Vermakelijk en vervreemdend schouwspel over menselijke
illusies
Na uitstapjes naar de moderne Engelse (Ashes to ashes van Pinter) en de Zweedse maatschappij (Stilte van Norén) en naar de Griekse oudheid (Smekelingen van Euripides), vervolgt regisseur
Olivier Diepenhorst zijn tournee met een excursie naar het zeventiende-eeuwse
Spanje. Hofdichter Pedro Calderón de la Barca schreef in 1635 het mysterieuze koningsdrama Het leven is droom, dat de strijd
verbeeldt tussen een oude Poolse koning en zijn verstoten zoon die zijn hele
jeugd in een grot vastgeketend heeft gezeten en daarna één dag de kans krijgt
om te tonen of hij bij machte is de taak van zijn vader over te nemen. Zo niet
dan staan een neef en een nicht uit Moskou klaar om de troon te bestijgen. Dat
laatste speelt overigens in dit drama met vele intriges slechts als een ideaalbeeld in het hoofd van de koning. De twist tussen neef en nicht gaat daartoe te diep. In ieder geval levert Het leven is droom een vermakelijk en tegelijk vervreemdend
schouwspel op over illusies die mensen najagen en dromen die werkelijkheid
lijken of omgekeerd.
Nog voor aanvang van de voorstelling loopt het zevenkoppige
gezelschap rond tussen de kleren die in een voddenmassa op de grond liggen,
alsof ze op zoek zijn naar kledingstukken waarmee ze hun rollen nog beter kunnen invullen.
Kleren maken de man en de vrouw, ook aan de zeventiende-eeuwse Poolse hof,
waarin ieder zijn of haar aandeel in het ongeluk heeft en er altijd wel wat te
klagen valt. Sigismond (Krisjan Schellingerhout), de allertreurigste, staat er
in zijn onderbroek verloren bij. Het enige dat hem ten dienste staat is een
gele sluier die door de scherpzinnige bediende Clotaldus (Joep van der Geest) wordt
gebruikt om Sigimond terug te halen als hij teveel belangstelling heeft voor de
als man vermomde Rosaura (Julia Akkermans). Deze edelvrouw is uit Rusland
gekomen om zich te wreken voor een onrecht dat haar is aangedaan en stuit per ongeluk op het ongelukkige schepsel. De lompen
spelen ook een fraaie rol als koning Basilius (Titus Muizelaar) in een fraaie
donkerrode mantel het woord neemt om met drie redenen uit te leggen waarom zijn zoon
de troon mag uitproberen. De groep gaat niet alleen op de knieën, maar maakt
zich onzichtbaar tussen de vodden, bediende Clotaldus voorop. Nog later vormen ze
een kleurig element in het luchtkasteel dat op podium verrijst, vlak nadat
Rosaura haar ware identiteit bekend heeft gemaakt en nog voor ze zich weer
vermomt, als kamenierster dit keer.
Opnieuw is de vierde Toneelschuurproductie vormvast. Dit
keer heeft dat te maken met de verzen van Calderón, die door Eric Coenen in 2007
magistraal in een nieuw jasje zijn gestoken na de eerdere vertaling van Dolf
Verspoor. Rijm en het metrum laten te midden van alle zelfbeklag veel ruimte
voor taalgrappen. Rosaura, die later recht door zee en met een blinkend zwaard voor
haar eigen eerherstel zal strijden, krijgt meteen de lachers op haar hand met
haar opmerking dat men de ellende juist opzoekt om de opluchting te ervaren die
het gevolg is van het uiten ervan. Dit soort humor houdt het drama licht. Dat
geldt ook voor de rol van Klaroen (Bart Bijnens), de kompaan van Rosaura, die zijn
oor te luisteren legt, veel aan de weet komt, daardoor wordt opgesloten en
vervolgens door de zich onontkoombaar in lettergrepen opdringende groep wordt
aangezien als troonopvolger, of in zijn eigen woorden: gesigismondiseerd. Zijn
verbazing dat men blijkbaar daar iedereen die men opsluit een kans op de troon
gunt, is een mooi voorbeeld van deze lichtheid.
De muziek van Stan Verberkt, die opklinkt als geluiden in een grot, versterkt het
ronddolen van Sigismond tussen de kledingstukken, die later in het luchtkasteel unheimische schaduwen in het door zaklampen
beschenen duister werpen. De koningsdag waarop Sigismond door de groep wordt aangekleed en op de schouders genomen (zie foto van Pieter van een Boogert), vormt dramatisch
gezien een van de sterkste scènes uit de rijke voorstelling. De hallucinerende
beschouwing van Sigismond over zijn ervaring van één dag geeft het nodige te
denken over het menselijk streven naar macht. Het is alleen jammer dat de Spaanse dichter de behoefte had om harmonieus te eindigen. Een vervreemdend einde had
de toeschouwer nog meer overrompeld. In de politieke wereld van vandaag gaat
het toneelstuk in ieder geval verder. Lees de krant er maar op na en vraag u af
of het allemaal wel echt is wat we over ons uitgestort krijgen. Grote kans dat
u zich in een droomwereld bevindt.
Hier meer
informatie op de site van de Toneelschuur. Hier
mijn bespreking van Smekelingen, hier
die van Stilte, hier
die van Ashes to ashes.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten