Virtuele wapens in de strijd om de gunst van desperate
jongeren
Hans Busstra die vorig jaar de documentaire Sayfo maakte
over de Aramese genocide in 1915, regisseert een programma over de terreurorganisatie
IS, die niet alleen door de onthoofdingen een enorme impact heeft, maar haar
ideologie ook met beelden uiteenzet, die via de sociale media worden
uitgezonden. De illusie van een kalifaat, waar het leven goed is en de mensen
gelijk, heeft een grote invloed op desperate jongeren.
Onderzoeksjournaliste Saoud Mekhennet van de Washington Post
zoekt na de aanslagen in Brussel naar de identiteit van de aanslagplegers. Ze
heeft eerder via stemanalyse de Britse jihadist ontdekt die verantwoordelijk
was voor de onthoofding van de Amerikaan James Foley. De Amerikanen hebben
geprobeerd de media afdeling van IS, die Al-Hayat heet, te vernietigen maar dat
is nog nooit gelukt. De media zijn voor IS net zo belangrijk als de fysieke
strijd. Er zijn altijd camera’s aanwezig bij de acties. Mekhennet praatte met gevluchte
cameramensen die met een onbekende opdracht op pad werden gestuurd en
bijvoorbeeld de moord op vijandelijke soldaten in onderbroek moesten filmen.
Andere vijanden werden met veel omhaal verwelkomd in de organisatie. IS weet
dat het belangrijk is om met een videoverhaal jongeren over te halen om zich
bij hen aan te sluiten. Met bombardementen is zoiets niet tegen te houden.
Terrorisme expert J. M. Berger zegt dat in de video’s geweldsfantasieën
worden uitgeleefd. Men schept daarnaast een illusie van een volmaakte
samenleving in het kalifaat. Door het inzetten van virtuele wapens bindt IS veel
meer jongeren aan zich dan Al-Nusra. Door een app te ontwikkelen wordt
informatie binnen korte tijd op grote schaal gedeeld. De videobeelden geven,
net als met games, de illusie dat men zelf deel uitmaakt van de strijd. Het
geweldsniveau wordt door IS steeds meer opgeschroefd.
In Toronto woont Mubin Shaikh (zie foto), die eerder zelf een jihadist
was en een training in Syrië kreeg, maar door een sjeik weer op het rechte pad
werd geholpen en daarna infiltreerde in groepen jonge Canadezen die naar Syrië
wilden. Hij werd gevraagd om trainer te zijn in een opleidingskamp. Door te
infiltreren ontlokte hij veel informatie aan de jongeren. Hoewel die verder
verspreid werd, kon hij toch de nodige onheil voorkomen. Het kalifaat is
populair vanwege de zwakke leiding in het westen en de dictaturen elders. Het
terrorisme wordt gezien als heldendom. Hij laat een geënsceneerde video zien
waarop een Canadese jongere door IS als kanonnenvoer gebruikt wordt. Anders dan
de islam ziet hij IS als een doodscultus. Integratie is van het grootste belang
om onderdrukten en ook onderdrukkers te helpen.
In Molenbeek heeft Montasser Al-De’ emeh een centrum
opgericht dat wil helpen om jongeren te deradicaliseren. Dat is niet gemakkelijk
is in een gepolitiseerde wereld waarin ongelukkige jongeren liever een het
martelaarschap verkiezen boven liefde voor het leven. De werkwijze van IS lijkt
op die van een sekte die haar leden hersenspoelt. Het centrum helpt ook ouders
van geradicaliseerde jongeren door middel van een lotgenotengroep. Kennissen
van vertrokken jihadstrijders kunnen met hun zorgen in het centrum terecht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten