Meningsvorming essentieel voor democratisch proces
Vanuit de Gerardus Majella kerk in Amsterdam Oost praat
Clairy Polak over democratie en propaganda met schrijver Ian Buruma, psycholoog
en filosoof Kees Kraaijeveld, filosofe Daan Roovers en politicoloog Jaron
Harambam (zie foto). Een van de kwesties die aan de orde komen is hoe om te gaan met
nepnieuws.
Polak komt met het voorbeeld van de oorlog in Irak in 2003.
Achteraf bleek de Westerse bevolking erin geluisd. Het besluit tot de oorlog
werd genomen op grond van misleidende informatie. Saddam Hoessein bleek geen
massavernietigingswapens te hebben en ondersteunde evenmin het terrorisme.
Buruma zegt dat de leugens niet moeilijk te doorzien waren.
Harambam zegt dat de misleiding ervoor zorgde dat men ging nadenken over andere
complotten. Roovers stelt dat het naïef is om te denken dat zoiets niet zou
kunnen gebeuren. Machthebbers nemen graag een loopje met de waarheid.
Kraaijeveld zegt dat veel informatie niet bedoeld is om waarheid te verspreiden
maar om iets voor elkaar te krijgen, bijvoorbeeld om oorlog te kunnen voeren in
Irak. Mensen luisteren graag naar verhalen, die echter leugens kunnen bevatten.
Feiten zijn belangrijk in een democratie.
Polak vraagt of een onderscheid moet worden gemaakt voor
propaganda door een regering en een politieke partij of een bedrijf.
Buruma stelt dat een politieke partij een boodschap wil
uitdragen en haar programma aan de man wil brengen. Een regering heeft minder
mogelijkheden de werkelijkheid een draai te geven, al doet Trump alsof het hem
niet kan schelen of iets waar is. Kraaijeveld gaat in op propaganda op het
gebied van vaccinatie en biotechnologie. Hij wil de controlefunctie van de
journalistiek nieuw leven inblazen. Roovers begint over voorlichters van de
overheid die een beleid proberen te verkopen. Harambam stelt dat
overheidsinformatie niet neutraal is. Voorlichters zijn propagandisten. Geopolitieke
motieven spelen mee. Duidelijkheid over de ideologische kaders is geboden.
Polak neemt aan dat de door de overheid ingestelde
adviesraden en kennisinstituten toch wel onafhankelijk zijn.
Harambam blijft erbij dat kennis nooit neutraal is. Buruma
en Kraaijeveld vinden dat daar wel iets op af te dingen valt. Kraaijeveld vindt
dat we kennisinstituten moeten kunnen vertrouwen. Rovers zegt daarover dat we
kennis moeten relateren aan belangen maar die daartoe niet moeten reduceren.
Harambam vindt de tegenstelling tussen absolute waarheid en relativisme vals.
Daartussen bestaan vele vragen. Zelfs de New York Times gaat naar aanleiding
van de botsing met Trump de eigen waarheden nog eens tegen het licht houden.
Kraaijeveld zegt dat het geloof in het relativisme het einde van de feiten zou
betekenen. Roovers vindt onverschilligheid een groter probleem dan het
relativisme. In de politiek gaat het niet om de feiten maar om het oordeel
daarover.
Polak stapt over op het internet en vraagt zich af hoe men
weet dat nieuws betrouwbaar is in een wereld met vele parallelle circuits.
Buruma is niet pessimistisch over het internet. Straks zijn
daarop misschien ook wel redacteuren te vinden. Kraaijeveld zegt dat internet
in de kinderschoenen staat en straks haar kinderziektes overleefd zal hebben. Nieuwe
vertrouwensstructuren zijn noodzakelijk, want anders is men stuurloos. Roovers
vraagt aandacht voor het belang van meningen. Ze vindt het gevaar van
manipulatie groter dan de overvloed aan meningen. Ook Harambam ziet niet zo
duidelijk het gevaar van internet. Vroeger hoorde men dezelfde geluiden toen
kranten en televisie verschenen. Internet biedt de mogelijkheid om buiten de
eigen kring rond te kijken.
Polak vraagt echter of internet nog in de hand te houden is.
Kraaijeveld merkt snedig op dat dit soort termen niet bij
internet past. Het is van belang de eigen positie te kennen. In zijn artikel We zijn de waarheid uit het oog verloren
(de Volkskrant, 8 oktober 2016) gaat hij in op de waarde van de waarheid.
Roovers vindt de meningsvorming belangrijker dan de meningsuiting. Als kinderen
het Jeugdjournaal ontgroeid zijn, zijn ze moeilijk nog te vinden. Harambam
stelt dat er meerdere waarheden kunnen zijn en dat er op school aandacht
besteed moet worden aan meningsvorming. In dat laatste kan iedereen zich
vinden.
Hier mijn verslag van de eerste uitzending over democratie
en identiteitspolitiek.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten