Het leven, een bitterzoete symfonie
‘Edith tikte de laatste zin snel. ‘Seksualiteit is voor
sommige meisjes wat een leeuw is voor een kudde grazende gazellen:’
Aldus begint het tweede en wederom lijvige boek van Minke
Douwesz. Hoofdpersoon Edith is dokter Heringa, een bijna veertigjarige
gynaecologe, die in een ziekenhuis werkt op twee uur gaans van Amsterdam en wil
promoveren op het onderwerp gender-identiteit en gestoord eetgedrag, zoals dat
in vaktermen heet. Ze is echter niet tevreden over het eerste woord van de
laatste zin van haar artikel, maar weet ook niet hoe die zin wel moet luiden.
Met het oplossen van de puzzel en het vinden van het juiste
woord voor het probleem van anorexia zoals het onderwerp van haar dissertatie
in de volksmond bekend staat, blijft ze het hele boek bezig. De ideeën die ze
daarover ontwikkelt worden gestuurd door een aflopende relatie met Norma, die
haar werk is kwijtgeraakt en radicaliseert als dierenactiviste.
Edith komt onder andere uit op hechtingsproblematiek en op
veronachtzaming.
‘Eindelijk viel te begrijpen wat er met haarzelf was
gebeurd.’
Tenslotte laat ze het bij de rol van schaamte in de
ontwikkeling van een negatief zelfbeeld, maar na inlevering van haar artikel
denkt ze alweer dat rivaliteit de bron van het probleem is. Het zwalken rond de
juiste termen staat als het ware symbool voor de wisselvalligheid van het
menselijk bedrijf en de vluchtigheid van alles.
Het bepalen van de eigen plaats daarin geeft zin aan het
schrijven; het lucht in ieder geval op
dat je enige controle hebt over de chaos en onzekerheid:
‘De mens is ten prooi aan een krachtenveld van maar ten dele
kenbare drijfveren, behoeften, ambities en angsten. Een ongeleid projectiel,
stuurloos, doelloos. Je kunt niet anders dan tenminste proberen vast te stellen
waar je je bevindt, alsof de wanhoop verbleekt of het gevoel verdwaald te zijn
minder wordt wanneer je de exacte coördinaten van je positie weet.’
De karakters van Norma en Edith lopen behoorlijk uiteen,
zoals al blijkt uit een commentaar op een avondje stappen in het verleden van
Edith met een arts-assistente: ‘Norma vond dat haar verleden alle aanleiding
gaf tot argwaan. Edith echter vond dat je jaloezie het beste kon vermijden door
zelf je vriendin te blijven boeien.’ Behalve bescherming zoekt Edith in een
relatie ook avontuur. Sinds de verhuizing, enkele jaren geleden, naar het
platteland zijn de vrouwen meer op elkaar aangewezen en is de onevenwichtigheid
tussen hen gegroeid. Norma is van geliefde tot levensgezel geworden. Overtuigd
schetst Minke Douwesz haar jaloezie, verongelijktheid en toenemende wanhoop.
Het verhaal speelt zich af tegen de achtergrond van de
verkiezingen en de moord op Fortuyn in 2002.
Ook Nederland is in rep en roer
We zien alles door de bril van Edith, een vrolijk meisje dat
na vroege dood van haar moeder de zorg voor haar vader opnam, ernstig is
geworden en zelfstandigheid hoog in het vaandel heeft staan. Ze is niet de
eerste de beste kirrende vrouw die de wegenwacht om hulp belt als ze een lekke
band heeft, rookt sigaren en leeft bewust, althans zo bewust mogelijk, want aan
een voortdurend bewustzijn zou ze kapot gaan.
Ze wordt echter hoorndol van het gedrag van Norma.
Teerhartig als ze is, kan ze opeens uitvallen naar haar gemoedelijke
vader.
‘Angst, boosheid, onthechting deden een groot beroep op de
serotonine huishouding. Ze moest weer eens lol maken, andere neurale netwerken
aanboren.’
Haar angst mee ten onder te gaan met Norma klinkt door in de
regels van The Verve
I take you down the only road I’ve ever been down- die ook
het motto van het boek vormen en afkomstig zijn van hun bekendste nummer Life
is a bittersweet symphony. Anders dan in
Strikt waarin hoofdpersoon Idske juist veel films keek, zegt
Edith dat ze de meeste films niet interessant vindt. Zij geeft daarentegen veel
om muziek, of het nu pop is of klassiek.
Tijdens een wandeling met de hond bedenkt Edith dat ze koe
wil zijn onder de koeien; anders en toch hetzelfde. Een eigen plaats innemen in
een groter geheel.
Haar onbezorgdheid van weleer en de afschuw van dit moment
zijn twee kanten van dezelfde medaille, zo sombert Edith over haar leven. De
ware bestaat niet en ze weet zeker dat ze de seks straks zal missen.
Minke Douwesz beschrijft de neergang in een rustige
filmische stijl, waarin je als in een bioscoopstoel heerlijk onderuit kunt
zakken. De dunne bladzijden van Van Oorschot en de klassieke vormgeving maken
het lezen tot een bijna sacrale ervaring
De vrij korte zinnen lezen gemakkelijk weg en maken het
gemakkelijk je in te leven.
Alleen had ik soms wel moeite uit elkaar te houden wie
degene was die iets zei.
De titel is kort en de omslag wat fantasieloos, maar
misschien is dat uitgebeende wel de bedoeling.
De alledaagse handelingen, of de daagsheid zoals Douwesz het
zelf noemt, scheppen vertrouwdheid. Je
ruikt bijna de ezels, je hoort de katten miauwen en je ziet de teckel op je af
komen waggelen. De aandachtige observaties, zoals over een fles wodka fles met
ijskristallen, maken dat je die ijskoud voor je ziet. Trefzeker zijn de
gynaecologische termen zoals dat de navel verstreken is. Hoewel niet alle
vergelijkingen even sterk zijn, staan er mooie stukjes in, zoals over roeien:
‘Ze gehoorzaamden, haal na haal als de radertjes van een geoliede machine,
verspringend als de wijzers van een klok, een geluidloos staccato gestroomlijnd
tot een vloeiende beweging, glad over het water heen.’
Niet iedereen zal gecharmeerd zijn door de vele aandacht
voor het bereiden van de dagelijkse maaltijd, maar anderzijds doet ze daarmee
recht aan de stelling dat man ist was man isst.
Homoseksualiteit vormt net als in Strikt een
belangrijk thema. Een deel van het probleem wordt veroorzaakt door de
moeilijkheid een geschikte partner te vinden. Vriendin Lidwien staat op het
punt om te gaan trouwen met een man en de relatie met bibliothecaresse Loes
komt moeilijk van de grond. De onzekerheid van menselijke verhoudingen treft
de homoseksueel nog harder. Waarom
accepteert de kerk hen niet, vraagt Edith zich af. Kan men zich niet beter
bezighouden met de gevaren die elke vorm van liefde bedreigen? Afgunst,
bezitterigheid, egocentrisme, ongeduld, het onvermogen frustratie te verdragen,
geweld.
Het boek is een oproep voor meer vrijheid van leven.
Douwesz is geen plottist, maar het inkijkje in het
doktersleven zal lezers die schrijvers als Voskuil en Frida Vogels op handen
dragen, zeker bevallen. Ik vind dat het vooral de verhouding met Loes is die
het boek draagt, meer dan de akelige verhouding met Norma, de dreiging die van
haar en haar mede-dierenactivisten uitgaat en het gemodder van Edith, waardoor
je als lezer opgelucht ademhaalt als er eindelijk wat schot in de zaak komt.
Thematisch bouwt Douwesz voort op het debuut Strikt
uit 2003. In vergelijking daarmee is Weg magerder. Strikt zat ook
meer op de huid. Het broeierige vervolgverhaal dat ze samen met de gehuwde Loes
schrijft over twee Russische meisjes, dat haar eigen verlangen moet verbeelden,
kan de zeggingskracht niet vergroten. Hopelijk slaat Minke Douwesz met haar
volgende roman nieuwe wegen in.
Deze recensie staat al een aantal jaar op www.literairnederland.nl. Weg kreeg de Anna Bijns Prijs 2012, die volgende week donderdag wordt uitgereikt,
Geen opmerkingen:
Een reactie posten