Alles of niets zou een radiopraatje kunnen zijn van
Paul Haenen als Margreet Dolman. Ik hoor haar krakerige maar zwoele stem nog op
Radio Stad Amsterdam. Alles of niets. Het zou me niet verbazen dat Dolman daar
wel eens een praatje aan heeft gewijd. Daarin zal ze dan ongetwijfeld gezegd
hebben dat het in het leven niet alles is of niets, maar dat er verschillende
tinten grijs zijn. Met zo’n uitdrukking hoef je vandaan de dag niet aan te
komen, al kan Vijftig tinten grijs ook de naam zijn van een kapsalon in een verzorgingstehuis,
zoals mijn vrouw laatst twitterde.
Is het alles of is het niets? Ik moet denken aan mijn
studententijd toen we streden voor maar vooral lazen over een betere
maatschappij. De kapitalistische maatschappij waarin we leefden was verrot,
slecht, niet de moeite van het bewaren waard. Een van mijn studiegenoten
onderwijskunde, met wie ik vaak samen werkstukken, papers genaamd, maakte, vond
dat onderwijsvernieuwing onmogelijk was omdat alle inspanningen toch in een
onvruchtbare aarde vielen. Het leek op de visie van onze hoogleraar Lea
Dasberg, die, op een ander gebied weliswaar, in die tijd verkondigde dat vrede
onmogelijk was in een maatschappij die gebaseerd is op concurrentie en geweld.
Volgens mijn studiegenoot was er niets aan te doen. We
konden, als we niet de kant op wilden gaan van de Baader-Meinhofgroep, alleen
romans lezen en met onze armen over elkaar afwachten tot de revolutie zou
uitbreken, net zoals ten tijde van de Bataafse Republiek. Nederland eindelijk
verlost van ons muffe koninkrijk. Hij zat in een schoon, warm
driekamerappartement en kookte voor zijn vriendin die de hele dag voor juf
speelde en ´s avonds moe op de bank lag.
Het is alles of niets. Zo keek ik laatst weer naar de
verkiezingsuitslag voor de Tweede Kamer, al was die niet zo spannend als twee
jaar geleden, toen ik aan het beeldscherm gekluisterd zat te hopen dat
goedwillend links Nederland samen eens een meerderheid zou behalen net als in
de tijd van het kabinet Den Uyl in 1973 in onze studietijd, al ging dat ons
studenten toen niet hard genoeg. Natuurlijk veranderde er in 2012 weer niet
zoveel, al is rechts toch inmiddels in de minderheid, zoals Marianne Thieme
voldaan vaststelde. We leven nu eenmaal in een reactionair land, verzuchtte ik,
daar hebben we het mee te doen. Een reactie die veel lijkt op de reactie van mijn
studiegenoot ooit.
De vraag blijft waarom het zo moeilijk is om alle koppen de
goede kant op te krijgen. Laatst hoorde ik de armoede onderzoeker Peter Edelman
uit de Verenigde Staten zeggen dat de middenklasse zich richt naar de bovenlaag
en de onderklasse afstoot. Men wil niet dat die financieel geholpen wordt. Het
lijkt haast een psychologische reactie. Daarnaast spelen een conservatief
geloof en angst voor verandering ongetwijfeld een rol. Gelukkig weet Barack
Obama de harten van veel Amerikanen voor zich winnen.
Inmiddels ben ik niet meer zo van dat alles of niets. De
wereld zal nooit het paradijs worden, waarin mijn studiegenoot met zijn armen
over elkaar op de bank kan blijven zitten lezen. Alles verandert hoewel dat
niet meteen in politieke munt wordt uitbetaald. Van onderop is de maatschappij
in beweging, vooral door burgerinitiatieven, terwijl de parlementaire
democratie verder wordt uitgehold. Het gaat niet om het plaatje maar om de
energie die er achter en onder zit. Iedereen kan daar aan bijdragen, al is het met
een vriendelijke blik of een helpende hand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten