Elk portret is een zelfportret
Marlies Huitink en Fred Jan van den Eerenbeemt maakten een
mooi portret van de
Spaans Nederlandse kunstenares Lita Cabellut (Sarinena, 1961),
die levensgrote schilderijen van mensen maakt op basis van een fresco techniek.
Zelf zegt ze daarover dat zij door mensen te schilderen zichzelf probeert te
vinden. Elk portret is daarom een zelfportret. Helaas zien we haar niet bezig
tijdens het maken van zo’n portret.
Cabellut kiest de doeken die ze voor een tentoonstelling in
Londen wil gebruiken. De aanwezige lijnen geven aan hoe het portret daar op
komt te staan. Ze schildert graag underdogs zoals zijzelf. Ze bewondert Coco
Chanel die het van arm meisje tot beroemdheid heeft gebracht. Ze schilderde
haar als gewoon mens. Haar gereedschap brengt haar tot de kelders van het
gevoel. Vakmanschap komt eerder bij het gevoel vandaan dan vanuit het denken. Ze
wil niet steeds hetzelfde maken, maar zich blijven ontwikkelen. De grootheid
van haar werk zit in het proces waar ze mee bezig is. Het is moeilijk puur en
eerlijk te blijven.
Cabellut werd geboren in een dorp in de nabijheid van
Barcelona en ging later ook naar de stad toe. De leefwijze van haar moeder als
caféhoudster maakte dat ze haar kinderen niet kon onderhouden, zodat Lita met
drie maanden naar haar grootouders in Barcelona ging. Haar vader heeft ze nooit
gekend. Ze loopt rond op het plein in de stadswijk El Raval waar ze opgroeide.
Dat was in de tijd van Franco een getto. Ze bestalen argeloze voorbijgangers en
haalden tegen de schemering muntjes uit de fontein. In een restaurant kwam
iedereen uit de wijk samen. Lita kreeg via de achterdeur wel eens eten mee en
voelde zich dan vereerd. De lichtval in de wijk gebruikt ze nog steeds in haar
werk.
Na de dood van haar oma ging Lita op haar achtste weer bij
haar moeder wonen. De woning waarin ze met zijn zessen woonden was ook een
werkplek. Lita vertelt dat er dingen gebeurden die niet goed waren voor de ogen
van een kind. Ze wil er daarom ook snel vandaan. In een welgesteld pleeggezin
beleefde ze een tweede geboorte. Haar pleegmoeder nam haar mee naar het Prado
en toen wist Lita meteen wat ze in haar leven wilde. Ze deed in Nederland de
Rietveldacademie en leerde daar experimenteel te schilderen. Ze vindt dat er daarnaast
ook veel oefening nodig is om tot vrijheid te komen.
In opdracht van Buitenlandse Zaken maakte ze een expositie met
Hollandse meesters in Mumbai. Een Nederlandse handelsmissie kwam daar op
bezoek. Titel van de tentoonstelling die door Mark Rutte werd bezocht, is The black tulip. Die staat volgens haar
symbool voor de onverzettelijkheid van de Hollanders, iets wat mooi in het
straatje van Rutte past. De portretten zijn tijdloos. Eelco Brinkman stond
model voor een portret van een man die kritisch de wereld in kijkt. Een
godsdienstig leven legde het in die tijd af van de handel.
Lita loopt rond in de stad en herkent de armoe van vroeger.
De weelderige natuur staat in scherp contrast met het leven dat daarin geleid
wordt. Een jonge vrouw die in zichzelf loopt te praten heeft een manier
gevonden om te overleven. Zelf is Lita graag in de natuur omdat die minder
prikkels uitzendt en meer in contact brengt met het gevoel en de aarde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten