Wat men doet is belangrijker dan waar men woont
Michaïl Sjisjkin is een van de belangrijkste
hedendaagse Russische schrijvers. Hij heeft niet veel op met de baas van
zijn land. En dat is zacht uitgedrukt.
Chef NRC Boeken Michel Krielaars leidt de avond in, die wordt georganiseerd door de Rode Hoed en SLAA. Hij is vijf jaar correspondent geweest in Rusland en heeft, hetgeen belangrijker is voor het onderwerp van vanavond – Literatuur in het hedendaagse Rusland - veel Russische literatuur gelezen. Hij kreeg onlangs een lijst in handenvan dertig moderne Russische schrijvers waarvan hij er maar twee kende. Dat zegt veel over onze kennis van de hedendaagse huidige Russische literatuur. Michaëil Sjisjkin (zie foto) is in Duitsland een sterauteur. Kielaars noemt zijn roman Onvoltooide liefdesbrieven hypersensitief en vergelijkt die met Speak, Memory van Nabokov. Krielaars roept hem en de twee andere gasten naar voren: Ellen Rutten, die sinds een jaar hoogleraar Slavische letterkunde aan de UvA is en Arnout Brouwers, voormalig correspondent van de Volkskrant in Rusland en net terug uit dat land.
Chef NRC Boeken Michel Krielaars leidt de avond in, die wordt georganiseerd door de Rode Hoed en SLAA. Hij is vijf jaar correspondent geweest in Rusland en heeft, hetgeen belangrijker is voor het onderwerp van vanavond – Literatuur in het hedendaagse Rusland - veel Russische literatuur gelezen. Hij kreeg onlangs een lijst in handenvan dertig moderne Russische schrijvers waarvan hij er maar twee kende. Dat zegt veel over onze kennis van de hedendaagse huidige Russische literatuur. Michaëil Sjisjkin (zie foto) is in Duitsland een sterauteur. Kielaars noemt zijn roman Onvoltooide liefdesbrieven hypersensitief en vergelijkt die met Speak, Memory van Nabokov. Krielaars roept hem en de twee andere gasten naar voren: Ellen Rutten, die sinds een jaar hoogleraar Slavische letterkunde aan de UvA is en Arnout Brouwers, voormalig correspondent van de Volkskrant in Rusland en net terug uit dat land.
Krielaars vraagt Sjisjkin, die voor de eerste keer in
Nederland is, naar de stand van zaken van de Russische literatuur.
Sjisjkin antwoordt nogal laconiek dat het altijd hetzelfde
is: mensen zitten en schrijven en niemand kent ze. Pas vijftig jaar later
worden ze bekend.
Krielaars vraagt zich af hoe het komt dat we moderne Russische
schrijvers niet kennen.
Sjisjkin zegt dat Rusland honderd jaar geleden nog het
centrum van de wereld was, maar dat het daarna bergafwaarts is gegaan. De
deuren gingen dicht, er ontstond een gevangenisliteratuur. Inmiddels staan ze
wagenwijd open, maar de westerse lezer kan zich niet identificeren met de
problemen van de moderne Russische schrijvers. Sjisjkin vindt het tijd dat ze
terugkeren naar algemene verhalen over de menselijke conditie.
Zelf doet hij dat in Onvoltooide
liefdesbrieven, zegt Krielaars. Daarin focust hij op gebeurtenissen van voor
de Russische revolutie, ten tijde van de Bokseropstand in China.
Sjisjkin ontkent dat zijn roman over het verleden gaat. Het
gaat juist over de toekomst.
Krielaars vraagt Rutten waar het literaire leven zich in
Rusland afspeelt.
Rutten zegt dat het zich tegenwoordig ook online afspeelt.
Het debat op internet is gevarieerd en levendig. Helaas is er in het Westen
weinig animo voor huidige Russische schrijvers, die ooit als een gevaar voor
het regime werden gezien. Ze is blij dat schrijvers, anders dan journalisten, niet
meer vervolgd worden. Sjisjkin zegt dat schrijvers vroeger de enige bron informatie
waren, maar dat dit al lang niet meer zo is.
Krielaars vraagt Brouwers of de Russische maatschappij
autocratischer is geworden.
Dat lijkt erop als je het beeld van Rusland in de
Nederlandse media ziet, maar tegelijk gaat het leven door. Op internet worden ondanks
de repressie boeiende debatten gevoerd. Van onderop ontstaan daardoor een
alternatieve ruimte.
Krielaars vraagt Sjisjkin te vertellen waarom hij ooit
weigerde deel uit te maken van een Russische delegatie in New York.
Sjisjkin zegt dat de staat vijftien jaar geleden de
literatuur in het buitenland promootte, maar de laatste jaren schrijvers misbruikt
voor eigen doeleinden. Daar wilde hij niet aan meedoen. De oude dictatuur was
gebaseerd op slaven, de nieuwe heeft die niet meer nodig. Men wordt rijk van de
verkoop van olie en gas. Ze investeren de inkomsten niet in de maatschappij
maar sluizen die weg. Dat Poetin bang is voor het volk bleek uit beelden van
zijn inauguratie in mei j.l. toen hij door lege straten naar het Kremlin werd
gereden. Mensen die kritiek op hem hebben kunnen vertrekken. De grenzen staan
open. Veel begaafde jonge mensen zijn inmiddels naar het Westen vertrokken en
komen niet meer terug. De intellectuelen zitten opgesloten in een internetgetto
terwijl de bevolking wordt gehersenspoeld door de staatstelevisie.
Brouwers vraagt zich af of de Poetin kliek werkelijk zo slim
is.
Sjisjkin bevestigt dat ze niet slim zijn. Ze voeren een ad
hoc beleid. Zie Navalny die eerst werd opgesloten en vervolgens weer werd vrijgelaten.
Krielaars haalt een uitspraak van Sjisjkin aan waarin die zei
dat er twee Ruslanden zijn: die van de stadsbevolking in Moskou en Sint
Petersburg en de rest van het platteland.
Volgens Sjisjkin gaat het om een voortzetting van de
toestand in de vorige eeuw, maar dat het platteland zich kan ontwikkelen. Alle
landen gingen door een patriarchale fase naar democratie. Helaas faalde dat
toch nog toe in Rusland. In 1917 door de Eerste Wereldoorlog, in 1989 door het
gemis aan een burgerbeweging, maar inmiddels is die middenklasse er wel. Geen dictatuur
heerst voor altijd.
Rutten wil weten hoe hij dan de doorbraak ziet naar
democratische verhoudingen.
Sjisjkin zegt dat niemand meer revolutie wil, maar dat
informatie over de huidige toestand belangrijk is. De oppositie gaat daarmee de
straat op. Medewerkers van Poetin zullen hem op den duur afvallen. De
oligarchen hielpen hem aan de macht maar zullen hem weer laten vallen nu hij van
een grijze muis veranderd is in een grote rat.
Krielaars ziet ook andere tendensen, zoals een opkomend
nationalisme, dat zich onlangs in de metro manifesteerde met bruut geweld tegen
buitenlanders.
Sjisjkin beaamt dat het geweld wreder is dan in het Westen.
Krielaars vraagt of Russische schrijvers geen moreel appèl
kunnen doen.
Sjisjkin antwoordt dat de mensen die zo’n appèl nodig hebben,
net als het Kremlin, geen boeken lezen.
Krielaars vraagt of Sjisjkin die veel tijd in Zwitserland doorbrengt,
Rusland niet mist.
Sjisjkin antwoordt dat wat men doet belangrijker is dan waar
men woont. Hij schrijft niet over Poetin, want straks is die immers van het
toneel verdwenen. Hij richt zich liever op menselijke waardigheid.
Krielaars vraagt Brouwers te vertellen over de situatie
waarin journalisten moeten werken.
Brouwers zegt dat er sprake is van intimidatie en geweld.
Vanuit de Kaukasus komen verhalen niet meer door. De elite wordt door
demonstraties in politiek opzicht gespleten. Een deel kiest voor de oppositie.
Wellicht komt de verandering straks daar vandaan. Men straalt positieve energie
uit, beaamt ook Rutten.
De pauze wordt ingevuld met een sonate van Galina
Ustvolskaija, gespeeld door Tomoka Mukaiyama. Het stuk geeft de complexiteit van
de situatie weer, zegt Krielaars na afloop.
Sjisjkin leest een fragment voor uit Onvoltooide liefdesbrieven. Krielaars leest vervolgens de vertaling
voor. Die gaat over woorden die bedriegen. Al het belangrijke gaat woorden te
boven.
Sjisjkin demonstreert dit aan de hand van zijn
sprakeloosheid tijdens een verliefdheid op zestienjarige leeftijd. Een
schrijver moet dode woorden nieuw leven inblazen. Hoofdpersoon Volodjenka is een
jonge schrijver maar wil het leven aan den lijve ervaren. De ervaring van de
dood leidt tot levenswijsheid en begrip.
Het gesprek gaat verder over de moeilijkheid om literatuur over
het binnenland te verspreiden. Men is in de greep van monsterlijke uitgeverijen
die commerciële pulp over het land uitstrooien. Vroeger kregen bibliotheken in de
provincie boeken aangeboden, nu krijgen ze alleen boeken uit het commerciële systeem.
Gelukkig is er online veel beschikbaar.
Rutten zag een revival van kleine bibliotheken in Moskou, gesteund
door overheidsgeld, maar
Sjisjkin zegt dat zoiets een druppel op een gloeiende plaat
is.
Krielaars begint erover dat Westerse politici geen kritiek
op Poetin durven te hebben vanwege de olie- en gasbelangen.
Sjisjkin is duidelijk. Poetin wordt niet gesteund door de
bevolking. Zijn regime wordt in stand gehouden door het Westen. Merkel durfde geen
kritiek te spuien tegen Poetin over NGO’s die in Moskou vernield waren. De
Olympische Spelen in Sochi zijn het paradepaardje van het regime, betaald met
geld van het volk.
Brouwers beaamt dat de Spelen belangrijk zijn voor Poetin.
Hij berichtte eerder over slechte arbeidsvoorwaarden, maar kreeg daarop weinig
respons. Pas over de homowet werd het Westen wakker. Hij noemt onze boosheid selectief.
Nederland is een van de voornaamste gasimporteurs uit Rusland.
Sjisjkin zegt dat Nederland moet weten dat het gas gestolen
wordt van de bevolking en dat sporters misbruikt worden door het regime.
Rutten vindt het een moeilijke discussie. Ze vindt het ook
belangrijk in contact te blijven.
Sjisjkin kan zich dat voorstellen.
Zelf denk ik dat Nederlandse schaatsers een scheve schaats
rijden door zich afzijdig te houden van de politiek en zich alleen te
concentreren op de medailles. Wat is de waarde van een gouden plak in
vergelijking tot de wantoestanden in Rusland? Het zou hen sieren als ze
daarover iets naar buiten zouden brengen.
Morgen mijn recensie van Onvoltooide
liefdesbrieven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten