Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



maandag 14 november 2016

A. F. Th. Van der Heijden over Kwaadschiks, VPRO Boeken, 13 november 2016


Kwantiteit is ook een kwaliteit

Deel zes van De Tandeloze Tijd is uit! Het verschijnt ter gelegenheid van de 65-ste verjaardag van A. F. Th. Van der Heijden. De roman Kwaadschiks kent zo’n 1200 pagina’s en is weer een voorbeeld van diens, net als de auteur zelf, steeds meer uitdijende oeuvre. Jeroen van Kan ondervraagt de schrijver en is zeer goed op dreef. Zijn vragen zijn zeer to the point en stellen de gast op de proef. Iets waar die dan weer glansrijk in slaagt.

Van Kan vat het boek, gebaseerd op een moordzaak in 2008 in Amstelveen, in een paar zinnen samen. Hoofdpersoon Nico Dorlas wil zich in de dood verenigen met zijn gevluchte vriendin Desy en gaat daartoe naar haar huis in Amstelveen. Daar gijzelt hij zijn stiefzoon, al is het niet zeker of die zich echt in het huis bevindt. Van Kan wil er verder niet veel over zeggen vanwege het spoilereffect.
Van der Heijden zegt dat de uitkomst bekend is maar dat de roman toch de spanning vasthoudt omdat men pas aan het slot weet wie de moord overkomen is.

Van Kan zegt dat de roman, die zich in een ruim bemeten etmaal afspeelt, veel verschillende wegen openzet naar mogelijke verklaringen van de moord.
Van der Heijden heeft Kwaadschiks gemodelleerd naar het spel Balletje balletje. Hij wilde een portret schetsen van een reclameman die in een dag tijd een psychopaat wordt. Een lone wolf zouden we tegenwoordig zeggen.    

Van Kan noemt Ernst Quispel, hoofdpersoon uit Advocaat van de hanen, die Dorlas bijstaat en hem ook spiegelt.
Van der Heijden zegt dat Quispel Dorlas ziet als zijn verloederde tweelingbroer, een totaaldrinker, anders dan de kwartaaldrinker die hij zelf is. Van der Heijden voelt zich aangetrokken door de val van personen, zoals verbeeld in Griekse tragedies of het bijbelboek Job.

Van Kan vraagt of hij zijn eigen fascinatie in zijn personages legt.
Van der Heijden wil niet teveel in zijn eigen ziel kijken uit angst dat hij daarmee zijn literaire motor stillegt. De bevrediging na het uitkomen van een nieuw boek legt het af tegen het opzetten van een nieuw project. Hoewel hij nog genoeg materiaal in de kast heeft liggen, is het verslavend om aan iets nieuws te beginnen.

Van Kan vraagt of hij de motor onder controle kan houden.
Van der Heijden antwoordt dat die prettig oncontroleerbaar is. Het schrijven brengt hem in een roes. De dood van zijn zoon Tonio heeft die roes alleen maar opgedreven. Zijn zelfkastijding heeft een manische kant. Hoewel hij veel verhaallijnen in schema’s heeft vastgelegd, blijft er genoeg over dat niet ingevuld is. Daarbij heeft hij steun van zijn bibliograaf Jan Brands die zojuist Groepsportret heeft uitgegeven waarin men alle personen uit De Tandeloze Tijd kan opzoeken. Door zijn goede geheugen blijft de lijn in het verhaal gewaarborgd. Volgens Van der Heijden moet men daar overigens niet al te verliefd op zijn, want voor men het weet stapelt men vergelijkbare scènes op elkaar.

Van Kan zegt dat hij de overdaad niet te lijf gaat.
Van der Heijden noemt zichzelf nu eenmaal geen schrijver die uitgebeend te werk gaat. Voltaire zei dat kwantiteit ook een kwaliteit was. Desondanks heeft hij toch driehonderd bladzijden uit zijn boek gehaald om het gezeur voor te zijn. 

Van Kan refereert aan het feit dat de breedte ook zijn program is.
Van der Heijden antwoordt dat in Vallende ouders, het eerste deel van De Tandeloze Tijd, gesproken wordt over een manier om de tijd stil te zetten en uit te rekken. In Kwaadschiks heeft hij dit concept op Dorlas geprojecteerd.   

Van Kan wil weten hoe hij afscheid heeft genomen van de naargeestige Dorlas.
Van der Heijden antwoordt dat die met de liefdesdood een stilte vond die hij in zijn leven moeilijk kon vinden.

Van Kan vraagt of dit een spiegel is van hemzelf.
Van der Heijden zegt dat hij ook maar gestuurd is, maar dat hij het zichzelf ook niet te gemakkelijk wil maken. Zijn fascinatie met mensen die een roes zoeken, komt voort uit zijn verwondering over zijn vader die een nare weekenddrinker was, terwijl hijzelf van de drank alleen maar vrolijk wordt.



2 opmerkingen:

  1. ik heb de voorgaande delen allemaal, volgens mij. het is wel lang geleden

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ja, Liz dat begon al in 1983 in de provincie en verliep via het plavseisel over het moeras naar de grootstedelijke sfeer waarin de drankzuchtige advocaat Ernst Quispel zijn inspanningen voor een kraker verrichtte. Daarna is het voor mij gestopt. De helleveeg kijk ik nog wel eens als film.

    BeantwoordenVerwijderen