarmate het verhaal vordert, het onderliggende sjabloon
teveel door de beelden heen. Auke Hulst heeft een handje van om eerst een
dialoog neer te zetten en daarna pas duidelijk te maken in welke context die zich
afspeelt. Het aantal scènes is teveel om behapbaar te zijn. Door een ingreep
daarin zou het eindresultaat nog sterker geweest zijn dan het al is.
Ik heb wel iets weg van een van de kinderen. Ga het lezen.
BeantwoordenVerwijderensick
Verwijderen