Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



maandag 20 april 2015

Ad Fransen over Vaderskind, VPRO–Boeken, 19 april 2015



Zoon van een Nederlandse SS-er, die zich na de oorlog onjuist bejegend voelde

Wim Brands zegt in zijn inleiding dat Ad Fransen op de verjaardag van Adolf Hitler geboren is en door zijn vader naar hem vernoemd werd. Wat moet dat voor een man zijn?

Fransen spreekt van een drietrapsraket. Eerst Adolf genoemd worden, dan op 20 april jarig zijn en dan ook nog een vader hebben die bij de SS zat. Hij probeerde zijn vader in zijn boek Vaderskind te doorgronden, maar kwam niet verder dan dat zijn vader diens moeder wilde plezieren. Op de omslag van het boek kijkt hij blij, maar na de oorlog werd hij uitgekotst en probeerde zijn gevoel van trots over te brengen op zijn zoon. Een typisch geval van projectie.

Brands vraagt zich af hoe ze op het stadhuis gekeken hebben toen de vader zijn kind aangaf.
Fransen veronderstelt dat ze net zo verbaasd keken als de douaniers naar zijn paspoort keken. De familie van zijn moederskant wilde zelfs niet naar de eersteling komen kijken.

Brands wil iets van het raadsel van de vader ontsluieren en vraagt naar de grootmoeder van Fransen.
Zij was een felle nationaal socialiste, die een portret van Hitler boven haar bed had hangen, geflankeerd door Mussert en Göring. Fransen kwam dat aan de weet in de archieven in den Haag waar alles over foute landgenoten is opgeslagen. Haar man was een poelier, ook al met nationaal socialistische sympathieën, die graag anderen verried. Fransen vond in een oorlogsmuseum een instructiefilmpje waarop zijn vader voorkomt met een radiokast onder de arm. Omdat zijn vader in het leger marconist was, noemde Fransen hem in zijn boek de of Der Funker, een benaming die de nodige afstandelijkheid schiep. Het filmpje met marcherende soldaten is opgenomen in de buurt van Epe. De man was ook bewaker in Kamp Amersfoort, tenminste in de buitenring van het kamp, al wist hij precies wat zich daar binnen afspeelde, zo vertelde hij wel eens aan zijn zoon.

Brands vindt de uitspraak ‘Dat had je me wel eens mogen vertellen’ de rode draad in het boek.
Fransen vertelt dat zijn vader altijd sprookjes vertelde over zijn verleden. Zo had hij de O op zijn arm verdiend in het circus. Fransen stond daarom tijdens zijn onderzoek voortdurend met lege handen. Het was als het kijken met een loep naar een heel klein geval. Hij kwam er niet uit en dat was frustrerend. Daarom maakte hij zijn eigen verhaal.

Brands denkt dat zoiets het verleden minder erg kan maken.
Fransen paste daar voor op. Zijn vader maakte zijn moeder medeplichtig door haar op te dragen in de zomer overhemden met lange mouwen voor hem te kopen zodat men de O op zijn arm niet zou zien. Op het strand durfde hij die wel te tonen, want daar was hij omringd door kameraden, die zoiets niet vreemd vonden.

Brands denkt dat het pijn moet hebben gedaan de geschiedenis weer op te rakelen.
Vooral de ontdekking dat zijn vader Kamp Amersfoort bewaakte deed pijn, zegt Fransen, omdat daar allerlei tegenstanders van de nazi’s gevangen zaten. Het kamp werd geleid door de sadistische Kotälla die uit een psychiatrische inrichting kwam en mannen graag tussen de benen trapte. Zijn vader zat nog met hem vast in de koepel van Breda.

Brands vraagt nog eens wat zijn vader gedreven heeft en dat is volgens Fransen het verrotte milieu waar hij uit kwam. Op zijn eenentwintigste had hij weinig andere keuzen dan de Arbeitseinsatz te vervullen. Zijn andere broer zat ook al bij de SS.

Voor de verandering stelt Fransen aan Brands de wedervraag wat hij van zijn vader denkt. Brands vindt het moeilijk daarop een antwoord te geven. Fransen zegt dat zijn vader zich altijd verbolgen voelde over Nederlanders die het allemaal zo goed wisten.  

Brands vraagt of zijn vader later wel eens iets liet merken van schuld- of schaamtegevoelens.
Fransen zegt dat hij zich eerder schaamte over zijn vader. Die vond dat ze hen iets hadden aangedaan. Daarmee doelde hij niet op de Nazis, maar op de Nederlanders die hem vijf jaar lang opsloten.

  

3 opmerkingen:

  1. Voor Ad Fransen heb ik grote bewondering. Voor zijn werk als journalist, als interviewer (het fantastische boekje over Gerard Reve), voor zijn werk als schrijver. Fransen is ongenadig eerlijk voor zichzelf. Lees Coke. Het interview met Wim Brands vond ik verschrikkelijk, omdat Wim Brands een soort uitvergrote karikatuur (kan dat?) van Andries Knevel van de EO is. De soort morele hijgerigheid van die man is onuitstaanbaar. Ad Fransen hield zich godzijdank overeind. Ik zal zijn boek Vaders kind direct gaan lezen. Adolf Fransen deugt.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. anoniem is franscarel...dan weet Ad Fransen wie ik ben.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ik kijk zelf al een hele tijd naar Het meisje met de mooiste heupen, Franscarel!

      Verwijderen