Shorter and shorter
Wim Brands zit vanwege het Crossing Border festival in de
Bibliotheek in Den Haag en houdt de tweede verhalenbundel van Lydia Davis
omhoog, getiteld Varianten van omgemak en andere verhalen. Korte
verhalen, had er ook kunnen staan want dat is het genre dat Davis beoefent.
Brands houdt ook nog haar chapbook Cows omhoog en een
bundel van Russell Edson. Over het eerste horen we niets meer, wel over de door
Davis bewonderde Amerikaanse dichter.
Shorter and
shorter. Die zinsnede is van toepassing op het werk van Davis. Soms
bestaan haar verhalen uit één zin. Het was een reactie op de lange zinnen van
Proust, die ze vertaalde. Het boeiende aan het ultrakorte vindt ze de
compressie ervan, waardoor het in de gedachten van de lezer doorgroeit. Ze
leest het verhaal De moeder voor, waarin een dochter weinig goed kan
doen en steeds door de moeder wordt geprest tot meer en beter. Haar eigen
moeder kon het verhaal niet waarderen, zegt Davis.
Brands merkt op dat ze zelden namen gebruikt.
Davis vindt het moeilijk daar iets over te zeggen, ze
schrijft intuïtief. Namen hebben iets kunstmatigs. De persoonsvorm hij of
zij is dichterbij.
Ze leest een bestaande tekst voor met de door haar verzonnen
titel First Handwriting Practise over het lijden van Jezus. De macht en
het pathos staan hier tegenover de setting, zegt ze.
Hoe lang doe je over een verhaal? vraagt Brands.
Davis schrijft de eerste versie in een uur en schaaft die
dan bij tot alles goed staat.
Ze vertaalde ook Snijders. Hoe kwam ze daarbij?
Naar aanleiding van haar eerste bundel met de intrigerende titel Bezoek aan haar
man (2011) vroeg ze Vincent Merjenberg van uitgeverij AtlasContact dat ze
graag een Nederlandse korte verhalenschrijver zou vertalen. Vincent raadde haar
Snijders aan.
Hoe las je die? wil Brands weten.
Davis kent Duits. Ze begon ooit met De linkshandige vrouw
van Peter Handke, maar raakte in de knoop met diens Namiddag van een
schrijver. Op grond van haar Duitse woordenschat komt ze een heel eind, al
maakt ze soms fouten. Ze dacht bijvoorbeeld dat haan hen was en
geen rooster). Ze gebruikt het woordenboek en stuurt haar vertalingen
naar Merjenberg of andere Nederlandse lezers.
Waarom doe je dat? vraagt Brands.
Davis weet niet precies waarom. Ze vertaalt graag. Ze wil de
tekst in het Engels zien. Ze doet het ook om de wereld te begrijpen.
Brands begint over Russell Edson (1935).
Davis zegt dat hij haar beïnvloedde. Hij noemt zich dichter
maar is meer een verhalenverteller. Ze leest diens A stone is nobody’s
over een liefde en Spring Spleen die een ruiger deel van haar zelf naar
boven brengen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten