Een leven in kunst verwerkt
De inmiddels 84-jarige Armando is een veelzijdig kunstenaar,
die met assistentie nog bijna dagelijks schildert. Hij werkt zo’n vier uur
achter elkaar door tot het doek af is, want hij wil wel weten hoe het afloopt.
Hoe goed is je geheugen? vraagt Wim Brands, die naar
aanleiding van de nieuwe dichtbundel Stemmen
een gesprek heeft bedacht langs de lijnen van geheugen en herinnering.
Armando zegt dat het helaas nog erg goed is. Mensen zonder
herinneringen hebben volgens hem een gemakkelijker leven. Hij ziet zichzelf ook
nog niet dementeren.
Brands vraagt hoe hij aan zijn gedichten komt.
Armando zegt dat ze sinds zo’n twintig jaar bij hem binnen komen.
Van jongs af aan wilde hij kunst maken, kunstenaar worden. Vrijheid was daarbij
een belangrijk element.
Brands begint over de weerstand die hij in het begin van
zijn carrière ontmoette.
Armando vond die weerstand normaal. De eerste kritieken op
zijn werk waren negatief, maar hij ging altijd door, gedreven door geldingsdrang
en eigenwijsheid.
Brands noemt de oorlog altijd aanwezig in zijn werk.
Armando antwoordt dat kamp Amersfoort, dat bij hem in de
buurt lag, eerst een militair sportterrein was en in 1941 een Duits kamp werd.
Hij was tien jaar toen de oorlog uitbrak en veel ouder toen de oorlog eindigde.
Hij zat op school met leerlingen die niet wisten waar de kinderen vandaan
kwamen, terwijl hij dat zelf gezien had. In de avonduren werkte hij als
beroepsmuzikant voor de Canadezen. Armando zegt dat hij zijn ervaringen in zijn
autobiografie uitputtend beschreven heeft. Laatst was hij weer in het kamp. Er
werden rondleidingen gegeven, terwijl hij zijn eigen herinneringen heeft, zoals
aan overvallers die in het kamp werden opgesloten.
Op de vraag van Brands af hij bang was, antwoordt hij
ontkennend.
Brands was onder de indruk van een fragment over het
afvoeren van SS--ers.
Armando hoorde uit een wagen met SS-ers die stopte de term
niettegenstaande klinken en begreep dat het mensen waren in plaats van
abstracties.
Brands refereert aan uitspraken van Armando dat schoonheid
het kwaad in zelf verbergt en dat hij woorden probeerde te vinden voor die
werkelijkheid, onder andere door het interviewen van SS-ers, die zichzelf wijs
maakten dat de joden niet vermoord waren.
Armando begon zo’n gesprek uit interesse.
Vertrouw je de mensen?
Ik vertrouw zelfs mezelf niet.
Ook in Stemmen
klinkt de oorlog door.
Niet concreet de Tweede Wereldoorlog als wel bepaald gedrag
van mensen.
Toch kun jij niet om de Tweede Wereldoorlog heen. Je verhuisde
in 1979 naar Berlijn.
Armando was eerder al uit nieuwsgierigheid in Duitsland. Aan
de grens verbaasde hij zich erover dat men gewoon met elkaar praatte in plaats
van te schreeuwen. Ooit voelde hij zich in het hol van de leeuw, maar de oude
generatie is inmiddels uitgestorven. Hij woont in Potsdam en heeft geen
heimwee. Hij kan met hulp goed werken.
Een leven in kunst verwerkt, stelt Brands terecht vast.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten