Angstige leiders gooien broodjes naar het volk
Het achttiende partijcongres van de Communistische partij in
China komt eraan. Er wordt een nieuw politbureau gekozen, een nieuwe president,
een nieuwe premier en een nieuwe legerleiding. Voormalig correspondent van NRC
Handelsblad Floris-Jan van Luyn probeert er achter te komen wie er aan de macht
zullen komen. Hij heeft zich verschanst in een kelder in Hong Kong met foto’s
van kandidaten aan de muur.
De charismatische Bo Xilai (zie foto) zal daar niet bij zijn. Hij werd
in maart door de zittende president uit zijn functie ontheven na een al te
ambitieuze carrière. Zijn vrouw werd gearresteerd op beschuldiging van moord.
Daarachter hangt een facade van eenheid. China-watcher Willy Lam ziet geen
machtsstrijd tussen de kandidaten ontstaan. Xi Jinping is de gedoodverfde
nieuwe partijsecretaris. Hij is de minst controversiële kandidaat in een tijd
van onvermogen een koers te bepalen. Politici hongeren naar macht. Dat wordt
een doel in zichzelf. Je kunt beslissen over het lot van miljoenen mensen. Een
kans om voor God te spelen.
Floris-Jan vraagt zich af hoe men bovendrijft in de grootste
partij van de wereld. Journalist Ching Cheong, die drie jaar vast zat, zegt dat
de individuele leiders aardig zijn, maar nooit afwijken van de partijlijn en
daarom tot gruweldaden in staat zijn. In Zhongnanhai, het Chinese Kremlin,
bestaat de ongeschreven regel dat men geen contact met elkaar heeft. Net als in
een dictatuur heerst er wantrouwen tussen de leiders. De angst onder het volk
wordt door hen gecreëerd.
Floris-Jan bekijkt beelden van een veertigdelige
televisieserie over corruptie onder de leiders, om te begrijpen hoe de
werkelijkheid is. Hij zou in hun hoofden willen kruipen om te weten wat zich
daarin afspeelt en gaat naar psycholoog Zheng Lifeng, die leiders in zijn
spreekkamer krijgt. Hij zegt dat ze zich gedragen als slechte ouders en soms
ook, zoals Bo Xilai, als rebelse tieners. Bo was tijdens de Culturele Revolutie
een Rode Gardist en schopte zijn vader die een leidende functie bekleedde. Dat
kille maoïsme van hem is op dit moment ongepast.
Floris-Jan weet dat de nieuwe generatie leiders dezelfde
ervaringen heeft gedeeld als Bo. Hij praat daarover met Wu Guoagang, de vroegere
adviseur van Zhao Ziyang die in Victoria, Canada woont. Hij zegt dat na het
gewelddadige optreden tegen demonstranten op het Tiananmenplein in 1989 de
moraal en het idealisme de kop zijn ingedrukt. Het is wachten op een leider die
niet kleurloos is. In New York woont de Chinese dissident Wang Juntao. Volgens
hem kun je in China niet zeggen wat je denkt. Ingewikkelde antwoorden, die in
de Verenigde Staten op een gestoorde geest zouden wijzen, zijn in China
gewenst. De leiders hebben geen visie op de toekomst. Flexibiliteit wordt
gezien als politieke volwassenheid. Geduld wordt beloond. Veel mensen staan
achter Bo Lixai.
Floris-Jan vindt dat laatste verwarrend en gaat naar
burgeractivist Chen Guancheng die in mei j.l. naar de Amerikaanse ambassade
vluchtte en toestemming kreeg om naar Amerika te gaan. Volgens hem wordt het
volk misleid door mooie woorden, die niet worden omgezet in daden.
Floris-Jan komt met een bedreigd gevoel terug in Hong Kong.
Medewerkers van hem werden ondervraagd door de geheime politie. Om een antwoord
te krijgen op de vraag hoe stabiel de leiding is gaat hij opnieuw naar Willy
Lam, die spreekt over een black box als het gaat om de manier waarop besluiten
tot stand komen. De tweede economie ter wereld wordt geleid door een dynastiek
systeem, zoals het vroegere keizerrijk. Na 1989 is de politieke legitimiteit
verzwakt. Openheid is gewenst. Omdat niemand meer gelooft in het communisme
wordt, om zichzelf als leiders te handhaven, ingezet op het nationalisme. Het
Westen krijgt door de propaganda een te rooskleurig beeld van China. Het
Westerse bedrijfsleven houdt door vriendjespolitiek het systeem in stand.
Wu zegt dat geld het nieuwe ideaal is. Het moreel corrupte
regime is sterk afhankelijk van economische groei om het volk tevreden te
houden. De mensen missen steeds meer een geest en een ziel, zegt hij tot zijn
verdriet.
Wat overblijft is een beeld van angstige leiders die
broodjes naar het volk gooien. Dat is een eenzijdig en negatief beeld, maar wel
realistischer dan de facade die de partij toont. De leiding lijkt rimpelloos
als water, maar met een ondoorgrondelijke diepte.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten